13.1 Gravitatiekracht
De grootte van de zwaartekracht hangt af van de massa waarop deze werkt F z = m x g.
g is hierbij de zwaartekrachtconstante of valversnelling = 9,81 in Nederland
De aantrekkingskracht tussen massa’s onderling wordt gravitatiekracht genoemd. De gravitatiekracht
tussen twee voorwerpen hangt af van de massa’s en de afstand tussen de massa’s. de
gravitatiekracht tussen twee massa’s word gegeven door Newton’s gravitatiewet
m1 x m 2
Fg = G x 2 Fg = de gravitatiekracht in newton (N)
r
G = de gravitatieconstante 6,6738 x 10-11 N m2 kg-2 Binas tabel 7
Binas 35A m1 en m2 = de massa in kilogram (Kg)
r = de afstand tussen de zwaartepunten van de twee massa’s in (m)
Omdat de zwaartekracht te zien is als de aantrekkingskracht tussen twee massa’s namelijk de aarde
en het voorwerp. Daarom moet er aan het oppervlak gelden F z = Fg. hieruit volgt de valversnelling of
zwaartekrachtconstante van het hemellichaam. Ook de valversnelling hangt af van de massa en de
straal van het hemellichaam
13.2 De derde wet van Newton
De derde wet van Newton zegt dat je geen kracht op een voorwerp kunt uitoefenen zonder dat het
voorwerp ook een kracht op jou uitoefent.
FA op B = - F B op A
Ook wel de kracht van het voorwerp A op voorwerp B is gelijk in grootte, maar tegengesteld gericht
aan de kracht van B op A. de eerste kracht wordt ook wel de actiekracht genoemd en het gevolg de
reactie kracht.
het effect van de derde wet van newton is in de ruimte heel goed te zien, omdat daar de
gravitatiekracht van de aarde bijna niet merkbaar is.
De krachten in een krachtpaar binnen de
derde wet van Newton heffen elkaar niet
op. Je kunt ze niet samenstellen tot een
resulterende kracht, omdat ze niet op
hetzelfde voorwerp werken.
Bij het toepassen van de derde wet is het
van belang te weten welke
systeemgrenzen je moet trekken. De moet
de twee systemen van elkaar
onderscheiden die een kracht op elkaar
uitoefenen.
Het gewicht is niet hetzelfde als de massa. Het gewicht is de kracht in Newton die het voorwerp
uitoefent op zijn ondersteuning of ophangpunt.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller brittbogaarts. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.88. You're not tied to anything after your purchase.