Hoofdstuk 5 biofysica, de natuurkunde van het leven
5.1 Een model voor lopen
Als je wandelt herhaal je steeds dezelfde loopcyclus. Deze bestaan uit 4 perioden
1. Been A zwaait naar voren, been B blijft staan
2. Been A land dat op de grond, terwijl been B zich afzet
3 en 4. Als perioden 1 en 2 maar dan met been A en B
verwisseld.
Belangrijke eigenschappen van de loopcyclus zijn de
stapfrequenties (het aantal stappen er tijdseenheid) en
de staplengte (de afstand die tijdens elke stap word afgelegd)
Er is een loopmodel ontwikkeld waarin het zwaaibeen gezien kan
worden als een gewone slinger, met het draaipunt aan de bovenkant.
Het standbeen word dan bekeken als een omgekeerde slinger met het
draaipunt aan de onderkant. Het zwaartepunt van het lichaam bevind
zich in het scharnierpunt van beide benen.
de stapfrequentie van mensen ligt in de van de natuurlijke frequentie
van hun benen, omdat er voor het bewegen van de benen dan weinig
energie nodig is. dit verklaard ook waarom de stapfrequentie afneemt
naarmate mensen langer zijn. De natuurlijke frequentie van een lang
been is kleiner dan die van een kort been.
Als het zwaartepunt het hoogste punt gepasseerd is, dan beweegt het zwaartepunt weer naar
beneden en wordt zwaarte-energie omgezet in kinetische energie. Hier is geen energie voor nodig.
Als de voorste voet de grond raakt moet de zwaartekracht van richting veranderd worden. van
omlaag naar omhoog. Hier is energie voor nodig. Er word gebruik gemaakt van veerenergie en
chemische energie. Je spieren moeten namelijk arbeid verrichten om je been omhoog te krijgen.
Biofysici die zich bezighouden met de manier waarop mensen en dieren bewegen, werken vaak met
het getal van Froude. Met dit getal kun je de bewegingen van mensen en dieren onder heel
uiteenlopende omstandigheden vergelijken.
Fr = v2 / g x l Fr = het getal van Froude STAAT NIET IN BINAS
v = de bewegingssnelheid in meter per seconde (m/s)
g = de valversnelling in meter per seconde kwadraat (m/s 2)
l = de lengte van een been of poot in meter (m)
Mensen of dieren bewegen op een vergelijkbare manier als hun Froude-getal even groot is, ook al
zijn hun massa en afmetingen heel erg verschillend. Voor de mens ligt de ‘’normale’’ uitkomst van
het getal van Froude rond de 0,18
5.2 evenwicht; het zesde zintuig
Een voorwerp is in evenwicht als het zwaartepunt zich boven het steunvlak bevindt. Hoe stabiel het
evenwicht is hangt af van een aantal factoren. – de afmetingen van het steunvlak
- de plaats van het zwaartepunt
- de zwaartekracht op het voorwerp
Als er veel energie nodig is om het evenwicht te verstoren dan is het relatief stabiel.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller brittbogaarts. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.90. You're not tied to anything after your purchase.