100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Bestuursrecht 2022 Steven Lierman $14.34   Add to cart

Summary

Samenvatting Bestuursrecht 2022 Steven Lierman

 169 views  5 purchases
  • Course
  • Institution

Volledige samenvatting van mijn lesnotities, slides, monitoraten en het boek "Bestuursrecht" 2022 van Steven Lierman. De samenvatting bestaat uit 62 pagina's. Eerste jaar Rechten, volledig geslaagd in eerste zit dankzij deze samenvattingen. Hierin staat alle leerstof die je moet kennen!

Preview 4 out of 63  pages

  • July 2, 2022
  • 63
  • 2021/2022
  • Summary
avatar-seller
Bestuursrecht
DEEL I publiekrecht in perspectief
H1: Het bestuur: basisbegrippen en centrale thema’s
I. Begrip en evolutie van het bestuur
Trias politica
- Macht wordt verdeeld om dictatuur te vermijden
- Machten houden elkaar in evenwicht -> checks and balances
- Geen absolute scheiding
Bestuur:
= organen en instellingen van de uitvoerende macht
MAAR
- WM en RM kunnen ook handelen als een bestuur
 Vb: nieuwe computers aangekocht door RM -> lijkt op een bestuurshandeling
- Lokale besturen vallen ook onder bestuursbegrip
- Bestuurlijke rechtscolleges (gerekend tot de uitvoerende macht) oefenen een
rechtsprekende functie uit en zijn geen besturen

Bureaucratiemodel Max Weber: (kenmerken bestuur)
- Depersonalisering van onderlinge verhouding
- Primaat van politiek -> bureaucratie (administratie) geeft politiek beleid verder vorm
- Administratie voert instructies uit als willoze machine
- Onderworpen aan formele regels en procedures
- Strikte hiërarchie
 Bureaucratie: log, duur, niet flexibel, gebruiksonvriendelijk… MAAR vandaag de dag
stemt perceptie bureaucratie niet meer overeen met model v Weber

Opkomst nieuwe organisatievormen en werkmethodes
- Modernisering naar het beeld van het private ondernemerschap
 Bv Bpost lijkt sterk op een ondernemerschap, omdat het ook een deel op
commerciële is gericht
- Beroep op gespecialiseerde diensten en instellingen die beschikken over een
zekere autonomie: verzelfstandiging
 Ze gaan dingen zelf regelen met een zekere zelfstandigheid (-> sneller)
- Kerntakendebat en privatisering van overheidstaken
 Rol overheid verschuift van verzorgingsstaat naar regulerende staat -> de
overheid moet niet alle taken zelf doen
 Privatisering = van een publieke instelling naar een private instelling
 Privatisering van overheidstaken= taken overdragen aan private sector

II. Besturen in de gelaagde rechtsorde: decentralisatie en federalisme
Recht kan niet tot één bestuurslaag worden herleid:
- Burger maakt deel uit van verschillende overheidsverbanden, van het lokale tot het
internationale niveau
- Verhoudingen tussen de verschillende bestuursniveaus met eigen bevoegdheden en
administratie

Technieken verticale machtenscheiding:
- Decentralisatie: centrale overheid kent bepaalde taken toe aan ondergeschikte
(lokale) besturen
- Federalisme: spreiding van bevoegdheden tussen verschillende autonome
rechtsordes

,Gecentraliseerde eenheidsstaat: (bestaat niet meer in huidig rechtsteem)
- Soevereiniteit onverdeeld bij centrale overheid
- Deconcentratie = overdragen bepaalde taken centraal bestuur nr lagere instanties
 Geen rechtspersoonlijkheid en hiërarchisch toezicht

Dubbele betekenis van het begrip “centralisatie” en “centrale overheid”:
• Gezagsstructuur binnen een staat, met concentratie van de bevoegdheden bij één of
meer centrale organen (WM + UM + RM = centraal bestuur geplaatst tegenover
lokale gedecentraliseerde besturen: gemeenten en provincies)
• Organisatiebeginsel binnen één bestuurslaag van de gedecentraliseerde staat
(lagere lokale besturen kunnen ook centraal georganiseerd worden)

ó Meeste staten kennen ondergeschikte besturen die geen onderdeel vormen van centrale
overheid = Decentralisatie
o Eigen rechtspersoonlijkheid
o Minder verregaande vorm van toezicht: bestuurlijk (i.p.v. hiërarchisch) toezicht
o Niet volledig autonoom bij uitoefening van bevoegdheden!

- Territoriale decentralisatie (bv: gemeente, provincies)
o Algemeen omschreven bevoegdheden toegekend aan overheden die voor
bepaald grondgebied bevoegd zijn
o Publiekrechtelijke lichamen, gesteund op politieke vertegenwoordiging
- Functionele decentralisatie (bv: de Lijn, VRT)
o Specifiek omschreven bevoegdheden toekennen aan overheidsdiensten die in
een bepaald beleidsdomein over expertise beschikken
o Organieke autonomie, niet gesteund op politieke vertegenwoordiging

! Decentralisatie en federalisme zijn complementaire staatsvormen

III. Verhouding tussen regering en administratie
Spanningsveld: minister is afhankelijk ambtenarij maar tegelijk draagt de minister de
verantwoordelijkheid

- Politisering van de ambtenarij: grote gespecialiseerde equipes drukken stempel op
het beleid
 Ministers zijn afhankelijk van ambtenarij
- Politieke verantwoordelijkheid rust bij minister/regering
 Motie van wantrouwen
 Ontslag van minister

Technieken om controle op administratie te behouden:
- De winnaar van verkiezingen konden zelf de administratie (ambtenarij) benoemen =
spoils system
 Einde aangekomen met wet in 19e eeuw: nu werd er gekeken of mensen de
juiste papieren en vaardigheden hadden voor zo’n administratieve positie
(merits system)

- Ministeriële kabinetten: rol = slaan brug tussen politiek en administratie

Administratieve rekenplichtigheid:
- Verplichting om rekenschap af te leggen van genomen beslissingen
 Inzicht geven in beleid en motieven

,  Audits, rapporten en jaarverslagen (= rapportering hoe ze zaken behandeld
hebben)
 Zwijgplicht wordt spreekrecht of zelfs spreekplicht
 vb: wanneer iemand in de administratie ziet dat er geen rekening wordt
gehouden met Europese recht kunnen ze hier iets van zeggen zonder
gevolgen
- Administratieve en tuchtrechtelijke verantwoordelijkheid – klacht van burger bij
ombudsfuncties
 Ambtenaren kunnen ook ter verantwoording roepen als iets niet loopt zoals
het hoort
 Iemand in de ombudsdienst kan als bemiddelaar gezien worden tussen
burgers en ambtenaren als een burger een klacht heeft ingediend

! niet enkel meer ministers die op het matje geroepen worden

IV. Afwezigheid van codificatie van het bestuursrecht
Verreikende overheidstussenkomst heeft vele oorzaken:
 Dit komt doordat we heel veel uiteenlopende wetgevingen hebben
- Uitbouw van de sociale staat en de openbare nutsvoorzieningen vanaf midden 19de
eeuw
- Verdere uitbouw verzorgingsstaat na de 2de wereldoorlog: sociaal vangnet, publieke
voorzieningen, …
 Wat we vd overheid verwachten is sterk toegenomen na WOII
- Verstedelijking en bevolkingsgroei dwong overheid tot meer planmatig omgaan met
grond en ruimte
- Industrialisering vroeg om meer overheidsingrijpen ter bescherming van veiligheid en
milieu
 vb: veiligheid op de weg
- Rampen en crises zetten overheid aan tot noodplannen, maatregelen en verstrengd
toezicht

Bestuursrecht
- Bijzonder bestuursrecht: ruimtelijke ordening, overheidsopdrachten,
ambtenarenrecht, milieurecht, …
- Algemeen bestuursrecht:
 Bestuursbegrip, organisatie, verschijningsvormen van bestuur
 Verhouding tussen verschillende besturen onderling
 Actiemiddelen en werking van het bestuur
 Regels/ beginselen waaraan bestuur gebonden is
 Rechtsbescherming van de burger ten aanzien van het bestuur

Afwezigheid van codificatie van bestuursrecht
- Regels zijn verspreid over supranationale normen, (grond)wetten, reglementen,
besluiten, omzendbrieven…
- Fundamentele beginselen (ABBB) en leerstukken (intrekkingsleer) kwamen tot
ontwikkeling in rechtspraak
- Codificatie ligt niet voor de hand: waarom?
 We hebben heel veel verschillende overheidsniveaus die elkaar beïnvloeden
o Op welk bestuursniveau? Veel moeilijker vandaag de dag om te
codificeren
 In Nederland was het makkelijker omdat het een eenheidsstaat is en geen
federale staat waardoor ze geen rekining moesten houden met een subniveau
 Er is wel een bestuursddecreet gekomen in Vlaanderen waarbij de bestaande
decreten samengevoegd zijn in één decreet

, V. Prerogatieven en verplichtingen van het bestuur
- Doelgebonden bestuursbevoegdheden: dienen van het algemeen (deel)belang
 Doelgebonden = gebonden aan de doelstelling van algemeen belang (vb
gemeente staat in voor het gemeentelijk belang)
 = specialiteitsbeginsel = overheden treden op met een specifiek doel dat
vastligt in de wet

- Discretionaire versus gebonden bevoegdheden:
 Discretionair: er zijn verschillende wettige opties, maar de overheid zal zelf
bepalen welke optie het beste is voor algemeen belang
 Gebonden: de besluitvorming staat al vast door de wet

- Bestuursrecht als uitzonderingsrecht:
 Fundamentele ongelijkheid tussen de overheid en de burgers
 Wetten op de openbare dienst:
o benuttigingsgelijkheid = openbare dienstverlener moet erop zien dat
iedereen gelijke toegang heeft tot de openbare dienst
o Continuïteitsbeginsel = overheid kan niet zomaar stilgelegd worden
omdat ze het algemeen belang dienen
o Veranderlijkheidsbeginsel
o Van gemeen recht afwijkend recht

Bevoorrechte positie van het bestuur:
= Bestuur kan beslissingen nemen met gevolgen waarover wij niets over te zeggen hebben

- Eenzijdige bestuurlijke rechtshandelingen
• Verregaande inmenging in private en ondernemingssfeer
 Vb sluiten van cafes tijdens corona
• Verbindende kracht = zodra bekendgemaakt zijn ze verbindend
• Dwingende kracht = we moeten er vanuit gaan dat de beslissingen wettig zijn
• uitvoerende kracht = vb bestuur kan overgaan tot inning belasting -> geen
rechterlijke tussenkomst voor inbeslagname door overheid

- Bijzonder statuut van de overheidsgoederen
• Immuniteit van uitvoering: niet zomaar beslag leggen op goederen overheid
omdat ze dienen voor algemeen belang

Verplichtingen van het bestuur

- Bestuur onderworpen aan bijzondere procedures, vormvoorschriften, regels en
beginselen (algemene beginselen van behoorlijk bestuur)
 Bestaan ter bescherming van derde
 Derde krijgen zo de kans om bezwaren in te stellen
- Interne en externe controles en vormen van toezicht
- Formele motiveringsplicht = motieven uitleggen die aan de grondslag liggen voor
genomen beslissingen
- Overheid moet regels over openbaarheid van bestuur naleven

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Marie1103. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $14.34. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

78998 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$14.34  5x  sold
  • (0)
  Add to cart