100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
samenvatting trainingsleer OF3 UCLL $8.04   Add to cart

Summary

samenvatting trainingsleer OF3 UCLL

 3 views  0 purchase
  • Course
  • Institution

samenvatting trainingsleer 3e jaar (GLM LO) K.Willems

Preview 4 out of 33  pages

  • June 16, 2022
  • 33
  • 2021/2022
  • Summary
avatar-seller
Trainingsleer 3

4 Vragen
I. Wat is de invloed van de hoogte op de sportprestaties en welke zijn de specifieke
fysiologische reacties?
II. Welke zijn de aanpassingen van het lichaam aan de hoogte?
III. In welke mate kan hoogtetraining het prestatievermogen gunstig beïnvloeden?
IV. Hoe organiseert men hoogtetrainingen wat zijn de richtlijnen?


I. Specifieke prestatiebepalende factoren bij inspanning op hoogte

1. Partiele zuurstof druk (PO2 ) = Is de druk van 1 gas in een totaal mengsel van gassen

Daling van de Partiële zuurstofdruk ( PO 2) in de omgeving zal het meeste invloed hebben op
prestaties.
PO2 = Barometerdruk (Luchtdruk) + zuurstoffractie


Een daling van de pO2, van de ingeademde lucht kan dus het gevolg zijn van

 Op hoogte: hetzij een daling van de barometerdruk met constante O 2= hypobare hypoxie
 hetzij een daling van het percentage O 2 = normobare hypoxie
 Als PO2 daalt => daalt de VO2-Max

Hypoxie = Te weinig zuurstof in de cellen/metabolen
VO2 - max = Maximale zuurstof die je kan opnemen en doorheen het lichaam kan stromen tijdens
inspanning.

Voor een vergelijkbaar maximaal hartdebiet tijdens inspanning daalt dus het O 2-transport naar de
spieren, en parallel hiermee de VO2-max. Deze daling in de VO2-max heeft uiteraard een belangrijke
negatieve impact op alle sportprestaties waarbij de aerobe energielevering in de spieren een
belangrijke rol speelt in eerste instantie dus duurinspanningen.



2. Luchtweerstand
Hoe hoger je staat, hoe lager de luchtweerstand => sneller lopen
Lagere VO2-max ( negatief ) <-> lagere weerstand ( positief )

Compensatie
< 800 m = voordeel
> 800 m = nadeel

3. Zwaartekracht

Door het toenemen van de afstand tot het middelpunt van de aarde daalt de zwaartekracht.
Theoretisch kan dit gunstig zijn voor de werp – en springdisciplines.




1

,4. Temperatuur en de zonnestraling
 De temperatuur daalt naarmate de hoogte + lucht wordt droger
 Verlies aan water via ademhaling is op hoogte belangrijker dan op zeeniveau
 Lichaam wordt op hoogte meer blootgesteld aan intense zonnestraling

5. Dehydratatie
 Omgevingslucht is doorgaans kouder op hoogte  verlies van vocht via de ademhaling
neemt toe
 Verhoogde kans op dehydratatie + infecties op luchtwegen

6. Hoogteziekte
 Daling van de arteriële pO2 op hoogte, samen met de daling van de barometerdruk 
veroorzaken vaak symptomen van acute hoogteziekte
 Voornamelijk boven 2500 m  boven 5000M = ernstige symptomen
 Symptomen: Hoofdpijn, duizeligheid, braakneigingen, slapeloosheid en verminderde eetlust
 Symptomen zijn vaak acuut en verdwijnen na enkele dagen ( acclimatisatie )
 Door verhoogde bloeddruk en verminderde uitwendige druk => oedeemvorming
vochtopstapeling in de hersenen
 KH-rijke voeding!

Sherpas

 Efficiënter gebruik maken van zuurstof
 Grotere longinhoud dan gewone mens




2

, II. Aanpassingen van het lichaam aan hoogte

Hemoglobine-desaturatie is beperkt op hoogte < 3000m, maar bij inspanningen op topniveau kan dit
toch een effect hebben => VO2-max verlaagt

-> acclimatisatie noodzakelijk om verlies in VO2-max te compenseren!

Responders = mensen die zich makkelijk aanpassen aan hoogtes

Non-responders = mensen die zich moeilijk kunnen aanpassen aan hoogtes

Hypoxie zorgt dat Hematocriet stijgt bij acclimatisatie op hoogtes door een bepaalde prikkel.

 Nieren gaan Epo aanmaken
 Transport epo doorheen de bloedbaan tot het beenmerg
 Ter hoogte van het beenmerg dat hoeveelheid rode bloedcellen stijgt.




Longen

Ventilatoir compenseren = lichaam gaat doen wat het makkelijkst kan doen -> spelen met hartslag en
ademhaling => Hyperventileren
( zuurstofconcentratie zakt, chemoreceptoren screenen dat er te weinig zuurstof is en sturen een
signaal naar de hersenen, hersenen sturen een signaal naar de ademhalingsspieren waardoor je
dieper en vaker gaat ademen = hyperventilatie )

AMV = hoeveelheid lucht dat in een minuut doorheen de longen gaat
=> AF x AV = AMV

CV ( cardiovasculair )

Hartminuutvolume in rust stijgt doordat de hartslag in rust stijgt
Slagvolume blijft constant

=> SV x HF = HMV



3

, Bloed

Snellere verzuring

Op langdurige basis zal er een toename van epo zijn en een toename van de hemoglobine massa en
rode bloedcellen massa

Spieren

Op langdurige basis zal er een toename zijn van de capillairen, myoglobine ( zorgt voor vasthouden
van zuurstof in de cel) , toename aerobe enzymen en mitochondriën

Gevolg: alles op metabool niveau, dus lichaam gaat zich na een bepaalde tijd aanpassen


III. Training op hoogte en hoogtestage

 Sprintnummers op hoogte: snellere tijden ( beperkt aerobe energielevering)
 Prestatievermogen op hoogte in duursporten : ongunstig effect
 VO2-max wordt negatief beïnvloed

Oorzaak

 Circulatoire factoren na acclimatisatie (max.cardiac output daalt)
o lagere VO2-max

Doel: acclimatisatie om verlies in VO2-max te compenseren

Fysiologische aanpassingen ( na acclimatisatie)

 I.f.v prestaties op zeeniveau => theoretisch ongunstig, wel discussies omtrent modaliteiten
 I.f.v prestaties op hoogte: geen discussie!



Acclimatisatie i.f.v prestaties op hoogte ( 2 opties )

1. Hypobare hypoxie ( hoogtestage )
 Langere hoogteprikkel -> langere periode acclimatisatie
LHTH = Living High Training High
 Nadeel:
 arbeid  minder arbeid leveren dan op zeeniveau  minder progressie
omdat trainingsniveau daalt ( deconditionering )
 sociaal  minder contact met familie en vrienden  als je sociaal niet
functioneert, voel je je mentaal ook minder

2. Normobare hypoxie
 Slapen in hoogtetent ( 12 uur ) maar trainen op zeeniveau
LHTL = Living High Training LOW
 Voordeel:
 arbeid: trainingsarbeid blijft hetzelfde  geen verlies door het
trainen op zeeniveau
 sociaal: sociale contacten blijven behouden waardoor je je mentaal
beter gaat voelen


4

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller giangelade. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $8.04. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

67474 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$8.04
  • (0)
  Add to cart