100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Humane biologie samenvatting COURSE 6 $8.68   Add to cart

Summary

Humane biologie samenvatting COURSE 6

 42 views  3 purchases
  • Course
  • Institution

Dit is een samenvatting van de course 6 theorielessen over humane biologie. Zelf heb ik na het leren van deze samenvatting een 8.2 gehaald voor de thematoets immunologie/humane biologie (zonder herkansing)!

Preview 3 out of 30  pages

  • June 16, 2022
  • 30
  • 2020/2021
  • Summary
avatar-seller
Humane biologie
1. Epitheelweefsel
Er zijn 6 verschillende soorten epitheel. Ze hebben ieder hun eigen doel en functie. Ze komen voor op
verschillende plekken in het lichaam.
1: Eenlagig plat/plaveisel 2: Eenlagig kubisch 3: Eenlagig cylindrisch
Bijv. bloedvaten Klieren (alvlees, speeksel) Darmen, proximale tubulus




4: Meerlagig plat/plaveisel 5: Meerlagig kubisch 6: Meerrijing, pseudomeerlagig
Bijv. huid, binnenkant wang Nieren, urinewegen Luchtwegen, trachea, bronchien
Bevat keratine voor stevigheid bescherming zuren en Bevat slijm producerende cellen
schadelijke urine en bevat trilharen (cilindrisch e)




Eptiheelweefsel: heeft altijd contact met buitenwereld: huid, blaas, maagdarmsysteem, wang, vagina
Endotheel: een soort epitheel voor bloedvaten

Kenmerken: Functies:
-cellen strak met elkaar verbonden -bedekken en beschermen van oppervlakten
-orientatie: apicaal – basaal -absorptie
-microvilli en cilia (apicale zijde) -secretie
-verschillende soorten
-bedekkend – secretoir (uitscheiden) epitheel (klieren)

Basaalmembraan
➔ Grens tussen epitheel en (bind)weefsel
o Lamina basalis (basal lamina) + lamina reticularis (reticular lamina)
➔ Het dunne rode lijntje op afbeelding
Het membraan bestaat uit collagene vezels (een van de meest voorkomende eiwit
van lichaam). Dus collageen is een fibrilair eiwit, lange draad en stevig.

, ➔ Functie:
o Filter (bepalen welke moleculen erdoor kunnen), er zitten een soort gaatjes (zeef) in
de collagene vezels. Hier kan hij dus mee uitfilteren wat er binnen komt. Zodra een
micro-organisme door deze laag is zit hij in het lichaam.
o Constructieve steun (hechting), de cellen bovenop moeten ergens op staan om bij
elkaar te houden. Denk aan lego blokjes, die hebben ook een onderkant nodig. Het is
een soort aanhechtingplaats voor de
epitheelcellen.

Lamina basalis: Dit is de hechting van de epitheelcellen.
Deze ligt tegen de basaalmembraan aan. De cellen zijn
bevestigd door de aanwezigheid van integrines. Integrines
zijn verbonden met de epitheel cellen. Deze zijn weer
verbonden met collagene vezels uit de lamina basalis
Tussen de epitheel cellen zijn ook verschillende bindingen
aanwezig. Deze verschillende bindingen hebben hun eigen
functies.

Tight junctions: aan bovenkant (apicale zijde)
- Ze zijn occluding (water)afsluitend), dus nu moeten moleculen door cel heen i.p.v. langs cel
(strak op elkaar). Dit zorgt voor een transcellulaire pathway (normaal paracellulaire pathway)
- transmembraan eiwitten occludine en claudine grijpen in elkaar

Adherens junctions: aan bovenkant (apicale zijde)
- zitten onder de tight junctions
- adherent (hechtend), verbindt cellen stevig met elkaar, dit is niet waterdicht
- transmembraan eiwitten cadherines grijpen in elkaar

Desmosoom: lateraal en basaal (=hemidesmosoom)
- Liggen onder adherend junctions en hebben een kriskras binding (stevig). Het
verbindt cellen stevig met elkaar (adherens)
- Hemidesmosoom (integrines) zijn verbonden met basaalmembraan, en
bestaan uit transmembraan eiwitten (cadherines)
- stratum spinosum van de huid, krimp tijdens fixatie: cellen met ‘spina’

Gapjunctions: (=nexus verbinding)
- het zijn communicatiekanaaltjes en liggen in de celwand van epitheelcellen
- het bestaat uit een ring van 6 transmembraan eiwitten (connexins), het zijn dus veel
connexons naast elkaar (gap junction). Ze zijn 1,5 nm in diameter

Naast dat de epitheel cellen verschillende verbindingen met elkaar hebben, bevatten ze ook een
cytoskelet. Het cytoskelet zit aan de binnenkant van de cel.
- Microtubuli: bestaat uit tubuline. Ze ondersteunen het structuur. Daarnaast maken ze onderdeel uit
van de celdeling.
- Microfilament: deze bestaan uit actine. Deze
liggen aan de buitenkant. Zorgen voor de
vorm en stevigheid aan de cel.
- Intermediair filament: Ze kunnen bestaan uit
keratine (epitheelcellen) en lamine (dierlijke
cellen). Ze liggen aan de buitenkant van de cel

, Aan de buitenkant (apicaal) zitten er speciale cellen die zorgen voor het celoppervlak vergroten.
1.Microvilli (actine): oppervlakte vergroting op bijvoorbeeld eptiheelcellen van dunne darm en nier,
bestaan uit microfilamenten
2.Cilia (microtubuli): zijn (zeer) beweeglijk en langer dan microvilli. Komen voor op bijvoorbeeld
epitheel luchtwegen. Bestaan uit dyneine. Dyneine is een motoreiwit.
3.Stereocilia (actine): langer dan microvilli, komen voor in mannelijk geslachtsorgaan en oor. Zorgt
voor oppervlakte vergroting voor absorptie en secretische en sensorische cellen.




1. 2. 3.

Er zijn epitheelcellen die als voornaamste functie het produceren en het uitscheiden van
macromoleculen. Dit kunnen eiwitten, vetten, koolhydraten of combinaties van stoffen zijn. We
kennen twee soorten klieren:
Exocriene klieren: via exocytose van blaasjes. Het kan twee verschillende soorten uitscheiding zijn.
Voorbeelden van exocriene klieren zijn lever, alvleesklier, zweetklier, talgklier en maag-en-
darmwandkliertjes. Ze geven het af aan de buitenkant.
o Sereus ‘’waterig’’: Dit zijn eiwitten vaak zonder suikergroepen →
spijsverteringsenzymen. Ze bevatten vaak veel RER en Golgi.
o Muceus ‘’slijmerig’’. Ze bevatten glycoproteïnes (mucines), bijvoorbeeld
slijmbekercellen. Deze kleuren blauw met de Alcian Blue kleuring.
o Seromuceus → combinatie van muceus en sereus, dus spijsverteringsenzymen met
slijm. Een voorbeeld zijn speekselklieren.

Endocriene klieren: Ze geven producten af aan het eigen lichaam. Een voorbeeld zijn de hypofyse,
nieren, eilandjes van Langerhans, bijnieren en thymus. Ze geven bijvoorbeeld hormonen af aan
bloed.
➔ alvleesklier (pancraes) → is beide bijv. hormonen uitscheiden (endo) en amylase (enzymen
uitscheiden, exo)

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller tessdekleijn. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $8.68. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

66475 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$8.68  3x  sold
  • (0)
  Add to cart