100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting MCOS - Afgesloten met 8,3 $7.21   Add to cart

Summary

Samenvatting MCOS - Afgesloten met 8,3

 9 views  1 purchase
  • Course
  • Institution

Uitgebreiden samenvatting MCOS.

Preview 4 out of 48  pages

  • June 21, 2022
  • 48
  • 2021/2022
  • Summary
avatar-seller
Aantekeningen MCO/S Semester 1
College 1: 6 September
De wetenschappelijke methode: Systematisch proces van een vergaring van theoretische kennis door
middel van observatie
- Systematisch proces van vragen stellen en beantwoorden, resultaten openlijke delen en
laten zoen dat je resultaten valide zijn
Wetenschappelijke kennis = kennis zoeken via duidelijk omschreven regels/principles
Empirisch = zintuigelijke waarneming
Wetenschappelijke kennis:
Empirisch toetsbaar = toetsen van de werkelijkheid, waarneembare waarheid
Repliceerbaarheid = studie moet herhaald kunnen worden met dezelfde resultaten (bestempeld als
een belangrijk onderdeel door de docent)
Objectief = Niet persoon-gebonden bevindingen, Uniforme regels – vergelijkbare uitkomsten, Geen
ruimte voor subjectieve interpretatie.
Transparant/openbaar = controleerbaar en open voor kritiek.
Falsificeerbaarheid = op zoek naar tegenbewijs, welke observatie is nodig om je verwachting tegen
te spreken, alleen maar bevestiging zoeken leidt niet tot vooruitgang.
Logisch consistentie = Niet alleen binnen je hypothese consistent blijven, maar eigenlijk in je hele
onderzoek. Blijf bij je oorspronkelijke idee en pas niks aan.
De empirische cyclus, hou je aan om wetenschappelijk onderzoek te doen. Hieronder de empirische
cyclus:
- Observatie: zoeken/ vinden van een idee
- Inductie: theorie zoeken die dit bevestigd en daar op doorbouwen. Hypothese opstellen
- Deductie: specifieker maken op een specifiek onderwerp
- Toetsing: Een test erbij bedenken, voorbeeld: experiment, survey, etc.
- Evaluatie: evalueren of het onderzoek wat je hebt bedacht kan worden bevestigd.
(Belangrijk opzoeken)
Non scientific-methods
- Opinion
o Intuition/belief

o Consensus

o Authority

- Biased/flawed
o Causal observation

, o Informal logic



College 2: 7 September
Paradigma = gedeelde opvattingen en aannames = wereldbeeld, wereld is niet plat maar rond
Paradigmaverschuiving door nieuwe/meer kennis. We weten steeds meer
Ontologie = Zijnsleer, Opvattingen over hoe de sociale werkelijkheid is opgebouwd, bepaalt hoe
wetenschappers denken en onderzoek verrichten. Ons wereldbeeld over de aard van communicatie
en invloeden en systemen daarbij.
Binnen CW: Wat is communicatie?
Wat is attitude?
Lasswell’s communication model: Belangrijk model
b




Shannon’s and Weavers’s




Epistemologie = Kennisleer, opvattingen over wat als kennis telt en hoe kennis moet worden
vergaard. Bepaalt welke onderzoeksmethoden worden gebruikt en wat de kwaliteit daarvan is.
Binnen CW: Hoe vergaren we kennis over de communicatie in de sociale werkelijkheid
Hoe observeren/meten we communicatie?
Hoe observeren/meten we attitude?

,Analytic statements: Statements die altijd hetzelfde zijn (priori). Ze kunnen geverifieerd worden door
logica.
Synthetic statements: Statements die afhangen van de wereld (posteriori) Ze kunnen geverifieerd
worden door observaties.
Universalistic research = een verklaring voor de gehele bevolking
Particularistic research = een verklaring voor specifiek onderzoek of een specifieke groep.
Worldview 1= Empirisch-analytisch = kwantitatief onderzoek, cijfermatige manier van onderzoek
doen
- Nadruk op wetmatigheden/generaliseren = nomothetische kennis
- Reductionistisch = Eenheid gereduceerd tot variabelen
- Objectief: “derdepersoonsperspectief”
Worldview 2= Empirisch-interpretatief = Kwalitatief onderzoek, onderzoek doen op basis van
gesprekken/interviews
- Begrip van unieke, verstehen = idiografische kennis
- Holistisch: Eenheid als geheel
- Subjectief: “eerstepersoonsperspectief”
Inductie: van het bijzondere naar het algemene redeneren
Observatie -> Patroon -> Theorie
Inductie hebben we een bepaalde verwachting, om vervolgens deductie toe te passen aan de hand
van literatuur.
Deductie: is een afleiding ofwel het redeneren van het algemene naar het bijzondere
Theorie -> specificeren n.a.v. observatie -> hypothese
2 relevante theorieën:
Agendasetting: Media bepalen de agenda van ontvanger en bepalen waar we over praten. Je kan
een bepaalde mening krijgen door een programma wat je kijkt
Framing: Door een bepaald taal- en woordgebruik emoties en gevoelens opwekken wat ons denken
beïnvloeden.
Deductief-nomologisch (DN) model: Hier wordt er vanuit gegaan dat een wetenschapper op basis
van onderzoek een scientific explanation kan geven met een verwachting.
Inductie vs Deductie
Inductie puur vanuit een idee iets observeren, nog niet nagedacht
Deductie ga je kijken wat er bekend is aan literatuur
Toetsing, twee mogelijkheden: verificatie of falsificatie
Weiner kreis: een hypothese is wetenschappelijk als het bevestigd kan worden

, Karl Popper: Een hypothese is wetenschappelijk als het weerlegd kan worden. (dit zorgt voor meer
zekerheid, omdat het makkelijker is om te zeggen dat iemand het niet doet dan dat iedereen het
doet)
Tot slot trek je een conclusie uit alle data die is verzameld, en evalueert naar eventuele nieuwe
inzichten, wat kan leiden tot een vervolgonderzoek.
Onderzoekplan: stappen binnen het onderzoeksplan
- Probleemstelling:
o Vraagstelling, wat wil je precies weten

o Doelstelling, waarom wil je het weten

o Theoretisch raamwerk, eventueel conceptueel model: Hoe denk je dat het werkt

- Onderzoeksmethode
o Wat heb je nodig, dus welke tool zet ik in

- Dataverzameling
o De data vergkrijgen die jij nodig hebt voor je probleemstelling




College 3: 13 September
Onderzoek is een cumulatieve proces, je bouwt voort op een onderzoek van een ander. Waar kan
een onderzoeker nog wat aan toevoegen, bij wat al is bedacht.
Kijk wat anders/beter kan, leer van de fouten van andere.
Zoekmotieven, naar literatuur:
Reviewen van de literatuur = als op voorbereiding op je eigen onderzoek
- Overzicht van literatuur voordat je data verzamelt: aanleiding, theorie, hypothese,
methodologische beslissingen.
Literatuur review = als antwoord op je onderzoeksvraag (onderzoeksmethode)

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller jorikyntema70. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $7.21. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

83750 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$7.21  1x  sold
  • (0)
  Add to cart