In de samenvatting zijn alle artikelen voor het vak Methodologie van het Belastingrecht samengevat. In de inhoudsopgave is te zien welke artikelen bekend moeten zijn voor het tentamen.
Veel succes tijdens het studeren!
Belastingen als moreel fenomeen – Gribnau.....................................................................2
Belastingrecht en rechtsbeginselen – Gribnau...................................................................5
Fiscale oorlogsarresten – Essers........................................................................................ 5
Interview – Essers.............................................................................................................. 7
De Nederlandse Belastingdienst in de Tweede Wereldoorlog – Jansen..............................7
Wat maakt u zo bijzonder? Herendiensten en rechterlijk overgangsrecht – Gribnau.........8
Trias politica in fiscalibus: Een kwestie van geven en nemen – Gribnau............................9
Equality, Legal Certainty and Tax legislation in the Netherlands – Gribnau.......................9
Legislative Instrumentalism vs. Legal principles in Tax Law – Gribnau............................11
Rechtsbeginselen en evaluatie van belastingwetgeving – Gribnau.................................13
Horizontalisering van het toezicht: veranderingen in de verhoudingen – Poolen.............16
Cooperative compliance: some procedural tax law issues – Gribnau..............................16
Legitieme belastingheffing: recht, governance en vertrouwen – Gribnau........................18
Fraus legis – de Blieck...................................................................................................... 20
BNB 2015/38: Eigen woning............................................................................................ 21
De algemene fiscale antimisbruikbepalingen – Peeters (België)......................................21
Belastingmoraal en compliance: Het belang van legitimiteit van de Belastingdienst –
Gribnau............................................................................................................................ 23
Prettig contact met de Belastingdienst – Gribnau en van Steenbergen...........................24
Beginselen van behoorlijk bestuur in het belastingrecht – Jansen...................................25
Integriteit en verantwoordelijkheid in de fiscaliteit – Gribnau..........................................27
Ethische aspecten van tax planning – Gribnau................................................................28
Corporate Social Responsibility and Tax Planning: Not by Rules Alone – Gribnau............29
Mediation in het belastingrecht – van Hout.....................................................................31
1
,Belastingen als moreel fenomeen – Gribnau
1. Inleiding
Belastingheffing wordt in het algemeen gezien als een gedwongen bijdragen aan de schatkist die niet
afhankelijk kan zijn van vrijwillige actie en eigen initiatief van de belastingplichtigen. Voor Sloterdijk zijn
belastingen bij uitstek een moreel verschijnsel, ze maken vrijheid mogelijk.
2. Staat, maatschappij, recht en belastingen
Een effectieve en efficiënte belastingheffing is niet voldoende voor legitimiteit. Belastingheffing is een vorm van
machtsuitoefening over de maatschappij en haar leden die legitiem dient te zijn. Juristen achten
machtuitoefening legitiem door de bindingen aan het recht. Rechtsbeginselen vormen de normatieve grondslag
van de rechtsorde. Belastingheffing moet daarom de toets aan rechtsbeginselen kunnen doorstaan. De eis van
legitimiteit gaat dus verder dan legaliteit (handelen in overeenstemming met de wet). Sociaal-psycholoog Tyler
onderscheidt twee benaderingen van legitimiteit. De eerste is dat men zich verplicht voelt de overheid te
gehoorzamen, ongeacht de voordelige of nadelige persoonlijke gevolgen. Legitimiteit kan daarnaast worden
gezien als de mate waarin burgers vertrouwen hebben in de overheid. Zonder vertrouwen is er nauwelijks een
basis voor samenwerking in het algemeen en bereidheid tot naleving van belastingwetten in het bijzonder.
Vertrouwen kan worden gedefinieerd als ‘de overtuiging dat anderen ons niet met opzet kwaad zullen aandoen,
zeker niet als ze dit kunnen vermijden, en ze het goede met ons voor hebben en, indien mogelijk, oog zullen
hebben voor onze belangen’ en meer specifiek als ‘de intentie om zich kwetsbaar op te stellen tegenover een
vertrouwde op basis van positieve verwachtingen over zijn of haar acties’. Institutioneel vertrouwen betreft
vertrouwen in instituties zoals wetgeving, rechtspraak of overheid en bij sociaal vertrouwen gaat het om
vertrouwen in medemensen. Gebrek aan vertrouwen leidt tot slechtere wetgeving.
Trouw werkt beide kanten op en is dus een kwestie van wederkerigheid. Trouw is gebaseerd op vertrouwen.
Politieke gelijkheid en veiligheid worden bedreigd door al te grote materiele ongelijkheid. Extreme rijkdom
ruïneert de staat eerder dan armoede betoogt Machiavelli. Een rechtvaardige maatschappij, een legitieme staat,
vertrouwen van burgers in elkaar en in de staat verbindt hij met het recht en met belastingen.
Smith schetst een vier-stadia model van de maatschappij waarbij economische factoren een hoofdrol lijken te
spelen, maar in feite zoekt hij steeds naar de samenhang tussen de ontwikkeling van economie, recht en
overheid. Smith wijst erop dat het verlangen te worden geloofd een van de sterkste menselijke verlangens is. De
overheid kan alleen het onderlinge vertrouwen tussen burgers succesvol waarborgen als haar burgers in
bepaalde mate het vertrouwen hebben dat zij rechtvaardig is. Net als Machiavelli heeft Smith aandacht voor
armoede. Belastingen zijn een instrument tegen al te grote inkomensongelijkheid. Opvallend is dat de overheid
belastingen mag gebruiken om enigszins de marktuitkomsten te corrigeren. Het is een keuze voor een bepaalde
vorm van rechtvaardigheid.
Volgens Spinoza dient de staat zich steeds nuttig te maken voor de burgers. De macht van de staat is afhankelijk
van zijn burgers. Omgekeerd zal een staat die georganiseerd is met het oog op het bevorderen van het algemeen
belang, het welzijn en het vermogen tot handelen van zijn individuele burgers bevorderen waardoor hun
collectieve vermogen ook toeneemt. Legitimering van machtsuitoefening via binding aan het recht alleen is niet
voldoende. Dit recht moet zelf in de maatschappij als gezaghebbend aanvaard worden.
Sloterdijk bepleit de vervanging van belastingen als afgedwongen heffingen door vrijwillige afdracht van
burgers. Enerzijds is er de dwang tegenover vrijwilligheid en anderzijds belasting betalen aan de staat tegenover
betalingen ten behoeve van de samenleving. Uiteindelijk gaat het hem om duidelijk het vertrouwen van de
burgers in elkaar en in de overheid. Filantropie staat voor het naar eigen inzicht en vrijwillig geven. Geven aan
een bovenpersoonlijk doel past bij vrije burgers die zich betrokken voelen bij hun samenleving en staat. Rijken
die niet bijdragen ondermijnen heel opvallend de in belastingen besloten solidariteit en het onderlinge
vertrouwen in de samenleving.
2
, Bij Machiavelli en Smith bleken ideeën over een rechtvaardige maatschappij, legitieme staat, vertrouwen van
burgers in elkaar en in de staat, bijna vanzelfsprekend verbonden te zijn met het recht en met belastingen.
Spinoza verwoordt heel uitdrukkelijk het burgerperspectief en benadrukt het belang van een responsieve
overheid. Sloterdijk ziet belastingen zelfs als het morele fenomeen bij uitstek in de moderne staat waarin
legitimiteit van de staat en het vertrouwen van burgers in elkaar en in de staat tot uitdrukking komen. Als de
wetgever belastingen ziet als een moreel fenomeen dat de samenleving draagt, bevordert hij legitimiteit en
vertrouwen.
3. Belastingwetgever
Vertrouwen in de belastingwetgeving en belastingheffing is van groot belang. Enerzijds gaat het om vertrouwen
in de belastingwetgeving en anderzijds betreft het vertrouwen in belastingheffing als middel om de
belastingdruk over de burgers te verdelen. Kern van het recht en daarmee van legitieme wetgeving zijn
beginselen van behoorlijke wetgeving als rechtszekerheid, onpartijdigheid, rechtsgelijkheid en evenredigheid.
De wet is zozeer verbonden met morele waarden dat vertrouwen in wetgeving primair een waarde in zichzelf is.
Vertrouwen in wetgeving vereist dat de wetgever respect toont voor waarden en beginselen als rechtszekerheid,
rechtsgelijkheid en onpartijdigheid.
Adam Smith formuleerde four maxims regarding taxation in general. Als eerste maxime noemt hij het
draagkrachtbeginsel voor de verdeling van de belastinglast over de burgers. Smith wil willekeurige
belastingheffing voorkomen. Het derde maxime is het beginsel van de minste pijn. Als laatste dienen de
perceptiekomsten zo laag mogelijk te zijn. Het is gebruikelijk drie functies van belastingheffing te
onderscheiden, de multifunctionaliteit. Allereest is er de traditionele budgettaire functie. Belastingen zijn
daarnaast een belangrijk middel ten behoeve van inkomensherverdeling. De derde functie is de instrumentele
of regulerende functie. De belastingwet wordt ingezet om het gedrag van burgers te sturen.
Een fiscale stimuleringsregeling is een overheidsuitgave in de vorm van een derving of een uitstel van
belastingontvangsten die voortvloeit uit een voorziening in de wet voor zover die voorziening niet in
overeenstemming is met de primaire heffingsstructuur van de wet en die is gericht op stimulering van
specifieke activiteiten van burgers, instellingen en bedrijven. Een fiscale ontmoedigingsregeling is hier het
spiegelbeeld van. Enige instrumentaliteit is eigen aan het belastingrecht, het zal altijd externe doelen moeten en
mogen dienen, mits met respect voor fundamentele rechtsbeginselen. Indien fundamentele rechtsbeginselen
systematisch worden genegeerd, ontaardt instrumentaliteit in instrumentalisme. De belangrijkste criteria bij de
afweging of de fiscaliteit voor een iet-fiscaal beleidsdoel kan worden ingezet zijn doeltreffendheid,
doelmatigheid en inpasbaarheid binnen de fiscale structuur. Van effectiviteit is feitelijk geen sprake als burgers
een fiscaal voordeel krijgen voor gedrag dat ze toch al van plan waren. Vanuit economisch perspectief is hier
sprake van een welvaartsverlies door verspilling (deadweight loss). Het niet-gebruik door onbekendheid leidt
tot ongelijkheid binnen de doelgroep.
Voor belastingplichten in duurzame wetgeving een groot goed. Het fiscaal instrumentalisme toont gebrek aan
respect voor fundamentele rechtsbeginselen als rechtszekerheid en rechtsgelijkheid. Daardoor is de legitimiteit
van de wetgever aan voortdurende erosie onderhevig. Rechtszekerheid betekent dat het recht burgers houvast
moet bieden omtrent de rechtsgevolgen van hun handelen. Ongewenste fiscale constructie dienen te worden
bestreden. Dit mag echter niet leiden tot antimisbruikmaatregelen die bewust vage en open normen bevatten
die eigenlijk geen concreet houvast bieden. Zij hebben een chilling effect (afschrikken). Bewust gecreëerde
onzekerheid is disproportioneel ten opzichte van het doel van de bestrijding van misbruik. Minder vertrouwen
in de belastingrechter leidt tot minder vertrouwen in en legitimiteit van het belastingrecht.
Overhaasting en veelvuldige wijzigingen in de regelgeving leiden tot een verminderde kwaliteit en gezag van de
wet. Niet enkel de duurzaamheid van belastingwetgeving staat onder druk. Ook andere aspecten van de
rechtszekerheid (Fuller) lijden onder de overmatige daadkracht van de wetgever. Wil de wet duidelijk en
constante richtlijnen bieden dan zal zij bestendig moeten zijn zodat mensen hun gedrag erop kunnen
afstemmen. Niet alleen leidt rechtsonzekerheid tot een afnemende legitimiteit en betrouwbaarheid van en
vertrouwen in wetgever en wetgeving, maar ook tot rechtsongelijkheid. De complexe belastingwetgeving leidt
tot onbedoelde non compliance en bewuste over compliance.
3
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Jorgy91. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.85. You're not tied to anything after your purchase.