Overzichtelijke samenvatting van de tentamenstof voor Informatiemanagement, Veiligheid en Kwaliteit. Dit is onderdeel van het tentamen Facility Management & Technologie.
Samenvatting
Informatiemanagement, veiligheid en
kwaliteit
1. College 1: Informatiemanagement
The intelligent digital Mesh – Gartner
Onderzoeksbureau Gartner zegt over de toekomst: “De toekomst zal het kenmerk hebben van een intelligent digitaal
netwerk.” Hiermee bedoelen ze dat kunstmatige intelligentie (AI) in alle bestaande technologie aanwezig zal zijn.
Daarnaast zullen er steeds meer en uitgebreidere verbindingen worden gebruikt tussen mensen, organisaties,
apparaten, inhoud en diensten.
Volgens de Europese Commissie verwijst Kunstmatige Intelligentie naar systemen die intelligent gedrag vertonen
door hun omgeving te analyseren en – met zekere mate van zelfstandigheid – actie ondernemen om specifieke
doelen te bereiken. Een voorbeeld hiervan is Tesla’s autopilotfunctie. KI is alleen mogelijk met krachtige computers,
software en algoritmes.
Een voorbeeld van AI in gebouwen is dat een thermostaat het gedrag van de bewoner leert. Het weet wat de
routines van deze persoon zijn en houdt ook rekening met de buitentemperatuur.
Trends volgens Gartner
- AI: apparaten voeren taken uit die
traditioneel door mensen werden
gedaan. Bij AI werken robots,
machines of netwerken van
apparaten samen aan taken. Deze
autonome apparaten kunnen ook
weer met elkaar verbonden zijn aan
het Internet of Things (IoT).
- Digitale tweelingen: virtuele versie
van een bestaand object (motor, hele
stad, een huis). Hiermee kun je
digitale testen uitvoeren om te zien
wat het onder bepaalde omstandigheden doet.
- Verbonden apparaten: alle apparaten die overal ter wereld centraal met het internet zijn verbonden.
- Immersieve beleving: je wordt ondergedompeld in een bepaalde situatie of beleving door gebruik te maken van
AR (Augmented Reality), MR (Mixed Reality) en VR (Virtual Reality).
- Blockchain: gedigitaliseerde decentrale boekhouding waarin transacties tussen partijen kunnen worden
opgeslagen.
- Slimme plekken: een fysieke of digitale werkomgeving waarin mensen en door technologie ondersteunde
systemen samenwerken in steeds opener verbonden, gecoördineerde en intelligente ecosystemen.
- Digitale ethiek en privacy: consumenten maken zich steeds meer zorgen om hun persoonlijke informatie en hoe
daarmee omgegaan wordt. Organisaties moeten iets doen om hun klanten te behouden.
- Quantum computing: deze computers kunnen meer data bewaren en sneller data verwerken.
Datagedreven werken
Data of gegevens ontstaan op het moment dat feiten die zich ergens voordoen op de een of andere manier op de
een of andere manier worden opgeslagen. Gegevens hebben op zich geen betekenis, ze zijn er gewoon. Informatie
ontstaat op het moment dat gegevens met elkaar worden gekoppeld, geïntegreerd of geanalyseerd. Informatie
verbindt data waardoor bijvoorbeeld oorzaak-gevolgrelaties zichtbaar worden. Kennis ontstaat op het moment dat
,uit meerdere informatiebronnen patronen zichtbaar worden. Ontstane kennis vormt de basis waarop beslissingen
worden genomen. Kennis verbindt dus informatie met elkaar.
Voorbeeld:
- Feit Ik koop op 20 oktober op de webshop van bol.com een horloge.
- Feit Ik ben op 1 november jarig.
- Gegeven beide feiten zijn opgeslagen in de computers van bol.com.
- Informatie Klant koopt voor zijn verjaardag een horloge (oorzaak-gevolgrelatie).
- Kennis Klant koopt ieder jaar voorafgaand aan zijn verjaardag een cadeau bij bol.com.
- Actie Klant voorafgaand aan zijn verjaardag een paar aanbiedingen doen, gebaseerd op eerder koopgedrag
bij bol.com.
Over gegevens, feiten, informatie, etc.
- Feiten zijn omstandigheden of gebeurtenissen waarvan de werkelijkheid is aangetoond.
- Gegevens zijn objectief vastgelegde weergaven van feiten. De vastlegging maakt uitwisseling mogelijk.
- Informatie is een in een context geplaatste interpretatie van gegevens, waardoor deze betekenis krijgen voor de
gebruiker.
- Nieuwe kennis is een combinatie van beoordeelde informatie met de reeds aanwezige kennis, ervaring,
vaardigheden en attitude.
- Competentie is het inzicht en verstand hoe met kennis omgegaan moet worden in een beroepssituatie.
Daarbuiten spreken we liever over wijsheid.
Voorbeeld:
- Feit De dienstregeling van het OV.
- Feit Ik wil van plek A naar plek B.
- Gegevens De dienstregeling kun je opzoeken op bijvoorbeeld 9292.nl.
- Informatie De combinatie van alle gegevens op 9292.nl.
- Kennis Als ik op tijdstip X met die bus/trein ga, zijn ze vaak overvol.
Soorten informatie
- Interne informatie
o Bevindt zich binnen de organisatie, zoals in formulieren, rapporten, informatiedragers of Intranet.
o Bevindt zich in digitale bestanden, maar ook in de hoofden van de eigen medewerkers.
- Externe informatie
o Bevindt zich buiten de grenzen van de eigen organisatie, zoals toepassingen van het internet,
bijvoorbeeld Wiki’s of weblogs, nationale en internationale regelgeving, vergunningen, normen, etc.
- Harde informatie
o Informatie die bewezen kan worden aan de hand van cijfers of via wetenschappelijke methoden.
o Is doorgaans kwantificeerbaar en objectief.
o Wordt door de organisatie gebruikt om te plannen en controleren.
o Voor iedereen zichtbaar.
- Zachte informatie
o Is meer kwalitatief van aard en betreft informatie uit het informele circuit (wandelgangen), persoonlijke
belevingen en gevoelens, indrukken op grond van non-verbale communicatie.
o Betreft alles wat mensen bereiken via mondelinge, persoonlijke communicatie.
o Niet voor iedereen zichtbaar.
- Operationele informatie
o Bevat informatie om de operationele processen (dagelijkse werkzaamheden) in de organisatie mogelijk
te maken.
o Denk aan bedrijfsroutines en handboeken.
, - Tactische informatie
o Intern gerichte informatie die de middellange termijn betreft.
o Ze laat zien op primaire of secundaire processen goed verlopen in een organisatie.
o Door inzicht in deze informatie kan het tactisch management direct sturen op het realiseren van de
doelstellingen voor de middellange termijn.
o Denk aan week-, maand- en kwartaalrapportage.
- Strategische informatie
o Is bedoeld om de doelstellingen van de organisatie en grote investeringen te verantwoorden.
o Ze wordt vaak eenmalig verzameld en verstrekt in de vorm van een rapport.
o Geeft het bestuur van de organisatie inzicht in de realisatie van veranderprocessen over een langere
termijn.
o Door inzicht in deze informatie kan het bestuur mensen, middelen en processen optimaal afstemmen op
de realisatie van de gestelde lange termijn doelen.
o Denk aan rapporten over de voortgang van veranderprocessen.
Data
- Data vormt de brandstof voor de motor van besluitvorming.
- Data verzamel je gericht, wanneer duidelijk is wat je precies wilt weten.
- Deze data vind je in eigen systemen of in externe bronnen.
- Controleer altijd de juistheid van deze data.
- Elke soort data heeft zijn eigen voor- en nadelen en gebruiksmogelijkheden voor verwerking. We onderscheiden:
o Interne en externe data
o Gestructureerde en ongestructureerde data
Gestructureerd (data): data die op de een of andere manier zijn opgeslagen in systemen, zoals in
een database, en voorzien zijn van labels, zodat ze makkelijk geïdentificeerd en opgeroepen
kunnen worden.
Ongestructureerd (content): 80% van de data in
het zakenleven is ongestructureerd. Deze zijn niet
gelabeld en dus moeilijk te analyseren.
Voorbeelden: social-mediadata, foto’s en
video’s op smartphones en interne
bedrijfsdata zoals e-mails of
tekstdocumenten.
o Big en small data
Big data: grote hoeveelheden ongestructureerde
data in verschillende formaten, die snel
binnenkomen en waarvan onzeker is hoe
waarheidsgetrouw ze zijn.
Small data: zijn in omvang klein genoeg om door
mensen geïnterpreteerd te worden en tot
informatie gemaakt te worden, en hierop actie te
ondernemen.
o Menselijke en machine data
Menselijke data: door mensen gegenereerde data, door bijvoorbeeld iets te posten of te liken.
Machine data: digitale data, gegenereerd door bijvoorbeeld computers, mobiele telefoons en
data van sensoren.
o Metadata
Beschrijven de karakteristieken van bepaalde gegevens.
Door metadata toe te voegen aan originele gegevens kunnen ze makkelijker teruggevonden
worden.
De auteurs, de uitgever, het ISBN-nummer en datum van verschijnen van een boek zijn allemaal
metadata.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller lauramulder4. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $8.01. You're not tied to anything after your purchase.