Some examples from this set of practice questions
1.
Wat zijn vier voorwaarden van sociale inclusie?
Answer: Regie over het eigen leven nemen, vertrouwen in jezelf en in je competenties hebben, positieve uitstraling en re-institutionalisering.
2.
Welke vijf veronderstellingen leiden tot een platte opvatting over diversiteit?
Answer: dichotoom en sluiten elkaar uit, eendimensionaal bepaald, machtsneutraal, onafhankelijk en statisch.
3.
Wat is het verschil tussen klassieke grondrechten en sociale grondrechten?
Answer: Klassieke grondrechten waarborgen de vrijheid en gelijkheid van burgers en bescherming tegen de overheid. Het gaat om zaken waarbij de overheid zich moet onthouden. Sociale grondrechten zijn rechten waar de overheid juist wel voor moet zorgen. Er wordt overheidsoptreden verwacht.
4.
Wat is het verschil tussen mensenrechten en grondrechten?
Answer: Mensenrechten zijn onvervreemdbare vrijheidsrechten die de overheid moet garanderen. En die voor iedereen/alle burgers gelden. Terwijl burgerrechten alleen voor burgers van een samenleving gelden. Ben je geen burger, dan heb je geen rechten.
5.
Uit welke drie machten bestaat de trias politica?
Answer: Wetgevende macht, uitvoerende macht en rechterlijke macht.
6.
Op welke drie manieren kan je als burger invloed hebben op de politiek?
Answer: Electorale participatie, niet-electorale participatie en actief lid worden.
7.
Wat zijn de uitgangspunten van het liberalisme?
Answer: Individuele rechten en individuele vrijheid staan centraal. De samenleving is er het meest bij gebaat als ieder individu zich zo optimaal mogelijk kan ontplooien. De overheid moet zich zo min mogelijk met de economie bemoeien.
8.
Wat zijn de uitgangspunten van het confessionalisme?
Answer: In het confessionalisme baseren mensen hun politieke opvattingen op hun geloofsovertuiging. Harmonie, rentmeesterschap (de mens leent de aarde) en het principe van gespreide verantwoordelijkheid (subsidiariteitsbeginsel) staan centraal.
9.
Wat zijn de uitgangspunten van het socialisme?
Answer: Vrijheid en gelijkheid krijgen pas echt betekenis als mensen gelijke kansen hebben. Politieke gelijkheid is alleen mogelijk als de verschillen in bezit, inkomen en kennis niet te groot zijn.
10.
Wat betekenen de begrippen functionele rationaliteit en waarderationaliteit?
Answer: Waarderationaliteit is gedrag dat gebaseerd is op een bepaalde waarde of principe. Functionele rationaliteit is gedrag gericht op weloverwogen eigen doeleinden, waarbij de beschikbare middelen zo efficiënt mogelijk worden ingezet.
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller kayleighheuveling. Stuvia facilitates payment to the seller.
No, you only buy these notes for $5.39. You're not tied to anything after your purchase.
4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)
69052 documents were sold in the last 30 days
Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 15 years now
