100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Juridische aspecten Hoorcolleges in een bestand $6.97
Add to cart

Class notes

Juridische aspecten Hoorcolleges in een bestand

 0 view  0 purchase
  • Course
  • Institution

alle aantekeningen van de Hoorcolleges worden hier samengevat

Preview 4 out of 40  pages

  • June 22, 2022
  • 40
  • 2021/2022
  • Class notes
  • Winand grooten
  • All classes
avatar-seller
Juridische aspecten
Hoorcolleges

Week 1 hfd 1,2&3:

College 1, hoofdstuk 1:
Indeling in de verschillende rechtsgebieden
Nationaal recht  territorium <-> soevereiniteit
Kan per land ingrijpend verschillen

Internationaal recht  volkenrecht met verdragen tussen volken en landen
In een verdrag worden dingen vastgelegd, denk aan de grens tussen Nederland en België.
Verdragen zijn bilateraal (tussen 2) of multilateraal (tussen meer dan 2)

Verdragen die ingrijpen in de soevereiniteit
EVRM (Europees verdrag voor rechten van de mens)  rechtstreeks gelding/ monistisch
systeem

Verdragen voor internationale organisaties
 Europese unie = supranationale organisatie, omdat die soevereiniteit van aparte landen
kan afnemen.
 Verenigde naties = intergouvernementele organisatie

Verdeling nationaal en internationaal recht
Privaatrechtelijke regels:
Rechtsverhouding burger <-> burger
Eigen belang van de een tegenover die van een ander
Bijvoorbeeld: een werkgever wil zo goedkoop mogelijk personeel en de werknemer wil zo
veel mogelijk verdienen

Publiekrechtelijke regels
Rechtsverhouding burger <-> overheid
Rechtsverhouding overheid <-> overheid

Eigen belang tussen het algemene belang
Algemeen belang tegen het algemeen belang

Exclusief recht van overheid  publiekrecht
Geen exclusief recht van overheid  privaatrecht

Privaatrecht
Regels mb.t het personen en familierecht  de rechtsregels die betrekking hebben op de
rechtsverhoudingen binnen en buiten het gezin.
Regel m.b.t. het vermogensrecht  de rechtsregels die betrekking hebben op
rechtsverhoudingen die primair op geld waardeerbaar zijn.
Het erfrecht ligt ertussenin, bij overlijden wordt deze recht toegepast. Geld of denk aan
mensen, minderjarige kinderen.

Vermogensrecht:
Goederenrecht = rechtsverhouding tussen een persoon en een goed
Verbintenissenrecht = de rechtsverhouding tussen twee personen
Handelsrecht = het geheel aan rechtsregels aangaande handel en verkeer

,Publiekrecht:
 Staatsrecht  regelt de organisatie van de gehele overheid
 Strafrecht  het geheel aan regels betreffende de strafbaarstelling van bepaalde
feiten en de straffen
 Administratief recht of bestuursrecht  geeft invulling aan de rechtsverhouding
tussen burgers en overheid

Afkomstig van overheidsorgaan  bevoegdheid komt uit de Grondwet
1. Formele wetgever
= regering en staten generaal
- Wet in formele zin

Op centraal niveau
 De regering = AMVB
 Een of meer ministers = ministeriele regeling

Op decentraal niveau
 Provincies, gemeentes, bedrijfschappen, openbare lichamen = verordeningen


Rechtspraak/ jurisprudentie:
a. Uitleg van rechtsregels
b. Aanvullen op bestaande rechtsregels

Gewoonterecht:
 Regels zijn niet afkomstig van de overheid
 Bestendige gedragslijn/ herhaald gebruik
 Besef dat gebruik rechtens moet worden gevolgd

Verdragen
 Volkenrecht
 Besluiten van internationale organisaties
Deze worden opgedeeld in:
1. Supranationale organisaties  gedeeltelijke overdracht van soevereiniteit
2. Intergouvernementele organisatie  geen overdracht van soevereiniteit

Rangorde in regelgeving
 Verdragen, belangrijkste schriftelijke regelgeving
 Grondwet
 Wetten in formele zin
 AMVB (almgemene mate van bestuur)
 Ministeriële regelingen
 Provinciale verordeningen
 Gemeentelijke verordeningen en verordeningen van waterschap.




College 2, hoofdstuk 2&3:

,Trias politica
De macht in een land ligt niet bij een persoon alleen, maar bij meerder personen.
- wetgevende macht  bevoegdheid om regels te maken, in handen van parlement
- uitvoerende macht  toepassen van de regels, in handen van een bestuursorgaan
- rechtsprekende macht  rechtspreken van deze regels, onafhankelijke rechters



De trias op centraal niveau
- wetgevende macht  de staten generaal, dit is de eerste en tweede kamer
- uitvoerende macht  regering, koning en ministers
- rechtsprekende macht  onafhankelijke rechters

Trias op lager niveau
Wetgevende macht Uitvoerende macht Rechtsprekende
macht
Provincies Provinciale staten Gedeputeerde staten -
Gemeente Gemeenteraad College van B&W -




Rechterlijke macht
 Burgerrechtelijke, civiele rechtspraak  conflicten tussen burgers
 Strafrechtelijke rechtspraak  mensen overtreden regels waar een straf op staat
 Bestuursrechtelijke rechtspraak  probleem tussen overheid en burger, publiek

Drie verschillende rechtscolleges
Bij welk rechtscollege moet een proces worden gevoerd?
 De vraag naar competenties:
Absolute competenties
Welk type rechtscollege moet de zaak in eerste aanleg behandelen?
Zie Pyramide hierboven

Relatieve competentie
Welke arrondissementen of resort is bevoegd de zaal in eerste aanleg te behandelen?
De vraag naar het juiste geografische gebied.

Als je in hoger beroep gaat wordt de eerste uitspraak tijdelijk geschorst.

, Relatieve competentie
 Bestuurszaken, afhankelijk van het bestuursorgaan dat het betreden besluit heeft
genomen.
Centrale overheid: rechterbank in woonplaats belanghebbende
Lagere overheden: rechterbank binnen wiens rechtsgebied het bestuursorgaan haar
zetel heeft.
 Strafzaken, de rechter binnen wiens rechtsgebied het strafbare feit zich heeft
voorgedaan.
 Burgerlijke zaken, hoofdregel = rechterbank in woonplaats van de gedaagde
Soms is een andere rechtbank mede bevoegd, dan heb je keuze als eiser.
a. In arbeidszaken is ook een rechtbank bevoegd van het arrondissement waar
gewoonlijk het werk wordt verricht
b. Gaat het om een zaak tussen een bedrijf en een particulier, dan is de rechtbank
in de woonplaats van de particulier mede bevoegd.
c. Is er sprake van een onrechtmatige daad, dan is de rechtbank van de plaats
waar het feit zich heeft afgespeeld, mede bevoegd
d. Bij een geschil om ene onroerende zaak is mede bevoegd de rechtbank binnen
wiens rechtsgebied de onroerende zaak ligt.

Positief recht
1. Regels vanuit doelmatigheid
2. Regels met een morele inslag
3. Regels die rechten en plichten bevatten

Subjectieve rechten
 Verlenen van bepaalde bevoegdheid
 Eigendomsrecht
 Kiesrecht
 Huurrecht

Twee vragen:
1. Aan wie komt die bevoegdheid toe?
2. Hoe komen deze rechten tot stand?

Rechtssubjecten
Natuurlijke personen: wijzelf en wij worden nooit een rechtspersoon
Rechtspersonen:
1. Privaatrechtelijke rechtspersonen
NV, BV, vereniging en stichting
2. Publiekrechtelijke rechtspersonen
Staat, provincie, gemeente, waterschap
3. Kerkgenootschappen

Hoe komen die subjectieve rechten tot stand?
Feiten  rechtsfeiten, een feit met juridische betekenis.
Blote rechtsfeiten  geboorte, dood, tijdsverloop
Handelingen van personen  rechtshandelingen en feitelijke handelingen

Rechtshandelingen = handelingen waarmee een rechtsgevolg wordt beoogd, kan heel
divers zijn. Bijvoorbeeld ontslag nemen of een kamer huren. De wil is doorslaggevend om dit
te doen en moet een verklaring worden bevestigd.



Meerzijdige rechtshandeling:

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller nghhendriks. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $6.97. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

52510 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$6.97
  • (0)
Add to cart
Added