Dit document bevat alle antwoorden van hoofdstuk 1 nova scheikunde vwo 4. Als extra zijn er ook uitwerkingen zodat je begrijpt hoe je de vraag moet beantwoorden en wat er in je antwoord verwerkt moet zijn.
1 Chemisch rekenen
[H3O + ][HCO3− ] 4,0 ⋅ 10−8 × [HCO3− ] 4,5 ⋅ 10−7 [HCO3− ]
e K= =4,5 ⋅ 10−7 = ; = = 11 ;
[CO 2 ] [CO 2 ] 4,0 ⋅ 10−8 [CO 2 ]
dus [HCO3–] : [CO2] = 11 : 1.
f Als je voedingspatroon veel invloed zou hebben op de zuurgraad van je bloed zou je ademhaling
steeds ontregeld zijn. Dat is (gelukkig) niet het geval.
Goud
Praktijk
1 a Au(s)
b IJzer is een onedel metaal en reageert gemakkelijk met lucht en water. Hierdoor zal ijzer meestal
als element in verbindingen in ijzererts aanwezig zijn.
2 a Er is in de tekst gegeven dat 10 g 24 karaat goud 24 ton afval geeft.
Het masker heeft een massa van 11 kg = 11·103 g.
11 ⋅103
Er is dan = 1,1 ⋅103 keer 10 g goud nodig. Hierbij ontstaat 1,1∙103 × 24 = 2,6·104 ton afval.
10
b Het e-waste bevat 0,3 g goud per kg e-waste.
11 ⋅103
Voor 11 kg goud is dan = 3, 67 ⋅104 kg e-waste nodig.
0,3
Dit komt overeen met 3,7∙101 = 4·101 ton e-waste.
c Filtratie kan worden gebruikt. De onoplosbare delen van het erts vormen het residu en de
goudoplossing vormt het filtraat. Bezinken kan ook.
d Door te werken met een overmaat zink reageert al het opgeloste goud tot vast goud. Dit zorgt voor
een zo groot mogelijke opbrengst.
e Bij het gebruik van koolstof is er minder zink en zwavelzuur nodig. Het koolstof kan worden
gerecycled. Het zorgt dus ook voor minder onbruikbare resten. Dit is gunstiger voor het milieu en
zou dus moeten worden gestimuleerd.
f De zure afvalstroom kan worden geneutraliseerd door toevoeging van een base. Een andere
mogelijkheid is deze oplossing verdunnen.
3 a 24 karaat goud bevat alleen goud. Goud is een edelmetaal en niet schadelijk voor de gezondheid.
Bij gebruik van goud met een lager karaat zijn ook andere (zware) metalen aanwezig die mogelijk
schadelijk voor de gezondheid zijn.
b als kleurstof of ter decoratie
c Aangezien het goud niet reageert (en ongebruikt wordt uitgescheiden) is de voedingswaarde nul.
1 Atoombouw en periodiek systeem
Opdrachten
1 a Het atoomnummer van neon is 10. Neon heeft dus tien protonen.
b Het atoomnummer van zilver is 47. Een zilveratoom heeft dus 47 protonen en ook 47 elektronen.
c Het atoomnummer van zuurstof is 8, het massagetal van O-18 is 18. Het aantal neutronen is gelijk
aan het massagetal minus het atoomnummer: 18 – 8 = 10.
d Het aantal protonen is gelijk aan het atoomnummer. Elk element heeft een uniek atoomnummer.
Atoomnummer 23 is van vanadium, V.
e Omdat het aantal neutronen in een kern kan variëren, bestaan er van de meeste elementen meerdere
isotopen met verschillende massagetallen. Verschillende elementen kunnen dus ook atomen hebben
met hetzelfde massagetal. Opzoeken in Binas tabel 25A wijst uit dat van zilver en cadmium (Ag en
Cd) isotopen met massagetal 109 bestaan.
2 a massagetal [H
= aantal
+ protonen
− + aantal neutronen−8 −
⋅ 10−7 [HCO3− ]
K 3O ][HCO3 ] =4,5 ⋅ 10−7 =4,0 ⋅ 10 × [HCO3 ] 4,5
e =
82 = 36 + n; n = [CO
82 – 36 = 46 neutronen ; = = 11 ;
2] [CO 2 ] 4,0 ⋅ 10−8 [CO 2 ]
b massagetal = aantal protonen + aantal neutronen
dus [HCO3 ] : [CO2] = 11 : 1.
–
31 = 14 + n; n = 31 – 14 = 17 neutronen
f Als15 je voedingspatroon veel invloed zou hebben op de zuurgraad van je bloed zou je ademhaling
c N-15 en N of 15N
steeds ontregeld zijn. Dat is (gelukkig) niet het geval.
7
d Het atoomnummer van een element is altijd hetzelfde. Om
hetzelfde en aanworden
kan te geven met welkinisotoop
opgezocht men 99.
Binas tabel van
doen
Om aanheeft, volstaat
te geven metdaarom het massagetal.
welk isotoop men van doen heeft, volstaat daarom het massagetal.
e C heeft atoomnummer 6; C-14 heeft een kern met daarin zes protonen en acht neutronen. Om de
kern bevinden zich zes elektronen die als volgt zijn verdeeld: K-schil twee en L-schil vier
elektronen.
3 a Ni, Pd, Pt, Ds
b Na, Mg, Al, Si, P, S, Cl, Ar
c halogenen
d groep 18
e periode 1
4 In de groepen
groep 13de
1 en in totgroepen
en met 17
13 staan
tot en zowel
met 17metalen als niet-metalen.
staan zowel metalen als De eigenschappen
niet-metalen. van deze
De chemische
elementen komen
eigenschappen vandus niet
deze allemaal komen
elementen overeen.dus niet allemaal overeen.
5 a De relatieve atoommassa van Te is groter dan die van I. Het element zou dus na I moeten komen.
De eigenschappen van Te en I zijn echter zodanig dat I na Te zou moeten worden geplaatst.
b Toen de bouw van het atoom was opgehelderd, konden de elementen op volgorde van
atoomnummer worden gezet in plaats van op atoommassa. Nu werd duidelijk dat de relatieve
atoommassa van Te wel degelijk 127,8 u bedraagt en dat deze hoger is dan die van I ten gevolge
van het voorkomen van zwaardere isotopen.
6 a Een positief geladen bol (9+) met negen negatieve elektronen erin als rozijnen in een plumpudding.
b
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Hybridobiwan. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $9.76. You're not tied to anything after your purchase.