Leerjaar 2, Blok 4
Voorbereiding
Kennisclip 1, Acute reacties op aerobe inspanning
Cardiovasculair systeem
Bestaat uit: hart, bloedvaten en het bloed
Hart:
- Hartslag / frequentie gaat omhoog
- Slagvolume gaat omhoog
Als gevolg daarvan gaat het hartminuutvolume omhoog
Hartminuutvolume is het product van de hartslag en slagvolume. (HMV = HS X SV)
Hartslag gaat omhoog in een lineair verband.
Slagvolume gaat eerst lineair maar vlakt dan af.
Dit heeft een consequentie voor het hartminuutvolume. →
In rust is je hartminuutvolume ongeveer 5.
Eerst is het lineair en daarna zwakt het af.
Bloedvaten:
- Herverdelen van het bloed,
doorboelding van de spieren omhoog.
-Bloeddruk gaat omhoog.
(onderdruk blijft gelijk. Bovendruk gaat
wel omhoog.)
,Bloed:
- A (arterieel) -V(veneus) O2
(zuurstof verschil) neemt toe →
- Afname van bloedplasma
-Hemoconcentratie
-PH daling
Arterieel, bloed gaat naar de
organen / spieren
Venus, bloed gaat terug naar het
hart.
Afname bloedplasma /
hemoconcentratie
- Vloeistof wordt naar de spieren getrokken daardoor wordt het gedeelte bloedplasma kleiner.
- Het aantal vaste deeltjes blijft gelijk, maar in verhouding neemt die dus toe! (omdat het plasma
afneemt)
- IN VERHOUDING dus meer rode bloedcellen.
Het plasma daalt, dus in verhouding zijn er meer rode bloedcellen.
Dat noem je een verhoging van hemoconcentratie.
pH daling:
- In rust is de PH 7,4
- Bij inspanning tot 50% VO2max zie je geen veranderingen in je PH
waarde.
- Bij inspanning boven 50% VO2max is er een pH daling, naar ongeveer
7,0 en in de spier 6,5. Daarom zeggen mensen van de verzuring van de
spieren.
Respiratoire systeem (ademhalingsstelsel)
Wat we gebruiken om zuurstof op te nemen een koolstofdioxide uit te
scheiden.
De onderdelen zijn:
1. Neus/mond/keel
2. Luchtpijp
3. Bronchien
4. Longen
5. Longblaasjes (alveoli)
Reacties binnen het respiratoire systeem.
- Longventilatie gaat omhoog. (pulmonale ventilatie)
- Teugvolume gaat omhoog (Je ademt dieper in)
- Ademhalingsfrequentie gaat omhoog (Je gaat sneller ademen)
Teugvolume x ademhalingsfrequentie = longventilatie
,Metabool systeem
Metabolisme = Stofwisseling, dat zijn alle biochemische processen die plaatsvinden in de cellen van
organismen.
Wij kijken met name naar de processen die energie vrije maken om te kunnen bewegen.
Denk aan het verbranden van voedsel
Reacties:
- Hoger zuurstof verbruik, dus daarom ook groter A-V O2 verschil
- Meer lactaat in het bloed, meer H+ in het bloed, dus lagere pH
Daarom vallen alle systemen samen.
Dus zodra jij in actie komt vragen jou spieren meer daarom moeten de systemen samenwerken. Je
hartslag gaat omhoog, je ademhaling gaat omhoog, pH daalt. Daarom lijdt het een tot het andere.
Kennisclip 2, Acute reacties kracht
Er zijn verschillende soorten kracht en aan de hand van die kracht krijg je een bepaalde reactie.
Welke acute reacties vinden er plaats.
De verschillende soorten krachtmethode:
1. Maximale kracht
2. Hypertrofie
3. Vermogen
4. Spier uithoudingsvermogen
Acute reacties kunnen we onder 3 verschillende reacties:
1. Neurale factoren (Factoren rondom het zenuwstelsel)
2. Factoren op spier niveau (In de spier)
3. Spierpijn
Neurale factoren:
De acties die je uit moet voeren om kracht uit te voeren.
- Motor unit activatie verhoogt.
Om meer kracht te kunnen leveren zullen er meer spiervezels moeten recuteren.
Meten met een EMG Rate coding, meet
hoeveel motor units geactiveerd zijn.
Grootte (amplitude) van het elektrisch signaal
vanuit de motorische zenuwen.
Hoe groter de amplitude is hoe groter ook de kracht
/ activiteit van een spier is.
, Eerst worden de slow switch vezels geactiveerd en daarna de fast switch.
Factoren op spierniveau:
Zijn aantal dingen die veranderen vooral metabole veranderen (voedingstoffen en hoeveelheid ATP)
Vind plaats tussen alle spiervezels.
Metabole veranderingen:
- ATP concentratie blijft gelijk maar zal daarna afnemen →↓
- Creatine fosfaat concentratie daalt ↓
- Spier glycogeen daalt ↓
- Bij producten uit de energiesystemen (bv. H+) stijgt. ↑
(tabel 5.1 van het dikke boek.)
Spierpijn:
- Acute spierpijn
- Tijdens en direct na inspanning → accumulatie eindproducent → H+ weefseloedeem
(vochtophoping, duwt tegen andere spieren aan. Dat voel je)
- Vertraagde spierpijn, Delayed Onset Muscle Soreness (DOMS)
- 24-48 uur na de activiteit
- Wordt waarschijnlijk veroorzaakt door schade aan spierweefsels.
Samengevat:
Acute reacties kijken van krachttraining:
- Neurale factoren vooral met het activeren van de spierweefsels te maken heeft. En aantal motor
units
- Factoren op spierniveau, waarbij vooral ophopen van afvalstoffen van energiesystemen.
- spierpijn, kan optreden als acute of latere spierpijn.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller fennevanderavoird. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $7.51. You're not tied to anything after your purchase.