18. Het urinair stelsel en pH
Deel B: pH-regulatie en stoornissen
18.0. Inleiding – homeostase
- pH-regulatie kadert binnen het proces van homeostase!
- We willen die pH regelen omdat ons lichaam streeft naar homeostase
- Homeostase is het proces waarbij organismen het interne milieu van chemische en fysische
processen in evenwicht houden, ondanks veranderingen in de omgeving waarin het
organisme zich bevindt
- Hierdoor kan het organisme zich aanpassen aan elke veranderende situatie
- Falen in homeostase is falen in het leven!
18.1. Water voor homeostase
- Belangrijkste stof in het lichaam
- 2/3de van het totale lichaamsgewicht bestaat uit water
- Verandering in watergehalte kan belangrijke gevolgen hebben en zelfs dodelijk zijn
Water Lezen
3 belangrijke eigenschappen
- H2O als reagens bij chemische reacties: hydrolyse en condensatie
Hydrolyse = een bepaalde stof reageert met water tot er 2 andere stoffen ontstaan
Condensatie = 2 stoffen versmelten tot een nieuwe stof waarbij een bijproduct van water
ontstaat
- H2O heeft grote warmtecapaciteit: t° H2O veranderen kost heel veel energie onder vorm van
warmte
Stabiliseren van de lichaamstemperatuur
Warmtecapaciteit = vermogen om warmte op te nemen en vast te houden
Transpiratie! (zweet)
Heeft een verkoelend effect: water wordt omgezet van vloeibare vorm naar
gasvorm, waarbij heel veel warmte nodig is om de omzetting te laten gebeuren
want de waterstofbruggen moeten verbroken worden
Dit is warmte die het lichaam kwijtraakt, en dus zorgt transpiratie voor een
verkoelend effect !
- H2O is uitstekend oplosmiddel en dus transportmiddel
Water fungeert als oplosmiddel voor veel organische en anorganische moleculen
(opgeloste stoffen) waardoor een oplossing bekomen wordt
Moleculen die oplossen, vallen uit elkaar en worden ionen of kleinere moleculen
1
, Verpleegkundig redeneren en handelen inleidend 2
Ionen
Circulerend bloedvolume bij de mens: ongeveer 70 mL / kg. Bij een baby : 90 mL per kg
- Vb. Gemiddelde persoon 60 kg :
36 L water, waarvan 24 L intracellullair en 12 L extracellullair. Van die 12 L is het zo dat er
9 L in het interstitium zich bevindt en 3 L in het bloedvat
- 80 kg
48 L water waarvan 32 intracellullair en 16 extracellullair. Van die 16 L 4 L in bloed en 12
L in interstitium
Vochtbalansen in lichaam
Vocht in = vocht uit
- Vocht in: gemiddeld 2600 mL per 24 u
Vaste voeding: 800 mL per 24 u
Drank: 1400 mL per 24 u
Metabool water: 400 mL per 24 u
Water dat bij verbranding vrijkomt uit koolhydraten, niet bij verbranding van vet
want vet bevat geen water
Water dat geproduceerd wordt door alle chemische reacties in ons lichaam
- Vocht uit: gemiddeld 2600 mL per 24 u
Urine: 1300 mL per 24 u
Stoelgang: 100 mL per 24 u
Huid met zweten = perspiratio sensibilis: 600 mL per 24 u
Perspiratio insensibilis (verdamping): 600 mL per 24 u
- PI: 500 mL per m2 per 24 u
- Lichaamsoppervlakte: (LG x 4 ) + 7 / (LG + 90)
18.2. pH voor homeostase
Wat is pH? Wat heeft pH met water te maken?
- Grootste deel van ons lichaam bestaat uit water, bijna alle stoffen in ons lichaam zijn in water
opgelost
- Alle waterige oplossingen hebben een pH:
2
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Verpleegkunde2003. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.46. You're not tied to anything after your purchase.