,Hoofdstuk 1 – Goed leesonderwijs
Paragraaf 1.1 – Leesstadia
Pre-alfabetisme fase Het halen van betekenis uit Het kind maakt gebruik van
geschreven tekst visuele karakteristieken van
letters en woorden. Dit kan
alleen als het een beperkt
aantal is, anders leidt het
tot verwarring
De partieel alfabetische fase Kinderen lezen in deze fase
Partial cue = ze lezen woorden doordat ze een
niet op grond van beperkt aantal letters binnen die
volledige verklanking, woorden in klanken kunnen
maar op grond van omzetten.
partiële verklanking van
letters
Volledig alfabetisme fase Het kind leert om letters te Het kind leert hoe ze
associëren met klanken woorden kunnen lezen en
waar letters voor dienen.
Het kind gaat spellend lezen
en plakt klanken aan elkaar
om woorden te vormen
Geconsolideerde alfabetische Het kind gaat langzamerhand Veel oefening is
fase vloeiend lezen. noodzakelijk: de lezer moet
zijn vaardigheden vergroten
Paragraaf 1.2 – Leesproblemen
- Faalervaringen beïnvloeden het leerproces negatief. Ze leiden tot een verlies aan
zelfvertrouwen en een verlies aan controle over de situatie.
- Leesproblemen vormen een risicofactor die tot stemmingsproblemen of
stemmingsstoornissen kunnen leiden.
- Een goede ondersteuning vanuit de omgeving heeft een beschermende werking
Sommige maatregelen die we treffen om zwakke lezers beter te helpen, kunnen negatieve effecten
hebben:
- Groeperen op basis van leesniveau groepje met zwakke lezers werkt demotiverend
- Apart lesprogramma voor de zwakke lezer de zwakkere lezer heeft hetzelfde aanbod als
de sterkere lezer nodig om op hetzelfde niveau te komen
- Onvoorbereid hardop lezen slecht voor zelfvertrouwen en ontwikkeling van leestechniek.
Een leerling moet vertrouwd zijn met de inhoud, dan kan hij met meer intonatie voorlezen.
-
Paragraaf 1.3 – Dyslexie bij allochtone kinderen
- Dyslexie wordt bij allochtone kinderen zelden gesignaleerd, omdat de achterstand in de
Nederlandse taal meer opvalt dan mogelijke dyslectische problematiek.
- Voor de meeste allochtone kinderen is niet de leestechniek, maar het begrijpend lezen het
grootste probleem.
De oorzaak: een gebrekkige kennis en taal- en ervaringsbasis.
- Als problemen met het decoderen hardnekkig zijn, is langdurige en intensieve
leesbegeleiding noodzakelijk.
- Een probleem bij het begeleiden van allochtone kinderen, is het feit dat zowel de ouders als
leerling een lager belang toekennen aan het goed leren lezen en schrijven.
, - Bij de interactie over de leesstof moet de leerkracht rekening houden met culturele
verschillen.
Paragraaf 1.4 – Preventie
- De kwaliteit van de leerkracht is bepalend voor de vooruitgang dan de kwaliteit van de
leermiddelen.
- Coaching in de vorm van bijv. supervisie of van groepsinterventie is wenselijk
- Als men kinderen in risicogroepen betere kansen willen geven om succesvol te leren lezen,
zal men ze in groep ½ veel gelegenheid moeten geven hun taalvaardigheid te vergroten,
bijvoorbeeld: herhalen van zinnen, navertellen van een verhaaltje, passieve woordenschat,
kunnen benoemen van plaatjes, begrippen van zinnen en taalproductie hangen samen met
het gemak van het leren lezen en spellen op latere leeftijd.
- Taalzwakke kinderen hebben behoefte aan een rijke taalomgeving en moeten leren
begrijpend luisteren.
- In groep 3 kan men veel voorkomen door risicoleerlingen extra hulp te geven: pre-teaching
om remedial teaching te voorkomen.
Paragraaf 1.5 – Lezen moet motiveren
- In landen die hoger scoren m.b.t. lezen, is er veel aandacht voor leesbeleving. In Nederland
(scoort laag) is er aandacht voor de uitspraak, leesfouten en oefenen van deelonderwerpen.
- Beginnend lezen wordt teveel verbonden met technisch lezen, waardoor er te weinig
aandacht is voor begrijpend luisteren, schrijven en begrijpend lezen.
Lezen is communiceren
- Het gesprek over de tekst moet een belangrijke plaats krijgen. Het doel van het gesprek is het
leesbegrip, maar ook het vergroten van de woordenschat en van kennis over de wereld.
- Leren lezen moet altijd begrijpend lezen zijn. Gebruik teksten die het zelfstandig denken
bevorderen.
De kwaliteit van de boeken
- Het taalgebruik wordt te sterk verarmd op basis van AVI- en CLIB-niveaus. Deze verarming
leidt tot slechte leesbaarheid en veroorzaakt problemen in de verhaalstructuur waardoor de
inhoud minder interessant is.
- Het doel van lezen is om betekenis te ontlenen aan geschreven woorden en tekst. De
leesinhoud moet daarom voor alle kinderen interessant zijn.
Het ‘heilige’ AVI-niveau
- Geïntegreerde tekstonderwijs: de nadruk ligt meer op de doelen van het lezen, namelijk
genieten, de wereld exploreren, kennis vergaren, reflectie op de wereld om je heen.
Kinderen moeten dus het boek interessant vinden, dan maken de woorden niet meer uit.
- Het is essentieel voor de leesontwikkeling dat kinderen op of boven het niveau van hun
groep lezen, waar nodig met ondersteuning.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Jearin. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $8.30. You're not tied to anything after your purchase.