Samenvatting voor Verbintenissenrecht (@ Viveshogeschool), gemaakt aan de hand van de slides, het boek (verbintenissenrecht - studie juri) en mijn eigen notities.
VERBINTENISSENRECHT
INLEIDEND DEEL
‘Een verbintenis is een rechtsband tussen 2 of meerdere personen die ontstaat op grond van een
rechtshandeling of op grond van een wet en op grond waarvan de ene jegens de andere een in geld
waardeerbare/ vermogensrechtelijke aanspraak heeft die in principe in rechte afdwingbaar is.’
A. Rechtsband tussen personen
• Minimum 2 personen betrokken: zowel natuurlijke personen als rechtspersonen
• SA en SE: SE heeft een vorderingsrecht tegenover de SA
• Schuld kan ontstaan door iets te doen, te geven of niet te doen
Vorderingsrecht zakelijk recht
• Band tussen personen • Recht op een zaak
• Relatieve tegenstelbaarheid • Absolute tegenstelbaarheid
• Geen volgrecht • Volgrecht
• Ongelimiteerd aantal (principe = • Limitatie aantal in de wet opgesomd
contractvrijheid)
Relatieve tegenstelbaarheid: tussen de partijen tegenstelbaar.
Absolute tegenstelbaarheid: geldt tegenover iedereen.
B. In geld waardeerbare aanspraak
De verbintenis bezit marktwaarde: wat je overeenkomt moet in geld waardeerbaar zijn (bv. je
kan geen organen verkopen, want deze kan je niet in geld laten uitdrukken).
C. In rechts afdwingbaar
Komt de SA zijn verbintenis niet na, dan kan hij daartoe in rechte afgedwongen worden door het
opleggen van een sanctie.
De afdwingbaarheid in rechte is het kenmerk dat de (rechts)verbintenis onderscheidt van andere
verbintenissen. De grens tussen juridische afdwingbare en niet-juridische verbintenissen is niet
altijd gemakkelijk te trekken.
Belangrijk is het onderscheid tussen:
A. Resultaatverbintenis VS middelenverbintenis
Resultaatverbintenis = garantieverbintenis: SA verbindt zich tot een welbepaald resultaat.
Middelenverbintenis = inspanningsverbintenis: SA verbindt zich ertoe de nodige inspanningen te
leveren, zonder garantie op een bepaald resultaat.
Bv. een advocaat:
• Resultaat: beroep aanteken
• Middelen: je verdedigen
1
, Nut van het onderscheid:
• Bij een resultaatverbintenis kan je aansprakelijkheid enkel ontwijken in geval van overmacht,
de bewijslast daarvan ligt bij de SA
• Bij een middelenverbintenis moet de SE aantonen dat je niet alle middelen hebt gebruikt en
dat je niet je best hebt gedaan
B. Verbintenis om iets…
Te doen: kan zowel een middelen- als resultaatverbintenis zijn.
Niet te doen: kan enkel een resultaatverbintenis zijn.
Te geven: kan enkel een resultaatverbintenis zijn.
DEEL I: VERBINTENISSEN UIT MEERZIJDIGE EN EENZIJDIGE
RECHTSHANDELINGEN
Hoofdstuk 1: Begrip en soorten overeenkomsten
Rechtsfeiten: feiten die juridische gevolgen hebben, maar je had niet de bedoeling om er gevolgen
aan te koppelen. Het is de wet of rechtspraak die deze gevolgen bepaalt (bv. 18 jaar worden).
Rechtshandelingen: een handeling die uitgevoerd wordt door een rechtssubject met het oog op de
daaraan verbonden gevolgen.
• Eenzijdige RH: de intentie komt van 1 persoon om een gevolg te creëren.
• Meerzijdige RH: er zijn meerdere personen die de wil hebben om gevolgen te creëren.
1. Verbintenissen uit overeenkomsten
Overeenkomst = contract:
• Meerzijdige RH
• Wilsovereenstemming
• 1 of meerdere partijen
• Ten aanzien van 1 of meerdere anderen
• Afdwingbare verbintenissen aangaan
2
,Art. 1134 BW: geldig aangegane overeenkomsten verbinden de partijen tot de wet.
1.1 Consensuele, zakelijke en plechtige overeenkomsten
Criterium: wijze van totstandkoming tussen partijen.
Consensualisme: contract komt tot stand door de loutere wilsovereenstemming → principe naar
Belgisch recht.
Zakelijke ovk: contract komt tot stand bij afgifte
• Uitzondering op consensualisme
• Niet te maken met zakelijke rechten
• Bv. bewaargeving: jas afgeven bij vestiaire, de ovk komt pas tot stand wanneer de jas wordt
afgegeven
Plechtige ovk: vormvereisten → soorten:
• Met oog op geldigheid
• Met oog op bewijs
• Met oog op tegenwerpelijkheid aan derden (bv. aankoop OG: notaris schrijft de akte over
naar het hypotheekkantoor)
1.2 Soorten overeenkomsten
A. Wederkerige VS eenzijdige overeenkomsten
Criterium: hoeveel partijen nemen een verbintenis op zich?
Wederkerig: zich over en weer verbinden (art. 1102 BW), bv. een koop-verkoop.
Eenzijdig: slechts 1 partij moet verbintenis nakomen, bv. bewaargeving.
➔ NIET te verwarren met een eenzijdige rechtshandeling!
o 1 wilsuiting volstaat
o Bv. testament, aanbod, opzegging ovk, …
Onderscheid is belangrijk voor de ontbinding → enkel mogelijk wederkerige ovk (art. 1184 BW).
B. Overeenkomsten om niet VS onder bezwarende titel
Om niet: slechts 1 partij heeft een economisch voordeel, bv. schenking, bruikleen, …
Bezwarende titel: economisch voordeel voor beide partijen.
C. Kanscontracten
= aleatoire ovk: ‘alea’ (= onzekerheid)
• Afhankelijk van onzekere gebeurtenis
• Omvang van de prestatie is onzeker
• Bv. verzekeringsovereenkomst, spel en weddenschap.
vergeldende ovk: alles is duidelijk op het moment van het sluiten van de ovk.
D. Overeenkomsten intuitu personae
Aangegaan omwille van de persoon of de persoonlijke kwaliteiten van de tegenpartij.
Bv. ovk met profvoetballer, ovk tot kredietopening, …
3
, Contract ten einde bij overlijden persoon? → Gaat NIET over op erfgenamen.
intuitu pecunae: omwille van de waarde van de deal. Bij overlijden van de persoon gaat de
ovk wel verder.
E. Benoemde VS onbenoemde overeenkomsten
Benoemde contracten: in de wet aangeduid en geregeld, bv. het koopcontract.
Onbenoemde contracten: niet in de wet aangeduid of geregeld → algemene regels van het
contractenrecht van toepassing.
Gemengde contracten: bevatten elementen uit verschillende benoemde contracten, bv.
combinatie koopcontract en aannemingsovereenkomst.
➔ Absorptietheorie: kijken welke ovk het belangrijkst is en deze dan toepassen.
➔ Combinatietheorie: beide ovk’en toepassen.
➔ Sui generis ovk: het valt nergens onder, zelf regels maken in de ovk om toe te passen.
F. Toetredingsovereenkomsten
• Ene (zwakkere) partij heeft geen zeggenschap over de inhoud van de ovk: standaardbedingen
• Inhoud wordt eenzijdig vastgelegd door andere (sterkere) partij
• Enkel vrijheid om wel of niet te contracteren
• Beschermingsmechanismes
• Bv. telefoonabonnement, 10-beurtenkaart bus, …
G. Raamovereenkomsten/kaderovereenkomsten
• Vaststellen algemeen kader
• Voor latere ovk’en binnen dat kader
• Bv. CAO, concessie (alleenverkoopovk), …
Hoofdstuk 2: Algemene principes van contractenrecht
1. Consensualisme/wilsautonomie
1.1 Wilsautonomie als grondslag
• Grondslag van het contractenrecht
• Wilsautonomie impliceert contractsvrijheid
• In principe solo consensu: loutere wil volstaat
• Gevolg van de vrijheid van de personen ex. art. 12 Gw. en art 5 EVRM
1.2 Consensualisme
Formeel consensualisme: solo consensu.
Materieel consensualisme: wilsautonomie of contractsvrijheid.
➔ Uitzonderingen (grenzen aan contractsvrijheid):
A. Contractdwang
Je wordt juridisch of feitelijk gedwongen om een ovk te sluiten:
4
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller PRoels. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $8.41. You're not tied to anything after your purchase.