Economie H3 en H4
H3: Inkomen en belasting
Werken in loondienst loon of salaris
Werken als eigen baas winst
Arbeidsinkomen = loon en winst uit een eigen zaak.
De arbeidsmarkt bestaat uit een groot aantal deelmarkten die min of meer
met elkaar in verbinding staan.
De vragers op de arbeidsmarkt zijn de kopers en de aanbieders op de
arbeidsmarkt zijn de verkopers.
Kapitaalinkomen = verdienen uit sparen en beleggen.
Collectieve arbeidsovereenkomst (cao) = hierin zijn de belangrijkste
arbeidsvoorwaarden in vastgesteld.
Overeenkomst tussen werkgever(-sbonden) en georganiseerde
werknemers
(vakbonden) over de lonen en andere arbeidsvoorwaarden, die in de
individuele arbeidsovereenkomst moet worden gerespecteerd. Deze
overeenkomst wordt per bedrijf of bedrijfstak afgesloten.
Kapitaal in vermogen en goederen.
Twee mogelijkheden om investeringen te betalen:
1. Eigen vermogen = met eigen geld
2. Vreemd vermogen = met geleend geld.
Productiefactoren = de middelen waarmee wordt geproduceerd,
namelijk arbeid, ondernemerschap, kapitaal(goederen) en natuur (-lijke
hulpbronnen).
Alle ingezetenen van Nederland met een inkomen moeten
inkomstenbelasting en premies volksverzekeringen betalen. Hierdoor kan
de overheid geld besteden aan onderwijs, veiligheid, infrastructuur en
sociale uitkeringen (bijv. AOW).
Hiervoor heeft Nederland een boxenstelstel.
Boxenstelsel = het belastingstelsel van Nederland dat uitgaat van drie
boxen waarbinnen verschillende soorten inkomens vallen met ieder hun
eigen heffingssysteem.
Box 1: inkomen uit arbeid en woning
- Brutoloon/ arbeidsinkomsten
- Huurwaardeforfait (waarde van het huis bij het inkomen optellen)
Box 2: inkomen uit een aanmerkelijk belang
- Meer dan 5% aandelen in een bedrijf
Box 3: inkomen uit vermogen
, - % over het vermogen (tweede huis, spaarrekening)
Te ontvangen/ betalen belasting = inkomensheffing - ingehouden
loonbelasting
Inkomensheffing
Gemiddelde heffingsdruk= x 100 %
Brutoloon
Marginale heffingsdruk/ tarief/ belastindruk marginaal tarief = het
percentage belasting dat je betaalt over extra verdiend inkomen, dus over
je laatst verdiende euro.
Premiegrens = Het maximale inkomen waarover premie voor een sociale
verzekering wordt geheven.
Premiedruk = geeft aan hoeveel cent per belaste euro afgedragen moet
worden aan premies volksverzekeringen.
Nivellering = relatieve (procentuele) inkomensverschillen worden kleiner
als gevolg van herverdeling door de overheid
Denivellering = relatieve (procentuele) inkomensverschillen worden
groter
Herverdeling = door belasting- en premieheffing (progressief stelsel) en
door het
verstrekken van uitkeringen/toeslagen/subsidies herverdeelt de overheid
het inkomen (nivellering). Het secundaire inkomen is gelijker verdeelt dan
het primaire inkomen.
Sparen is uitstellen van consumptie (behoeften op een later moment
invullen =
(lage tijdsvoorkeur)
Lenen is het naar voren halen van consumptie (hoge tijdsvoorkeur).
Ruilen over tijd (intertemporele ruil):
Huidige consumptie inruilen voor consumptie in de toekomst (sparen) of
consumptie in de toekomst wordt ingeruild voor huidige consumptie
(lenen).
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Evavdtoorn. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.23. You're not tied to anything after your purchase.