100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Oefenvragen behandelmethoden 21/22 $3.24   Add to cart

Other

Oefenvragen behandelmethoden 21/22

2 reviews
 50 views  6 purchases
  • Course
  • Institution

Zelfgemaakte oefenvragen behandelmethoden

Preview 4 out of 47  pages

  • July 15, 2022
  • 47
  • 2021/2022
  • Other
  • Unknown

2  reviews

review-writer-avatar

By: derk1 • 5 months ago

review-writer-avatar

By: elcgovers • 8 months ago

avatar-seller
Hoorcollege 1
Wat is GEEN kenmerk van psychotherapie?
A. De therapeut die de behandeling geeft moet getraind zijn
B. De behandeling is gericht op het verbeteren van de stoornis, probleem of klacht bij een client
die daar hulp voor zoekt
C. De behandeling is voldoende aangepast aan de client en aan zijn/haar stoornis probleem of
klacht
D. De behandeling is gebaseerd op biologische verandering door medicatie
D want het is gebaseerd op psychologische principes

Sven praat met Manouk over een bepaalde therapie. Hij zegt: “Die therapie met duidelijke
richtlijnen, die gebaseerd is op een coherente theorie en al langere tijd wordt
uitgevoerd.” “Oh!” Zegt Manouk “je bedoeld die therapie die wordt uitgevoerd door een
academische opgeleide behandelaar, die afgestemd is op de individuele hulpvraag en
gebaseerd is op face to face meetings”? “Ja!” Zegt Sven. “Maar hoe heet die nu toch?”
Wat is de therapie waarover Sven en Eelco praten?
A. Bona Fide psychotherapie
B. Evidence based therapie
C. Psychotherapie
D. Systeemtherapie
A

Welke uitspraak klopt niet?
A. Interne validiteit kijkt naar het design en externe validiteit kijk of het representatief is
B. Bij effectiveness bewaak je de interne validiteit en bij efficacy bewaak je de externe validiteit
C. Hoe strikter de interne validiteit hoe moeilijker het wordt om de externe validiteit hoog te
houden
D. Interne kijkt naar of het behandeleffect aan de interventie kan worden toegeschreven en
externe kijkt naar of je de interventie kan toepassen in het dagelijkse leven
B, moet andersom zijn

Assy heeft een kut stage waar ze onderbetaald voor krijgt. Om te onderzoeken of andere
studenten ook onderbetaald krijgen gaat ze een onderzoek opzetten. Assy gaat aan
klinische masterstudenten vragen hoeveel zij betaald krijgen/kregen voor hun stage. Ze
pakt 3 groepen: jaar 19/20, 20/21 en 21/22 en neemt dit gemiddelde als baseline.
Vervolgens gaat ze een interventie opzetten om te zorgen dat studenten meer betaald
krijgen voor hun stage en geeft deze interventie aan de groep 22/23 en 23/24 waarna ze
weer meet hoeveel zij betaald krijgen voor hun stage. Hierdoor kan ze nagaan of
veranderingen in het geld toenemen of afnemen in functie van het toedienen van de
interventie

,Welk design heeft assy hier gebruikt?
A. Case study
B. Case study met herhaalde metingen
C. One-group pre-post treatment
D. Pre-posttest nonequivalent group
B of C (maar deze designs gaan eigenlijk over behandelingen dus opzich zou je daar kritiek op
kunnen geven maar was wel leuke casus toch). Creëren baseline laat zien dat het case study
met herhaalde metingen is maar C kan ook aangezien er geen controlegroep is.

Tom heeft een zeldzame ziekte waarbij er wat mis gaat in het defibrilleren van zijn
cholesterol en het zo zijn identiteit aanpast. Amber wil een case studie gaan uitvoeren bij
tom. Wat is GEEN nadeel van deze studie?
A. De focus ligt alleen op de beschrijving van de context.
B. De generaliseerbaarheid
C. Te weinig informatie over de grootte van het effect
D. De interne validiteit is laag
A

Wat is geen nadeel van een RCT?
A. Het is niet ethisch te verantwoorden wanneer je gerandomiseerd
B. Externe validiteit is lager
C. Er kunnen random factoren een invloed hebben op systematische effecten
D. Het zijn dure studies die niet altijd haalbaar zijn
C want RCT zorgt er voor dat confounding variabele minder een rol spelen

Elena heeft een prachtige interventie gedaan en dit onderzocht aan de hand van een
RCT. Ze wil nu bekijken of het gevonden effect ook echt toe te schrijven is aan het
verschil in interventie. Wat wil Elene nu precies bekijken?
A. De efficacy en externe validiteit
B. De efficacy en interne validiteit
C. De effectiveness en externe validiteit
D. De effectiveness en interne validiteit
B

We gaan even terug naar Elena haar awsome interventie. Elena heeft namelijk gekeken of
de ene behandeling niet minder effectief is dan de andere behandeling. Linde zegt “Elena
had beter kunnen kijken of de ene behandeling beter is dan de andere, want dat wordt
het meest gebruikt in behandelmethoden onderzoek”. Over welke hypothese methode
praat Elena en over welke praat Linde?
A. Elena: Superioriteit & Linde: Non-inferioriteit
B. Elena: Non-inferioriteit & Linde: Superioriteit
C. Elena: Equivalentie & Linde: Non-inferioriteit
D. Elena: Non-inferioriteit & Linde: Equivalentie
B

,Toen Elena haar interventie toetste kwam ze erachter dat 1 van de behandelaars een
interventie uitvoerde die niet tot het model hoorde. Welke vorm van behandelintegriteit is
geschonden?
A. Adherence
B. Competence
C. Differentiation
D. Superioriteit
C

Elena is eindelijk klaar met haar onderzoek en gaat de discussie schrijven. Ze is zich
ervan bewust dat ze nogal wat biases had in haar onderzoek. Zou kwam er naar voren dat
er teveel verschil was tussen beide condities. Dit lag aan een incompetente behandelaar
waardoor niet alle interventies uit het behandelmodel goed werden uitgevoerd.
Van welke bias is hier sprake?
A. Attention bias
B. Performance bias
C. Compliance bias
D. Niet geslaagde randomisering
B
A = als er geen duidelijk verschillen zijn in aandacht tussen beide conditites (attention bias)
C = als er duidelijke verschillen in compliance van deelnemers aan beide interventies waren
Dus een duidelijk verschil in de interventie die de deelnemers krijgen
D = wanneer je toevallige gelijkheden heb in 1 conditie dus denk hierbij aan dat je random
geselecteerd en iedereen opeens allemaal van pizza houdt of allemaal dezelfde copingsstijl
hebben binnen je interventie

Laura heeft ook onderzoek gedaan naar interventies. Nu ze de output heeft focust ze
alleen op de deelnemers die de interventie volledig hebben gekregen en niet op de
uitvallers. Van welke bias is hier sprake?
A. Selectief rapporteren
B. Analyses baseren op onvolledige outcome data (attrition bias)
C. Detection bias
D. No intention to threat analyse
D
A = is alleen zo wanneer primaire en secundaire uitkomsten niet vooraf bekend waren (geen
idee wat dit betekend)
B= 20% uitval in korte interventies en 30% uitval in langere followup en wanneer uitval
gerelateerd is aan de uitkomstmaat
C = Onvoldoende blindering van de uitkomstmetingen. Meting van de uitkomsten wordt gedaan
op de hoogte van de conditie waartoe iemand behoort.

, Pleunie heeft boulimia, welke behandeling kun je haar het beste geven?
A. Psychotherapie
B. Psychotherapie met medicatie
C. Medicatie
D. Niks
A

Arend heeft schizofrenie en PTSS, welke behandeling kunnen we hem het beste geven?
A. Psychotherapie
B. Psychotherapie en medicatie
C. Medicatie
D. Niks
B

Lilly heeft dysthyme stoornis, welke behandeling kunnen we haar het beste geven?
A. Psychotherapie
B. Psychotherapie en medicatie
C. Medicatie
D. Niks
C

Badr heeft nog steeds (zie oefenvragen andere vakken) een eetstoornis. Door zijn master
heeft hij er ook nog borderline bijgekregen. Welke therapie kunnen we Badr het beste
geven?
A. Bona fide therapie
B. Non bona fide therapie
C. Laat hem op de wachtlijst staan
D. DGT en psychodynamische therapie
A want D zijn ook bona fide therapieën

Hoorcollege 3

A.
B.
C.
D.

A.
B.
C.
D.

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller TiuSam. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $3.24. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

58426 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$3.24  6x  sold
  • (2)
  Add to cart