100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting hoorcolleges TOE Statistiek $9.76   Add to cart

Class notes

Samenvatting hoorcolleges TOE Statistiek

 10 views  1 purchase
  • Course
  • Institution

Volledige en uitgebreide samenvatting van de hoorcolleges van TOE Statistiek + eventuele afbeeldingen van de slide's waar nodig.

Preview 4 out of 47  pages

  • June 19, 2022
  • 47
  • 2021/2022
  • Class notes
  • -
  • All classes
avatar-seller
TOE
CORRELATIONEEL ONDERZOEK

Customer satisfaction; tevredenheid over ervaring van klanten bevragen
Political polls; polls over de politiek (bv stemmen)
Governmental statistics; statistieken over bevindingen in een land/ over een volk (CBS)

2 manieren van data generen;
- Indicentally (organic); de data was in eerste instantie niet bedoeld voor het onderzoek, maar
voor een ander doel
 Aspirational; bv iets op sociale media doen (user created content; bedoeld voor een
ander doel)
 Transactional; transacties bv via betaalpas of
bonuskaart etc.
- Purposively (designed); gericht data gaan zoeken
 Experiment
 Survey
 Administrative

Correlational data; designed
We ontwerpen een studie & verzamelen data om;
- De sociale realiteit te beschrijven
- (Causale) relaties te onderzoeken
- Te generaliseren naar de populatie

Inferential goals; description (beschrijven), causation (causale relatie; Inferential cirkel;
oorzaak-gevolg) & prediction (voorspellen)




Survey modes; face-to-face, mail, telephone, internet & mixed-mode




Cross-section surveys; eenmalig interview
Panel surveys; respondenten verschillende keren over tijd interviewen (meestal is de content (de
vragen) hetzelfde, maar het kan verschillen)
Voordelen panel surveys;
- Je krijgt toegang tot persoonlijke veranderingen & causaliteit (bv antwoorden op vragen voor
een bepaalde gebeurtenis en na een bepaalde gebeurtenis)
- Je kunt variabelen zoals leeftijd, een bepaalde periode en cohorte (invloed van in welk jaar je
geboren bent en de omstandigheden op dat moment) effecten uit elkaar halen


Mogelijke errors van panel surveys;

, - Attrition (uitval)
- Panel conditioning
- Coverage error (dekkingsfout)
- Sampling error (steekproeffout)
- Non-response error
- Non-response bias
- Adjustment error
- Measurement error
- Processing error

Attrition (uitval); opeenvolgende non-response of drop-out van participanten
Panel conditioning; bepaalde antwoorden verdraaien doordat je weet dat je anders veel vragen over
dat onderwerp zult krijgen; om dit te vermijden geven mensen bewust verkeerde antwoorden




Coverage error (dekkingsfout); niet iedereen die je wilt onderzoeken (uit de populatie) wordt gedekt
met de manier van benadering; wanneer niet iedereen uit de populatie een (even) grote kans krijgen
om in de steekproef te zitten & wanneer mensen uit de steekproef verschillen van mensen in de
steekproef (beide wel in populatie)
(bv via internet een vragenlijst sturen maar veel mensen gebruiken het internet niet)

Sampling error (steekproeffout); wanneer niet de hele populatie wordt onderzocht, maar slechts
een klein deel ervan (de steekproef); zorgt voor onzekerheid
 Oplossing sampling error; bepaalde vragen kunnen eruit worden gescreend







Non-response error; wanneer mensen weigeren deel te nemen aan het
onderzoek (unit-non response) of weigeren een bepaalde vraag te
beantwoorden (item-non response)
Non-response bias; systematische verschillen tussen respondenten en niet-
respondenten op de belangrijkste onderzoek variabelen

Adjustment error; door de dekking- en non response error kunnen statistieken gebaseerd op
respondenten verschillen van statistieken van de (doel) populatie; de methode voor de data die is
gebruikt, zorgt voor verschillende/ verkeerde resultaten
 Oplossen adjustment error; “weighting” up the underrepresented

Measurement error; vragen verkeerd beantwoorden om geen verkeerde indruk achter te laten;
vragen beantwoorden op een sociaal wenselijke manier (bv bij gevoelige vragen)

, Redenen van measurement error;
- Onderzoek modeeffecten
- Slechte vraagstelling
- Aspecten van hun gedrag

Processing error; antwoorden verkeerd rapporteren na het antwoord van de respondent (vooral bij
interviews)

Sampling;




Meetbaar maken constructen;
Construct  conceptuele definitie (definitie)  operationele definitie (meetbaar maken) variabele

Betrouwbaarheid (reliability); wanneer je meerdere metingen doet, zijn de resultaten dan
hetzelfde?
 Test-hertest betrouwbaarheid (test-retest): geeft het meetinstrument consequente scores
wanneer onderzoekers het meerdere keren gebruiken? Niet handig bij theoretische
begrippen die fluctueren met de tijd. De test worst als goed beoordeeld wanneer r > 0.50
 Interbeoordelaarsbetrouwbaarheid (interrater): geeft het meetinstrument consequente
scores wanneer verschillende onderzoekers het gebruiken? Wordt vooral gebruikt bij
observaties. Het wordt als goed beoordeeld wanneer r > 0.70
 Interne betrouwbaarheid (internal): geven respondenten soortgelijke antwoorden op
verschillende vragen over hetzelfde theoretische begrip? Vooral gebruikt bij surveys &
gemeten met Chronebach’s Alfa; meet de interne consistentie; de samenhang van vragen
binnen een survey. Chronebach’s Alfa in de sociale wetenschappen is goed wanneer  0.7
< 0.7  slecht
> 0.8  goed

Betrouwbaarheid meten;
1. Vragen in dezelfde richting coderen; hercoderen
2. Gemiddelde score of de som van de score berekenen
3. Correlaties; “Corrected item- total correlation” checken
4. Alleen wanneer < +/- 0.2  item verwijderen
5. Chronebach’s Alpha checken
6. Eventueel items weghalen voor een hogere Chronebach’s Alpha  < 0.7

, Validiteit; wordt er gemeten wat je wilt meten?
- Externe validiteit: de mate waarin onderzoeksresultaten gelden voor een grotere groep dan
alleen de onderzochte groep; je kunt conclusies trekken die verder gaan dan alleen de
onderzochte groep. Dit hangt af van; de dataverzamelingsmethode & de manier waarop de
steekproef getrokken wordt
- Interne validiteit: alternatieve verklaringen voor de gevonden relatie moeten zijn
uitgesloten; de mate waarin je met zekerheid kunt stellen dat een vastgestelde oorzaak-
gevolgrelatie (causaal verband) niet door andere factoren kan worden verklaard.
- Statistische validiteit: verschillende manieren om een resultaat op z’n waarde te kunnen
beoordelen; hoe kunnen we de waarde van een resultaat beoordelen;

Begripsvaliditeit (construct validity): de validiteit van het meetinstrument dat is gebruikt om een
bepaald theoretisch begrip te meten; hoe weet een onderzoeker of er gemeten is wat er voor ogen
was?
 Subjectief beoordelen (voor dataverzameling);
 Indruksvaliditeit (face validity): hoe beoordelen de experts dit meetinstrument?
Experts gaan ernaar kijken
 Inhoudsvaliditeit (content validity): meet het meetinstrument wel alle aspecten van
het theoretische begrip?
 Empirisch beoordelen (na dataverzameling);
 Convergente validiteit; komen de metingen van dit meetinstrument en metingen
van een ander meetinstrument (dat hetzelfde of soortgelijk begrip meet) overeen?
 Divergente validiteit (discriminant validity): hangen de metingen van dit
meetinstrument juist niet samen met andere kenmerken?
 Criterium validiteit; voorspelt het een uitkomst; hangen de metingen van de
meetinstrumenten samen met een andere uitkomstvariabele waarvan we weten dat
er een verband hoort te zijn?

Correlatie; een meting van sterkte en richting van een lineaire relatie tussen twee interval/ ratio
variabelen tussen -1 & +1  in de statistiek r
- Significantie van correlatie checken; “sig (2-tailed)” = p-waarde  minimaal 0.5
Correlatie wordt gebruikt voor het meten van strekte en richting van een lineaire relatie

Significantie (p-waarde); “If p is low, H0 must go”
- Kleine p-waarde  H0 verwerpen  er is een relatie
- Grote p-waarde  H0 niet verwerpen  er is geen relatie

Vraag-antwoord model (Tourangeau)/ the response process; het process van een respondent tijden
het reageren op een vraag;




Comprehension; de vraag begrijpen
Retrieval; de informatie ophalen uit het geheugen
Judgement; gedachten, ideeën, meningen, ervaringen, herinneringen, informatie in het hoofd van de
respondent bij elkaar halen en een antwoord vormen o.b.v. de informatie; wil/ ga ik dit delen met de
interviewer, is dit wat de interviewer wilt horen van mij?
Response; verbaal antwoord geven
 als interviewer faciliteer je dit volledige proces door vragen te stellen (inhoud) en te motiveren
(relatie/ rapport)
Verschillende reacties;

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller ginavermeulen. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $9.76. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

64438 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$9.76  1x  sold
  • (0)
  Add to cart