100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Principles of Economics, Algemene Economie inclusief screencasts $11.16
Add to cart

Summary

Samenvatting Principles of Economics, Algemene Economie inclusief screencasts

1 review
 119 views  9 purchases
  • Course
  • Institution
  • Book

Samenvatting Algemene Economie; inclusief screencast, artikelen en voorbeelden. De samenvatting betreft H22 t/m 27 + 29 van het boek Principles of Economics, de artikelen en de literatuur van Mishkin en Nello.

Preview 4 out of 67  pages

  • No
  • 22 t/m 27 + 29
  • June 16, 2022
  • 67
  • 2021/2022
  • Summary

1  review

review-writer-avatar

By: corneblommers • 1 year ago

avatar-seller
SAMENVATTING
ALGEMENE ECONOMIE




- Nadruk macro-economie
- Wisselkoers
- Bankbalans, liquiditeit aanhouden
- Concurrentiebeleid Nello altijd hetzelfde komt terug
- Industriebeleid is gericht op concurrentie, rekening houden met investeringen
- Anti kartelbeleid; niet houden aan regels, waardoor concurrentie minder bevorderend is




Daphne van de Langenberg

,Screencast 1 – short run economics
IS/LM model (1937): Hoe kan je vraag uitval weer gaan opwekken? Verklaart geen inflatie (ASD doet
dit wel), omdat gekeken wordt naar de korte termijn

Een macro-economische model om de short-run economische fluctuaties te analyseren en hierop bij
te kunnen sturen. We gebruiken dit model om uit te legen waarom business cyclussen plaatsvinden,
wat de uitkomsten zijn en hoe een beleid gebruikt kan worden om deze problemen op te lossen.

Het model gaat over het verband van de hoogte interest (i) en het werkelijke inkomen/output (bnp)
(Y); dit ontstaat door een evenwicht tussen twee elementen:  kijkt naar goederen/dienstenmarkt

- De goederenmarkt (IS curve)
- De geldmarkt (LM curve)

Afkortingen:

 I= investment
 S= saving
 L= liquidity
 M= money (Md= money demand & Ms= money supply)
 Als de rente daalt kan je meer produceren

Begrippen:

Recessie (or contraction): Een periode (doorgaans twee kwartalen achter elkaar) waarin er sprake is
van een daling van het BBP

Depressie: Een langdurige of een extreme recessie

Expension: Een periode (doorgaans twee kwartalen achter elkaar) waarin er sprake is van een
bovenmatige stijging van het BBP

Boom: Een langdurige of een extreme expension

Short term economic fluctuations:

Potential output / potentiële output: natuurlijke BBP. Verwijst naar het hoogste niveau van het reële
BBP (potentiële output) dat op de lange termijn kan worden volgehouden.

 Vergroten door technologische ontwikkelingen

Output gap (BBP kloof): Het verschil tussen de potentiële output van de economie en de werkelijke
output op een bepaald tijdstip (Y* = potential output) - (Y = actual output).

Recessionary gap: Een positieve output gap, welke zich voordoet wanneer potentiële output de
werkelijke output overschrijdt Y* > Y (PAE< E)

Expansionarty gap: Een negatieve output gap, welke zich voordoet wanneer de werkelijke output de
potentiële output overschrijdt Y > Y*  dit is maar tijdelijk vol te houden, daarom hogere inflatie
risico




Daphne van de Langenberg

,Economische kringloop

 Y = EV = evenwichtsstelling
- Of; Aggregate output = aggregate export
 EV= effectieve vraag

Wanneer Y (nationaal inkomen) gelijk is aan wat met wil besteden (EV: effectieve vraag), is er een
economisch evenwicht.

Y = PAE (planned aggregate expenditure) = equilibrium = geplande invenstering

PAE = C (consumptie) + I (investeringen) + G (overheidsbestedingen) + NX (netto export)

- Investeringen, overheidsbestedingen en netto expert zijn autonoom en hangen niet af van
Y/nationaal inkomen  dan streep erboven

Consumptie

- Consumptie (C): omvat ongeveer 2/3 deel van de totale uitgaven.
- De primaire bepaling van consumptie is ‘disposable income’ (Y – T) (income – taxes).

Bij consumptie is er altijd een onafhankelijk deel en een afhankelijk deel ten opzichte van het
nationaal inkomen.

C: consumptie functie = C + c(Y – T)

- C : onafhankelijke deel; autonoom stuk, consumptie die iedereen altijd doet ongeacht je
inkomen
- c : afhankelijke deel; percentage van jou inkomen wat je consumeert, gaat omhoog als het
disposable inkomen omhoog gaat; 0<c<1

Daarnaast is er ook een deel van de consumptie bepaald door factoren onafhankelijk van het
inkomen C .  klant optimisme, rijkdom en interest rate

Keynesian Cross; Hierbij wordt uitgegaan van Y = PAE (Y =
EV)

Rode lijn: omdat wordt gesteld Y = PAE, heeft de rode lijn
een slope van 1 en is de hoek hiervan 45 graden

Blauwe lijn: zegt iets over C + I + O + (E-M) dus PAE. In dit
geval is de expenditure line PAE= 960 + 0,8Y

 De 960 houdt in dat de lijn begint bij het punt 960 op
de y-as, exogene variabele (waarde is onafhankelijk
van de oplossing van het model)  autonome
gedeelte C + I + O + (E-M)
 0,8 Y staat ervoor dat 80% van de consumptie
afhankelijk is van het inkomen
 Y is de productie
 De expenditure (AX) lijn heeft een slope van 0,8. (0,8Y)AX
 Punt e zegt dat Y=PAE  zegt niks over potential output




Daphne van de Langenberg

, Voorbeeld:
Y = 960 + 0,8Y
-0,8Y+Y=960
0,2Y=960
Y=4.800

Hoe kom je aan een evenwicht?

- Y > PAE = meer aanbod dan vraag, voorraad
afbouw omdat bedrijven met voorraden
blijven zitten
- Y < PAE = meer vraag dan aanbod, voorraad
opbouw om aan de vraag te voldoen
- In dit geval is het evenwicht 4.800

Hoe kan een afnamen van de autonome bestedingen
veroorzaakt worden?

- Door vermindering in autonome C, I, G, en/of
(E-M)
- Een daling van de uitgaven (expenditure line)
zorgt ervoor dat de lijn naar beneden zakt, want 960 wordt nu 950
- Recessionary gap door deze beweging

Voorbeeld:
Y = 950 + 0,8Y
-0,8Y+Y=950
0,2Y=950
Y=4.750

 Waarom is een afname van 10 in de autonome bestedingen = 50 afname in de output? Dit
komt door de multipler van 5  950 x 5 = 4.750  in Y zit dus een versterkende factor van 5

IS-curve:

- Op de y-as interest en op de x-as output (Y)
- Wanneer de interest afneemt, dan neemt de PAE toe
want (curve schuift omhoog); mensen/bedrijven
kunnen goedkoper lenen, want ze betalen minder
interest, waardoor ze meer overhouden om te
besteden
- Wanneer E toeneemt, dan neemt de PAE toe
- Wat is de relatie tussen interest en Y? Negatief  IS
Cruve dus
- De stijlheid van de interest lijn hangt af van: hoe
gevoelig de interest is, als die heel gevoelig is zorgt dit
al voor een hele hoge output stijging dus dan is de lijn
bijna horizontaal




Daphne van de Langenberg

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller daphnevandelangenberg. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $11.16. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

52510 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$11.16  9x  sold
  • (1)
Add to cart
Added