Paragraaf 1 je omgeving waarnemen
Om je omgeving waar te nemen gebruik je zintuigen. Een zintuig is een orgaan dat reageert op
prikkels(invloeden uit de omgeving). Voorbeelden zijn licht, geluid en geur. Doordat je zintuigen
prikkels opvangen kun je dingen waarnemen. In zintuigen liggen zintuigcellen, die zijn aangesloten op
zenuwen verbonden met de hersenen. Als die cellen prikkels opvangen ontstaan in de cellen
impulsen, een soort elektrische signalen. De zenuwen leiden de impulsen naar de hersenen. Alle
zintuigen samen vormen het zintuigstelsel. In de huid liggen 4 zintuigen waarmee je kunt voelen:
warmtezintuigen(reageren wanneer de huis in aanraking komt met iets wat kouder is)
koudezintuigen(hetzelfde als bij warmte maar dan met koud) drukzintuigen(reageren als er op de
huid word gedrukt) en tastzintuigen(reageren op lichte aanrakingen). En dan heb je nog pijnpunten
dat zijn uiteinden van bepaalde zenuwen die komen ook voor in de dieper gelegen organen. En dan
terug naar de zintuigcellen. Er ontstaan in die cellen alleen impulsen als een prikkel sterk genoeg is.
De kleinste sterkte die nog wel een impuls afgeeft noem je de drempelwaarde. Als de prikkel de
drempelwaarde heeft bereikt en de prikkel wordt nog sterker dan neemt de impulsfrequentie toe:
hoeveel impulsen per seconde. De sterkte van het signaal is bij een impuls altijd hetzelfde. Elk type
zintuigcel heeft voor elk soort prikkel een bepaalde drempelwaarde. De prikkel waar de zintuigcel
speciaal gevoelig voor is noem je de adequate prikkel (bijv voor de cellen in je ogen is het licht).
Cellen kunnen ook andere prikkels waarnemen maar daarvoor is de drempelwaarde veel hoger. Dan
is er nog gewenning, dat is dat als een prikkel enige tijd aanhoudt, er in de cellen minder impulsen
ontstaan. Bijvoorbeeld dat je na een tijdje de druk van je kleren op je lichaam niet meer voelt.
Paragraaf 2 voelen, ruiken en proeven
De huid bestaat uit 2 delen de opperhuid en de lederhuid. De opperhuid bestaat weer uit 2 lagen de
hoornlaag (de resten van dode cellen deze laag beschermt je lichaam tegen uitdrogen, beschadiging
etc.) en de kiemlaag (de laag met levende cellen deze cellen delen zich voortdurend de bovenste
cellen schuiven op en verhoornen, dan sterven ze af). In de lederhuid liggen de zintuigen, zenuwen,
haarspiertjes, bloedvaten en zweetklieren. De zweetklieren produceren zweet, daardoor koel je af.
Een haarzakje is een uitstulping van de kiemlaag in de lederhuid. Een haar groeit door de opperhuid
heen. Daarin bevinden zich ook talgklieren, talg is vettig en houdt de haren en de hoornlaag soepel.
Er kunnen ook brandwonden ontstaan op de huid, brandwonden ontstaan door warmte, een
chemische stof of elektriciteit. Op de plaats is de huid stuk en dan kunnen bacteriën makkelijk naar
binnen. In de neusholte heb je het reukzintuig, die cellen liggen naast het neusslijmvlies. Ze worden
geprikkeld als er geurende gassen komen. Elke type reukzintuigcellen is gevoelig voor een bepaalde
geurstof. In de tong heb je het smaakzintuig, in de groeven van je tong zitten smaakknopjes. Die
knopjes kunnen vijf smaken onderscheiden: zoet, zout, zuur, bitter en umami. De rest “proef” je via
je neus. Voor elk van de 5 smaken zijn er smaakknopjes
Paragraaf 3 horen en zien
In elk oor ligt een gehoorzintuig en een evenwichtszintuig. Met de gehoorzintuigen neem je geluiden
waar. Geluiden zijn trillingen van de lucht. De oorschelp vangt de trillingen op. Via de gehoorgang
komen de trillingen bij het trommelvlies, dat daardoor ook gaat trillen. In de oorsmeerkliertjes wordt
oorsmeer geproduceerd om het trommelvlies soepel te houden. Achter het trommelvlies ligt de
trommelholte. Hierin bevinden zich 3 gehoorbeentjes: hamer, aambeeld en stijgbeugel, de
stijgbeugel is dan weer verbonden met het venster(dun vlies) aan de andere kant van het venster ligt
het slakkenhuis. Dit bestaat uit 3 kanalen die zijn opgerold ze zijn gevuld met vloeistof. Door dat het
trilt worden de zintuigcellen geprikkeld en gaan de impulsen via de gehoorzenuw naar de hersenen.
De buis van Eustachius verbindt de trommelholte met de keelholte door dat die buis soms opengaat
kan de druk bij het trommelvlies weg en staat die weer goed. Bij je oog zorgt de wenkbrauw ervoor
dat er geen zweet of vocht in je oog loopt, je wimpers beschermen tegen vuil en te fel licht. Het
harde oogvlies is het witte gedeelte, daaraan zijn de oogspieren bevestigd. De oogspieren draaien de
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Roos266. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.32. You're not tied to anything after your purchase.