Einddoel = volwassenheid
Handelt over de opvoeding van het kind.
- Volwassenheid is een permanente opgave en wordt niet bereikt op 18 jarige leeftijd
We moeten het kind stimuleren in alle domeinen van ontwikkeling
- Sociaal-emotioneel vlak
- Cognitief vlak
- Affectief vlak
- Psychomotorisch vlak
= tot het kind autonoom wordt en kan meedraaien in de maatschappij.
Opvoeding = is gericht op de begeleiding en stimulering van de ontwikkeling van het kind tot
volwassene.
= Het bereiken van een redelijke mate van autonomie (=zelfstandigheid) en eigen controle
(=afhankelijkheid).
Andragogie(k) = opvoeden van volwassen
- Levenslang leren
Kan ontwikkeling gestuurd worden?
JA, hangt er wel vanaf welke doelgroep je hebt. Bij sommige ga je de mogelijkheden die
ze hebben behouden en bij andere ga je de mogelijkheiden proberen uitbreiden.
In welke mate kan ontwikkeling gestuurd worden ? Voorbeelden
> Waarden en normen: taalgebruik corrgieren: het goede voorbeeld geven.
> Zelfhygiëne stimuleren: hoeveel keer per dag moet je je tanden poetsen?
> Aanmoedigen bij bv. een spelkeuze, variatie aanbieden
> bv functioneel oefenen: eerst in de klas dan effectief naar de markt gaan en fruit bestellen.
2. Het verschil duiden tussen alledaagse opvoeding en de wetenschap van de
opvoeding aan de hand van een voorbeeld.
Alledaagse opvoeding:
- Handelen op basis van voorafgaande ervaringen en eigen personlijkheid (=onbewust)
- Je buikgevoel, intuïtie volgen
- = thinking fast: snel reageren, zonder aan de gevolgen te denken
Voorbeeld A: Luisteren naar negatieve aandacht en erop in gaan.
,2
Wetenschap van de opvoeding:
- Handelen zoals je hebt geleerd op basis van een wetenschappelijk onderzoek
(=bewust)
- Stilstaan en analyseren
- = thinking slow: eerst nadenken wat het beste is hoe ga je reageren, welke gevolgen
gaat het hebben? (preventief denken)
Voorbeeld A: Negatief aandacht negeren dit wijst uit volgens de wetenschap dat het gedrag
zo afneemt, omdat je hier geen aandacht aan geeft.
3. Het perspectief van de pedagogiek plaatsen in de humane wetenschappen en
vergelijken met het psychologisch en het sociologisch perspectief.
- De humane of sociale wetenschappen zijn relatief jong 20ste eeuw
- De doelstellingen van ons pedagogische handelen zijn rechtstreeks verbonden met
de maatschappij waarin we, waarin we als volwassen moeten kunnen functioneren
en omgekeerd.
- De verworven inzichten worden geïntegreerd in de maatschappij en hebben een
positieve invloed.
Mens- en maatschappijbeeld <-> opvoeding
Kennis en inzichten uit de sociale wetenschappen helpen ons, om het gedrag van
mensen te beschrijven, analyseren en verklaren om “handvaten” te krijgen, zodat
we professioneel kunnen begeleiden.
De visies van de verschillende humane of sociale wetenschappen zijn psychologie,
pedagogiek en sociologie:
Psychologisch perspectief: Kijkt vanuit achtergronden en persoonlijkheid
(geestelijke vermogens)
(ped)agogisch perspectief: Kijkt vanuit het effect van het handelen van de
ouders/opvoeders
Sociologisch perspectief: Kijkt vanuit invloeden van de samenleving
4. De meerwaarde van multidisciplinair werken uitleggen en duiden met een voorbeeld.
Het kijken vanuit verschillende perspectieven heeft een belangrijke meerwaarde.
Men krijgt een breder beeld van de mens en zijn situatie.
- Het multidisciplinair team is er om vanuit verschillende disciplines te kijken naar een
probleem en samen naar een oplossing zoeken.
,3
Bv: Doorverwijzingen doen en tips van de logo doortrekken tot in de klas.
5. De omschrijving geven van orthopedagogiek.
Ortho (Grieks) = recht maken, wat krom is. Dit mag niet letterlijk genomen worden (genezen)
- De wetenschap betreft de opvoeding, die bemoeilijkt verloopt.
- De orthopedagoog probeert deze bemoeilijkte opvoedingssituatie te ondersteunen.
-
6. Opgegeven definities van orthopedagogiek vergelijken, in functie van de evolutie.
De diverse definitief zijn geëvolueerd doorheen de tijd.
- Jaren 70: medische visie
Focus op de beperking op zich: wat kan de cliënt NIET?
Ze kijken naar het medisch-model, wat kan het kind NIET?
- Jaren 80: integratie
ik weet het niet dus ik doe het niet
- Jaren 90: inclusie
Ze gaan kijken naar de wetenschap, informatie uit praktijk beschrijven.
Ze gingen verder onderzoeken hoe ze deze kunnen aanpakken (onderzoek
uitvoeren).
Hoe kan ik het best handelen voordat het escaleert? > preventief handelen.
- Jaren ’00- heden
Kijken naar de krachten van de persoon: focussen waar ze in kunnen groeien.
Multidisplinairteam werkt goed samen
Manieren zoeken om de krachten in het kind naar boven te halen.
Zelfredzaamheid stimuleren
Wat kunnen ze nog goed? = dit behouden.
Oplossingsgericht op de voorgrond.
7. De orthopedagogische visie van Ter Horst en Kok uitleggen.
Ter Horst:
- Kind is een persoon in wording en gaat ontwikkelen en veranderen door met zijn
leefwereld in om te gaan.
- De leefwereld bestaat uit; dieren, dingen, mensen, planten, god.
- het kind gaat exploreren. Het is belangrijk dat wij als opvoeder nog steeds voor
het kind zijn.
- Het kind vraagt enerzijds zelfstandigheid en anderzijds behoefte aan ondersteuning.
- Het kind maakt duidelijk wat er van hem verwacht wordt, wat hij kan en niet kan
DUS de opvoeder moet openstaan voor de wensen en mogelijkheden van het kind.
- Wanneer is het een POS (=Problematische OpvoedingsSituaties)
Als de ouders het perspectief kwijt zijn in het handelen.
, 4
De draagkracht kan te laag zijn en de draaglast te hoog.
- Wat is een POS? (=Problematische OpvoedingsSituaties)
De opvoedingssituatie die door de betrokkene als perspectiefloos ervaren wordt en
waarin ze zonder deskundige hulp van buitenaf niet terug in perspectief gebracht kan
worden.
Domein van de orthopedagogische studie
= Problematische opvoedingssituatie (POS)
Factoren in de opvoeders (ouders Factoren in de omgeving en
en/of begeleiders) samenleving
- Geen of té ondersteunend - Handelingsverlegenheid
netwerk Factoren in het kind - Voorgeschiedenis
- Stress (werk,buren,.. - Beperking/ziekte
• Grondvormen/dialoogvormen Ter Horst:
• Orthopedagogie begint en eindigt bij het gewone leven van elke dag.
• Grondvormen of dialoogvormen zijn ‘ingangen’, middelen om terug
perspectief te bieden in die situaties, waar de werkelijkheid verstoord of
vastgelopen is.
Je kan deze grondvormen gebruiken om in dialoog te gaan met de cliënt:
- Aanraken - Praten
- Feest vieren - Verzorgen
- Maaltijden - Leren
- Werken - Spel
Totale Diagloogmodel Ter Horst:
Kenmerken totale dialoogmodel:
- De dialoog is een gesprek tussen 2 partners
- De dialoog is ontdekkend
- De dialoog heft vele intensies
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller siriadevellis. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $13.31. You're not tied to anything after your purchase.