Samenvatting Mondzorgkunde Microbiologie Hoorcolleges (MZK-DM1) HAN Bachelor 1/ Propedeuse Collegejaar
19 views 1 purchase
Course
Microbiologie (MZKDM1)
Institution
Hogeschool Arnhem En Nijmegen (HAN)
Uitgebreide samenvatting van alle hoorcolleges Microbiologie uit Bachelor/ Propedeuse Collegejaar aan de Hogeschool Arnhem en Nijmegen. Samenvatting is overzichtelijk opgebouwd met behulp van opsommingen en voorbeelden zijn schuingedrukt! Verder gebruik gemaakt van afbeeldingen uit de hoorcolleges!
Deel 1 (syllabus H1) Hygiëne en de geschiedenis van de microbiologie
Deel 2 (syllabus H1) Wat zijn micro-organismen en desinfectie en sterilisatie
Deel 3 ( syllabus H2) Virussen en transmissieroutes
Deel 4 (syllabus H3) Orale flora en symbiose en dysbiose in de biofilm
Deel 5 (syllabus H3) Bestrijding van micro-organismen
HC.1 HYGIËNE EN DE GESCHIEDENIS VAN DE MICROBIOLOGIE
Microbiologie houdt zich bezig met het onderzoek over micro-organismen.
Microbiologie voor de dentale professie kan op verschillende omstandigheden plaatsvinden, namelijk:
- in de mond
- in leidingen van de behandelunit
- op instrumenten
- via patiënten of behandelaars
Micro-organismen/bacteriën zijn veroorzakers van ziektes in de mond.
Denk bv. aan cariës (gaatjes) en parodontitis (tandvleesontstekingen).
Indringen van bacteriën of een disbalans van bacteriën in de mond zorgt voor ontwikkeling van deze ziektes.
Micro-organismen kunnen ook plaatsvinden op instrumenten, waarmee patiënten worden behandeld.
Micro-organismen kunnen ook in leidingen van behandelunits ophopen.
Micro-organismen kunnen zichzelf vermenigvuldigen op plekken met gedeeld water en vormen dan een biofilm.
Vanuit de biofilm kan verspreiding optreden, waardoor patiënten besmet kunnen worden.
Denk bv. aan legionellabacteriën die kunnen vormen bij een tandartsstoel.
Micro-organismen kan ook meegenomen worden door patiënten en behandelaars.
Hygiëne is een verzamelnaam voor alle handelingen en handelingswijzen die ervoor zorgen dat mensen en
dieren gezond blijven.
Hygiëne zorgt ervoor dat ziekteverwekkers uit de buurt worden gehouden.
Hygiëne bestaat uit regels voor goed schoonmaken van eigen omgeving.
Het woord is afkomstig van het Griekse woord Hygieia.
Hygieia was in de Griekse mythologie de godin van de gezondheid en reinheid.
Hygiëne is een actieve handelswijze, die gericht is op het vermijden dan wel minimaliseren van overdracht
van ziekteverwekkers.
Dus het controleren van de overdracht van ziekteverwekkers.
Maatregelen thuis zijn simpel.
Bv. handen wassen na toiletgebruik, handen wassen voor het eten en eten in de koelkast bewaren.
Maatregelen thuis zorgen er voor dat micro-organismen worden gedood of niet worden vermenigvuldigd.
Maatregelen in zorginstellingen bestaan uit maatregelen die thuis worden uitgevoerd, maar op een uiterst
nauwkeurig manier.
Bv. handen worden met desinfectans gedesinfecteerd en instrumenten worden ontsmet voor ze voor een
andere patiënt gebruikt worden.
Afspraken van maatregelen in zorginstellingen zijn vastgelegd in protocollen.
,Voor de mondzorgpraktijken zijn er de WIP richtlijnen.
In de WIP richtlijnen staan de afspraken van maatregelen beschreven om te zorgen dat er hygiënisch wordt
gewerkt.
De WIP richtlijnen zijn te vinden in ‘Richtlijn infectiepreventie in mondzorgpraktijken’ van de KNMT.
Door goede hygiëne uit te voeren én regels en protocollen te volgen is het mogelijk om infectieziekten te
voorkomen of zo klein mogelijk te maken (infectie-preventie).
De “Groten” van de microbiologie bestaan uit 4 mensen, namelijk:
1. Antoni van Leeuwenhoek (1632-1723)
Grondlegger microbiologie
2. Ignaz Semmelweis (1818-1865)
Vader van hygiëne en infectiepreventie
3. Louis Pasteur (1822-1895)
Vader van bacteriologie
4. Robert Koch (1843-1910)
Vader van klinische bacteriologie
Antoni van Leeuwenhoek was de uitvinder van de microscoop.
Hij heeft voor het eerst aangetoond dat er kleinere organismen waren dat niet met het blote oog zichtbaar
was.
Antoni van Leeuwenhoek heeft mbv van de microscoop voor het eerst bacteriën waargenomen uit het
tandslijm.
Antoni van Leeuwenhoek heeft verder ook waargenomen dat deze organismen bewogen.
Dus hij wist dat het ging om levende organismen.
Dit was in die tijd erg bijzonder, omdat men vroeger dacht dat alles spontaan bestond (generatio spontanea).
Ignaz Semmelweis was de vader van hygiëne en infectiepreventie.
Ignaz Semmelweis was een kinderarts, die werkte op de kraamafdeling in het ziekenhuis.
In de 19e eeuw kregen vrouwen vaak kraamvrouwenkoorts.
Er was een theorie hoe de vrouwen de ziekte kregen, namelijk dat er sprake was van 2 factoren.
Factor 1 is dat de vrouw vatbaar zou moeten zijn.
Factor 2 is dat er invloed is van buitenaf. Dit noemde ze MIASMA.
MIASMA was een soort ziekmakend soort damp uit de aarde.
Ignaz Semmelweis ontdekte dat er sprake was van twee soorten situaties van bevallingen uit het ziekenhuis:
Bij situatie 1 werden bevallingen behandeld door artsen in opleiding.
Bij situatie 1 kregen 10-20% van de vrouwen kraamvrouwenkoorts.
Bij situatie 2 werden bevallingen behandeld door vroedvrouwen in opleiding.
Bij situatie 2 kregen maar 2% van de vrouwen kraamvrouwenkoorts.
Ignaz Semmelweis merkte op dat er een groot verschil was tussen de 2 situaties en vroeg zich af hoe dat
verschil is ontstaan.
Ignaz Semmelweis heeft bedacht om een maatregel toe te passen voor de artsen in opleiding.
Namelijk handen wassen met chloorwater nadat artsen uit de sectiekamer kwamen. Alvorens wanneer ze
terug gingen naar de kraamvrouwen verzorging.
De extra maatregel heeft ervoor gezorgd dat de percentage kraamvrouwenkoorts bij artsen in opleiding
teruggetrokken was naar (ook) minder dan 2%.
Mensen uit die tijd geloofde niet in wat Ignaz Semmelweis had ontdekt. Daarom had hij zichzelf met
kraamvrouwenkoorts besmet om te laten zien dat er wel degelijk sprake is van overdracht van mens tot
mens. Maar dit had een tragisch verloop.
,Louis Pasteur was vader van de bacteriologie.
Louis Pasteur was van oorsprong een chemicus (maar benoemd tot hoogleraar in Lille).
Louis Pasteur kreeg als opdracht om te onderzoeken waarom soms bierbrouwen mislukt en soms
bierbrouwen wel lukte.
Bij mislukte pogingen kwam zure lucht vrij.
Voor alcoholische fermentatie was er altijd sprake van gist.
Gist zorgt ervoor dat suikers worden omgezet in alcohol en CO2 (fermentatie).
Louis Pasteur kwam achter dat bij mislukte pogingen, waar zuur bij vrij kwam geen sprake was van gist, maar
van staafvormige bacteriën.
Staafvormige bacteriën zorgde voor een zure product.
Ook toonde hij aan dat er voor vorming van zulke processen altijd micro-organismen nodig zijn.
Louis Pasteur maakte hiermee een einde aan de theorie ‘generatio spontanea’.
Louis Pasteur is ook nog een grondlegger van vaccinatie geweest.
Vaccinatie is dode cellen in mensen spuiten om immuniteit op te bouwen tegen bepaalde micro-organismen.
Proces waarmee Louis Pasteur deze theorieën onderbouwde is pasteuriseren.
Pasteuriseren is een proces in de voedselindustrie dat schadelijke bacteriën in aan bederf onderhevige
voedselproducten vernietigt door het voedsel kort te verhitten, zonder het product te beschadigen.
Bij pasteuriseren werd een vloeistof verhit en vervolgens afgesloten. Hierin was geen sprake van micro-
organismen.
Bij blootstelling aan de buitenwereld veranderde de samenstelling/eigenschap van vloeistof en was er sprake
van groei of leven.
Ondanks de theorieën van Antoni Leeuwenhoek, Ignaz Semmelweis en Louis Pasteur bleef de medische
wereld nogal sceptisch tegenover micro-organismen.
Robert Koch werd gezien als de vader van klinische bacteriologie.
Robert Koch maakte 3 postulaten (Postulaten van Koch) die de resultaten van de voorgaande mensen
onderbouwden.
De postulaten van Koch bestond uit:
1. Het micro-organisme moet bij alle ziekten worden aangetroffen, maar mag niet aanwezig zijn bij
gezonde personen.
2. Met een reincultuur moet een gezonde gastheer opnieuw de ziekte met dezelfde verschijnselen
kunnen opwekken.
3. Uit de experimenteel geïnfecteerde gastheer moet men hetzelfde micro-organisme opnieuw
kunnen isoleren.
Een ziekte is pas een infectieziekte, wanneer het voldoet aan alle 3 voorwaardes!
De wetenschappers Ignaz Semmelweis, Louis Pasteur en Robert Koch leggen het causale verband tussen
micro-organismen en het voorkomen van infectieziekten bij mensen, dieren en planten.
De wetenschappelijke kennis over de relatie tussen micro-organismen en ziekten bij de mens breidt zich nog
steeds uit dankzij nieuwe ontwikkelingen.
Kennis is nodig over micro-organismen om micro-organismen onder controle te kunnen houden.
, HC.2 WAT ZIJN MICRO-ORGANISMEN EN DESINFECTIE EN STERILISATIE
Micro-organismen zijn levende organismen.
Micro-organismen zijn zo klein dat ze niet met het blote oog te zien zijn.
Micro-organismen kan worden onderverdeeld in 4 grote groepen:
1. parasieten
2. schimmels
3. bacteriën
4. virussen
In de mondzorgkunde is er vooral sprake van virussen, bacteriën en schimmels.
Virussen zijn micro-organismen.
Virussen bestaan uit 1 of meer moleculen DNA of RNA omgeven door een eiwitmantel.
Eiwitmantel beschermt het stukje DNA of RNA.
Virussen vertonen buiten de gastheercel geen enkel levenskenmerk.
Ze kunnen niet leven buiten een gastheercel.
Virussen kunnen zich niet zelf voortplanten.
Virussen hebben mechanismen nodig van de gastheercel om hun eigen DNA te verdubbelen (replicatie).
Voorbeelden van gastheercellen zijn een normale cel of een bacterie.
Virussen bestaan niet uit complete cellen.
Strikt genomen zijn virussen geen micro-organismen, omdat virussen niet kunnen leven buiten een
gastheercel.
Bekende virussen zijn HIV, Hepatitis B, Ebola virus, adenovirus, influenza en bacteriophage.
Hepatitis B veroorzaakt leverontstekingen.
Adenovirus geeft griepachtige verschijnselen.
Influenza is een echte griepvirus.
Bacteriophage zijn virusdeeltjes die gericht zijn op bacteriën.
Bacteriophage worden ingezet als therapie om bacteriën te bestrijden.
Virussen vermenigvuldigen allemaal ongeveer op dezelfde manier.
Een virus is specifiek gericht op een bepaalde soort gastheercel (attachment).
De specificiteit is gebaseerd op de receptoren van de gastheercel.
DNA van de virus is simpel (vergeleken met de DNA van de gastheercel).
DNA van de virus bestaat alleen uit het deel dat ervoor zorgt dat er nieuwe virusdeeltjes worden gemaakt na
infectie.
Na binnenkomst van de virus in de gastheercel (entry), wordt DNA (van de virus) omgezet in RNA
(replication).
Met het RNA worden eiwitdeeltjes (voor nieuwe virussen) gemaakt (biosynthesis).
In de gastheercel vormen de eiwitdeeltjes nieuwe virussen (assembly).
Nieuwe virussen verlaten de gastheercel (release).
Vaak wordt de gastheercel tijdens release gedood.
Bij verlaten van de gastheercel nemen virussen deel van de celmembraan van de gastheercel mee.
Dit host membrane vormt bescherming voor de virus tegen immuuncellen in het lichaam.
Elk nieuwe virusdeeltje is weer in staat om andere gastheercellen in het lichaam te infecteren.
Om de functie van virussen te kunnen begrijpen worden er anti-viral drugs gemaakt.
Anti-viral drugs focussen op bepaalde stappen van de virus life cycle.
Anti-viral drugs zorgt ervoor dat de virus niet meer kan vermenigvuldigen in het gastheercel.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller RUGtandheelkundestudent20222023. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.95. You're not tied to anything after your purchase.