GEHELE SAMENVATTING van alle colleges IPO 2b + hoofdstukken 22,23,24,25,29 van Pedagogiek in Beeld. Het gehele boek van Als opvoeden niet vanzelf gaat & het gehele boek van antwoorden op de vraagstelling van orthopedagogiek
- Alle colleges
- Boek bijbehorende hoofdstukken voor het tentamen
pedagogiek in beeld
- Boek: Als opvoeden niet vanzelf gaat
- Boek: De antwoorden op de vraagstelling
Hoe ontwikkelt een leerprobleem zich?
• Aanleg
• Omgevingsfactoren
• Interactie tussen: kind-kenmerken & ervaringen thuis en op school
• Wanneer je inzicht in ontstaan heb van de leerproblemen -> handreiking interventies
• Individuele diagnostiek en behandeling
Dyslexie = wanneer de automatisering van woordidentificatie lezen en/of schriftbeeldvorming
zich niet, dan wel zeer onvolledig of zeer moeizaam ontwikkelt. ( definitie 1995)
Kenmerken:
• Lezen en spellen van woorden is problematisch
• De nadruk ligt op: dyslexie als automatiseringsprobleem
Dyslexie is een stoornis die gekenmerkt wordt door een hardnekkig probleem met het aanleren
en het accuraat en/of vlot toepassen van het lezen en/of het spellen op woordniveau. ( definitie
2003 )
nog steeds beschrijvend
Nieuwste definitie: (2006)
Dyslexie is:
• Een specifieke lees- en spellingsstoornis met een neurobiologische basis, die wordt
veroorzaakt door cognitieve verwerkingsstoornissen op het raakvlak van fonologische en
orthografische taalverwerking.
• Deze specifieke taalverwerkingsproblemen wijken proportioneel af van het overige
cognitieve, en m.n. taalverwerkingsprofiel en leiden tot een ernstig probleem met het
lezen en spellen van woorden ondanks regelmatig onderwijs.
• Dit specifieke lees- en spellingsprobleem beperkt in ernstige mate een normale
educatieve ontwikkeling, die op grond van de overige cognitieve vaardigheden
geïndiceerd zou zijn.
Beschrijven van het probleem, oorzaak, specifiek probleem, consequenties van dyslexie,
dus niet alleen de stoornis, maar ook de daaruit voortvloeiende belemmeringen
Leerling-populatie aan het eind van de basisschool:
2
,10% ernstige lees- en spellingsproblemen -> 3 a 4% dyslexie
Verhouding jongens: meisjes is 3:2
Comorbiditeit
Comorbiditeit komt niet perse vaak voor !
Decoderen = letters die ze ziet omzetten naar klanken.
• Context werkt inhiberend wanneer een kind niet zo goed kan lezen.
• Wanneer het heel traag gaat word context onbruikbaar.
Gevolg van dyslexie is dat je een woord niet begrijpt, maar dit staat los van begrijpend lezen.
Score brustest
• Groep 5: 1 woord per seconde ( losse woorden ), 2 woorden per seconde ( in tekst )
• Steeds meer orthografische kennis wat bijdraagt aan je woordenkennis ->
subnicaalniveau
• Pseudowoorden gebruiken omdat er geen kennis mogelijk is. ( fonologische verwerking )
• Goeie lezer maakt ook fouten en leest stuk langzamer bij pseudowoorden dan bij
bekende woorden.
• Slechte lezer maakt veel fouten, probeert te gokken.
• Klankverwerking is heel moeilijk voor dyslexie mensen
3
, Leesontwikkeling
Basisvaardigheden bij leren lezen:
• Fonologisch bewustzijn = de vaardigheid om klankeenheden in woorden te
herkennen en te manipuleren ongeacht de betekenis.
• Benoemsnelheid = De snelheid waarmee de namen van symbolen gegeven kunnen
worden.
Ontwikkeling fonologisch bewustzijn:
•Continuüm: bewustzijn van grote, concrete klankeenheden tot bewustzijn van kleine,
abstract klankeenheden.
Onderscheiden van woorden:
• In zinnen
• Woorden kunnen combineren tot samengesteld woord
• Woord halen uit samengesteld woord en zeggen welk woord resteert
Onderscheiden van lettergrepen/klankgroepen
Fonemisch bewustzijn= onderscheiden van de kleinste klankeenheid
Foneemmanipulatie taken -> foneemdeletie:
Wat is boog wanneer je b weghaalt. Plaatje van oog
Voorbeeld tentamen stellingen:
Stelling l: Fonologisch bewustzijn is het vermogen de klankopbouw van betekenisvolle woorden
te ontdekken en te manipuleren. -> klopt niet.
Stelling ll: Om het geheugen van kinderen te ontlasten bij foneemmanipulatie taken (zoals het
samenvoegen of weglaten van klankeenheden), kunnen plaatjes of objecten ondersteund zijn. -
> klopt niet
Co-articulatie = de invloed van klanken in een woord op elkaar.
Allofonen = dezelfde fonemen kunnen anders klinken in verschillende woorden.
Stoep
Stop
Taal
Benoemsnelheid: meten met rapid naming test -> noem zo snel mogelijk (objecten, cijfers,
kleuren). Fonologische code -> overeenkomst met traag benoemen van woorden.
Snelheid van lezen 2 benaderingen:
4
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller nikkibruinen. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.95. You're not tied to anything after your purchase.