Economische spel theoriën uit hfd. 5
hoef je niet te kennen. Speltheorie
gaat over de informatie asymmetrie.
Deze informatie asymmetrie kan zich
voordoen tussen verschillende
personen die beslissingen moeten
nemen. Het gaat erom dat je eigen
gedrag bepaald al dan niet in de
wetenschap wat de andere partij doet.
Speltheorie kan tussen meerdere
spelers plaatsvinden en de aanname
is dat de spelers over en weer hun
gedrag bepalen en elkaar
beïnvloeden. Tevens is de aanname
dat ze rationeel handelen en dat
partijen ervan uitgaan dat de andere
partij rationeel handelt. Het gaat erom
om te achterhalen wat jouw
dominante strategie is.
Bij het Coördinatiespel moeten Sony
en Philips elkaar gedrag afstemmen,
beperkt aantal partijen is het
makkelijk. Je zal op basis van
onderling overleg, moeten komen tot
afspraken. Het is betrekkelijk
eenvoudig op papier. Beide partijen
moeten comminuceren en de
samenwerking benoemen en
vertrouwen kweken. En over en weer
bereid moeten zijn om informatie te
delen en vervolgens ook open staan
om de informatie te corrigeren. In de
praktijk: als het succesvol loopt kan er
een samenwerkingsovereenkomst tot
stand komen in de vorm van een joint
venture. Het wordt anders op het
moment dat er een groot aantal
partijen zijn. Er zijn zoveel partijen
betrokken dat het coördineren van de
, afspraken en marktgedrag gaat
moeilijk op basis van onderling
overleg. Je kan regels opstellen, maar
je loopt het risico dat sommige
partijen zich schuldig maken aan
hidden action en zich dus niet aan de
regel houdt.
Hoe kun je het gedrag van
marktpartijen beperken of
beïnvloeden. Dit is een spel tussen
een monopolist en een potientiële
toetreder. Vb. is de prijzenoorlog van
supermarkten. Een monopolist is in
staat zijn prijs dusdanig te verlagen,
doordat hij zo groot is, dat hij wel is
waar ook een lagere winstmarge
heeft, maar de toetreder moet mee in
de oorlog om uberhaupt toe te kunnen
treden tot de markt. Er zit een risico in
voor de monopolist. Essentieel
daarvoor dat bij de toetreder dat ook
blijkt dat hij de strijdt aangaat. Er
moet sprake zijn van een
geloofwaardige dreiging. Dit verwijst
dat er commitment is bij de
monopolist om dat ook te doen. De
JUMBO heeft het toetredingsspel bv.
Gewonnen. Jumbo is met beleid
vestigingen gaan uitbreiden. En is nu
nummer 2 van NL. Het moet zichtbaar
zijn voor de wederpartij. En de
dreiging moet geloofwaardig zijn.
Ahold gaat nu een andere strategie te
volgen om bijvoorbeeld duurzaam te
investeren.
Als een partij iets wil verkopen met de
bedoeling daarvoor de grootste
opbrengst te genereren. Er is echter
een informatie asymmetrie, om dat te
voorkomen kun je veilingen houden.
We kennen een open veiling bij opbod,
deze heeft het voordeel dat prijs snel
kan stijgen. Soms is dat
problematisch, veilingen kunnen ook
ingezet worden om bedrijven te
verkopen. Omgekeerde kan ook
voordoen stel dat het niet zeer gewild
is, dan moet je kijken wat de
bodemprijs is. Risico is voor de
verkoper, geen minimumprijs. De
koper verwerft tegen prijs van eigen
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller celinevv. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.21. You're not tied to anything after your purchase.