Samenvatting: Strafprocesrecht en mensenrechten
Een korte inleiding (HB pg. 1-2)
Situering van het strafproces
= term van het ‘strafproces’ omvat vier fasen, het doel via balans tussen instrumentaliteit en
rechtsbescherming
1. Het onderzoek (opsporen van misdrijven)
2. De vervolging (brengen van verdachten of in verdenking gestelde voor de rechter)
3. De berechting
4. De strafuitvoering
De regels rond deze vier fasen vind je terug in deze cursus
De basistekst is het wetboek van Strafvordering
- telt 32+(647-8) -> het wetboek vangt aan met voorafgaande titel, 32 belangrijke bepalingen,
gevolgd door een eerste boek met 136 (art.) bepalingen (met veel aanvullingen) en een
tweede boek over het gerechtelijk apparaat (art. 137-647) (boek 1 start pas met art.8)
- Wet van 17 april 1878 houdende de voorafgaande titel van het Wetboek van Sv (telt 32
bepalingen)
- Wetboek van Sv Boek I: de gerechtelijke politie en de officieren die ze uitoefenen (Art. 8 tot
en met 136ter)
- Wetboek van Sv Boek II: het gerecht (art. 137-647 Sv.)
Belangrijke hervorming
- Wet Franchimont 12 maart 1998 (meer tegenspraak); doel was uitschrijven van duidelijk
regels, meer aandacht voor de rechten van het slachtoffer en de verdachte
- Potpourri II-wet (Wet van vijf februari 2016 tot wijziging van het strafrecht en de
strafvordering en houdende diverse bepalingen inzake justitie). De Potpourri II-wet betrof
voornamelijk de hervorming van het straf- en het strafprocesrecht; vooral tot doel de
strafvordering efficienter te doen verlopen
- Probleem met wetgeving van Geens: schoonmaak door grondwettelijk hof, voorstellen van
Geens vernietigd wegens strijdig met de grondrechten
o Belangrijk arrest: Op 21 december 2017 werd via arrest nr. 148/2017 van het
Grondwettelijk Hof diverse artikelen van deze wet vernietigd (zie volgende
slide)
o Verklaart deels waarom er zo snel en onverwacht een editie 2020 van het
handboek gekomen is!
->een inhoudstafel van een strafrechtelijk tijdschrift (niet
kennen) maar illustreert de reikwijdte van het arrest
->tientallen auteurs die verschillende aspecten van het
arrest hebben besproken
->verschillende onderwerpen komen aan bod in deze
cursus
1
,DUS: we hebben een zeer oud wetboek (600-700 tal artikelen), verspreid over voorafgaande titel en
twee boeken, een hervorming eind jaren 90 (dutroux-zaak, meer rechten aan slachtoffers) en in
2016 hervorming met Koen Geens (meer efficientie van de nogal verouderde strafprocedure
organiseren, maar ten dele bereikt want grondwettelijk hof in sommige gevallen vernietiging
uitgesproken)
Wetboek van strafvordering -> aangevuld met bijzondere wetten
- Bv. De wet op het politieambt -> bv. mag politie drones gebruiken om corona gedrag te
monitoren?
Die voorafgaande titel bevat veel algemene bepalingen (zie
foto)
- Bij materieel strafrecht zeer duidelijk boek 1 = 100
artikels met algemene principes
- 105 en volgenden artikels met opsommingen van
misdrijven (misdaden, wanbedrijven en
overtredingen)
- Zeer duidelijk: een algemeen deel – bijzonder deel
- Hier is dit anders; in voorafgaande titel een opeenstapeling van verduidelijkingen die toch
niet altijd het karakter hebben van een algemeen deel op het wetboek
- Het is een belangrijk deel maar heeft niet de algemene draagwijdte om heel het
strafwetboek een bepaalde richting te geven
- In deze cursus; studie van het hele wetboek, vaak teruggrijpen naar artikelen uit
voorafgaande titel, boek één en boek twee (daar waar we in materieel strafrecht
voornamelijk focuste op het eerste boek en af en toe een illustratie aan de hand van een
misdrijf uit boek twee)
2
,Hoofdstuk 1: Organen en personen betrokken bij het strafproces (HB pg. 3-32)
+ politie en openbaar ministerie!
Vandaag: bespreken we een 11-tal actoren
Eerste Actor: De gerechtelijke politie
Algemeen
Basisonderscheid tussen: bestuurlijke en
gerechtelijke politie (voornamelijk die laatste is
belangrijk in kader van deze cursus) (zie
randnummer 4)
Basisonderscheid wordt in de wet op het politieambt uitgewerkt, aantal bevoegdheden voor de ene
soort taken en andere soort taken bespreken.
Het verschil is het doel;
- Bestuurlijke politie: preventie
- Gerechtelijke politie: repressief, opsporen van misdrijven (ook de proactieve recherche valt
hieronder)
Uit verschillende taakstellingen vloeien verschillende bevoegdheden
- Bv. identiteitscontrole mag bij bestuurlijke sneller dan bij gerechtelijke
- Bv. fouille idem
- Verschillen uitgebouwd naar gelang het gaat om de ene of de andere taak
Het verschil werkt ook door in gezagsstructuren;
- wie heeft het gezag over de bestuurlijke politie in uitvoering van bestuurlijke taken?
o Bestuurlijke overheden
o Gaat van gemeentes/provincies tot minister van binnenlandse zaken
- In geval van de gerechtelijke politie berust het gezag bij;
o De gerechtelijk overheden
o In het bijzonder bij de PK die de politie zal aansturen in kader van een
opsporingsonderzoek
Politie wordt gecontroleerd door gerechtelijke autoriteiten in kader van gerechtelijke politietaken
- Belangrijke waarborg!! We laten de politie niet zomaar vrij
- In tegenstelling tot wat je in Britse crimi’s ziet -> daar heeft de politie een tamelijk grote
autonomie, politie doet een groot deel van opsporing op eigen gezag
- Dat is bij ons (en NL en FR) anders
o Minder autonoom
3
, o Misdrijven opsporen onder leiding en toezicht van het parket
o Die gezagsstructuur vormt belangrijke waarborg: dat politie zich zou houden aan de
wet en voorschriften
Daarnaast wordt politie gecontroleerd door het Comité P = een door het parlement ingesteld
controleorgaan op de politie, burger kunnen klachten neerleggen, kunnen op eigen initiatief kijken
naar de uitoefening van politietaken
De structuur van de politie (zie HB randnummer 6)
Startpunt: wet 7 december 1998 tot organisatie van een geïntegreerde politiedienst
We hebben niet echt één politie, we hebben één geïntegreerde politie (verschillend van andere
landen waar vaak meerdere politiekorpsen aan het werk zijn)
Structuur van politie is altijd anders, is historisch gegroeid! Sinds 1998 groot aantal politiediensten
geïntegreerd, naar aanleiding van slecht functioneren tijdens de Dutroux-periode
Twee niveaus
- Lokale politie (randnummer 7)
o Zorgt voor basis politiezorg en voert
federaal gegeven opdrachten uit
o Verankerd in lokale politiekorpsen
(meerderen)
o Soms korps per gemeente, anders
lokaal politiekorps dat meerdere
gemeenten bediend
o Afhankelijk van dat onderscheid is het ofwel de gemeenteraad en de burgemeester
OF de politieraad en het politiecollege die de leiding geeft aan die politie
o Politieraad: samengesteld uit gemeenteraadsleden van de gemeenten
o Politiecollege: burgemeesters van betrokken gemeenten
- Federale politie (randnummer 8)
o Gespecialiseerde taken en supra lokale opdrachten (over gehele grondgebied)
o Opdrachten van lokale politieoverheden en politiediensten
o Wordt aangestuurd door een commissariaat generaal
o Er is een algemene directie van bestuurlijke en gerechtelijke politie
o Directie middelenbeheer en informatie
o Op federaal niveau vind je ook een aantal bijzondere opsporingsdiensten die
ingebed worden in de federale structuur
o De leiding ligt bij de commissaris-generaal van de politie
Politie is voor de burger dé actor die men tegenkomt, het is het aanspreekpunt, burger heeft vaak
geen weet van apparaat achter het strafprocesrecht dat er mede met de politie voor zorgt dat feiten
worden opgespoord, onderzocht, vervolgd, berecht en dat straffen worden uitgevoerd
Tweede actor: Het openbaar ministerie (randnummer 11)
= zéér belangrijke actor, een uniek orgaan
Magistraten van het openbaar ministerie worden benoemd door de Koning (Art. 153 GW) en na
tussenkomst van de hoge raad van justitie (Art. 15 GW) -> de benoeming ligt niet uitsluitend bij OM,
4
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller annavansteenkiste. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.99. You're not tied to anything after your purchase.