Methoden van wetenschappelijk onderzoek, Deel 2 (POM25A)
Summary
Samenvatting Kwalitatiev en gemengde methoden - POM25a
29 views 0 purchase
Course
Methoden van wetenschappelijk onderzoek, Deel 2 (POM25A)
Institution
Katholieke Universiteit Leuven (KU Leuven)
Book
Introduction to Qualitative Research Methods in Psychology
Samenvatting van het vak Methoden van Wetenschappelijk onderzoek, deel 2. Namelijk over kwalitatieve en gemengde methoden.
Samenvatting is gebaseerd zowel op de slides van de les, als op de cursus.
Methoden van wetenschappelijk onderzoek, Deel 2 (POM25A)
All documents for this subject (6)
Seller
Follow
lisadaems
Content preview
Kwalitatieve en gemengde methoden
Inleiding
Wat is kwalitatief onderzoek?
o Rijke data (open vragen, details, …)
o Perspectief individu
o Natuurlijke settings
o Idiografisch
o Diepere band onderzoeker-participant
o Ongestructureerd
o Géén hypothesetoetsing, maar theorieën en concepten uitdenken
Onderscheid kwalitatief en kwantitatief onderzoek
• Kennistheoretische benadering: ander visie op wat kennis is
ð Ander doel van onderzoek
• Methode(n) van dataverzameling en -analyse zijn specifiek voor dit soort
onderzoek
ð Andere gereedschapskist dan in ‘gewone leven’
• Onderzoeksproces
ð Andere accenten in de empirische cyclus
Kennistheoretische benadering
Gelijkenis Kwalitatief en Kwantitatief onderzoek à kennis op basis van
EMPIRISCH ONDERZOEK
Verschil Kwalitatief en Kwantitatief onderzoek
Positivisme – Comte (kwantitatief) Constructivisme (kwalitatief)
DOEL: perspectief laten zien (‘relativisme’)
LOGISCH POSITIVISME SOCIAAL CONSTRUCTIVISME
Objectieve kennis Geen objectieve kennis
-- --
Externe wereld bepaalt wat waar is Intersubjectieve kennis = ‘kennis’ die gedeeld wordt
door mensen met dezelfde visie
Onderzoek = ontdekkingsreis Onderzoek = bouwproject
Neutrale onderzoeker Perspectief van onderzoeker invloed op
geproduceerde kennis
Determinisme: leven gebonden aan fysische Agency: zelf werkelijkheid scheppen door
wetten, externe krachten interactie
o Focus op interactie, microniveau: visie
op wereld bepaald door persoonlijke
interacties
à AGENCY
, o Focus op maatschappij, macroniveau:
visie bepaald door sociale structuren
à STRUCTURE
Kwalitatief onderzoek in de empirische cyclus
DEDUCTIE
Theorie Data
(Ideeën) (Realiteit)
INDUCTIE
Deductie = algemeen à specifiek
Inductie = specifiek à algemeen
Kwalitatief onderzoek => geschikt voor inductie, want we houden iets heel algemeen
ipv ontzettend specifiek.
VERGELIJKING
Kwantitatief Kwalitatief
Nadruk op Deductie van hypothesen toetsen Inductie van nieuwe ideeën
van bestaande theorie à nieuwe theorie ontwikkelen
Methode Hypothetisch-deductief Theoretische interpretatie
Metafoor “Recept”: je weet precies waarnaar “Avontuur”: veel vrijheid, zoeken naar
op zoek, en wat je moet een goede theorie, geen algemeen
onderzoeken voor toetsen recept.
predicties
Soort Nomothetisch Idiografisch
ð Complementair
Gereedschapskist kwalitatief onderzoek
Typische vragen Dataverzameling
Ontstaan en verloop (wat, wie, hoe?) Rijke data: gedetailleerde beschrijvingen
Subjectieve beleving (hoe, waarom?) Perspectief individu: betekenis van de
ervaring
Specifieke context (waarom, wanneer?) Natuurlijke settings: kenmerken van het
dagelijks leven
Deductie
Strain theory Pesterijen als Proces: strain (frustatie) à actief destructieve coping à
stressgevolgen frustratie-agressie à dader van pesterijen
Conflict theory Pesterijen als Proces: taakconflicht of relationeel conflict à destructieve
geëscaleerd conflict conflichthantering à conflict escaleert à
verliezer conflict als slachtoffer van pesterijen
! bij bevindingen INDUCTIEF enkele elementen toevoegen
,Inductie
Strain theory Pesterijen als Frustatie à actief of passief destructieve coping à
stressgevolgen frustratie-agressie of schending normen (normvervaging)
à dader van pesterijen of slachtoffer van pesterijen
Conflicht theory Pesterijen als Conflict à destructieve conflicthantering à escalatie
geëscaleerd conflict (machtsbasis) à meer/minder (in)formele macht à
verliezer wordt slachtoffer en dader winnaar pesterijen
Groepscultuur Pesten als ‘cultuur’ ‘pestcultuur’ à normalisering: negatief gedrag wordt
groepsnorm/gewoonte à groepsleden daders à
nieuwkomers/buitenbeentjes slachtoffer
BESLUIT: inductie én deductie in kwalitatief onderzoek
CONCLUSIE: kwalitatief onderzoek
1) Kennistheoretische benadering: sociaal constructivisme
- Meerdere interpretaties vullen elkaar aan
- Verschillende perspectieven in één casus (bv. dader-slachtoffer-perspectief)
- Onderzoeker niet neutraal, heeft ook theoretische uitgangspunten
2) Methoden dataverzameling & -analyse: eigenheid kwalitatieve data
3) Onderzoeksproces: nadruk op inductie, maar ook deductie
DEEL 1: METHODEN VAN DATAVERZAMELING
1. ZELFRAPPORTAGE
= enige manier om iets te weten te komen over hoe mensen iets ervaren en wat
gevoelens en gedachten zijn
o Gegevens die persoon zelf geeft
o Gevoelens, gedachten
o Perspectief van persoon op bepaald moment, in een bepaalde context
o Verschillende vormen
(1) Vragenlijsten
(2) Dagboeken
(3) Interviews
(4)Narratieven (=levensverhalen/perspectieven mensen)
ð Perspectief kan verschillen naargelang
- Tijdstip
- Context (! Contextualiseren)
Welke info bekomen?
• Achtergrondinformatie deelnemer
• Gevoelens
• Attitudes en meningen
• Intenties en verwachtingen
• Kennis
• Gedrag
, Welke info NIET?
• Toekomstige gevoelens
• Verbanden
Problemen zelfrapportage
Kwantitatief (positivisme) Kwalitatief (constructivisme)
§ Soms niet in staat om juiste § Wat men vertelt en ervaart is altijd
informatie te geven (vb. redenen gekleurd door sociale context
voor gedrag) § Zelfrapportage als co-constructie van
§ Soms niet gemotiveerd om juiste betekenis in sociale interactie tussen
informatie te geven , sociale onderzoeker en respondent
wenselijkheid !
OPLOSSING: zichtbaar maken relatie en context
KWALITATIEVE INTERVIEWS
Interview = vragen gesteld door interviewer een antwoorden gegeven door
geïnterviewde
Gestructureerd interview Kwalitatief interview
(Marktonderzoek, simpele surveys met beperkte (wetenschappelijk kwalitatief onderzoek)
mogelijkheden tot antwoorden)
• Vooraf bepaalde lijst met gesloten vragen • Flexibel, open vragen
• Vnl kwantitatief • Kwalitatief
• Niet opgenomen • Wel opgenomen
• Vraag stellen en opschrijven • Actief luisteren, bijvragen, …
• Deductief, ter toetsing obv theorie • Inductief, exploratief
• Gestandaardiseerd • Geen volledig gestandaardiseerd
• Vaak gehuurde assistenten verloop
• Vooral eenmalig • Onderzoeker zelf
• Vaak herhaalde interviews
Soorten interviews
= vaste vragen en mogelijke antwoorden vooraf bepaald
+ Makkelijk kwantificeren, vergelijkbaar over ppn, consistente vragen
- Geen nieuwe ontdekkingen, geen mogelijkheid ppn om eigen
informatie toe te voegen
Gestructureerd Wanneer?
o Als je al weet wat belangrijke onderwerpen en vragen zijn
o Als het voordeel heeft om mondeling vragen te stellen i.p.v. op
papier
o Als je je wil aanpassen aan type respondenten
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller lisadaems. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.93. You're not tied to anything after your purchase.