Inleiding In De Gedragsneurowetenschappen (P0M09B)
All documents for this subject (10)
Seller
Follow
linaverhulst
Reviews received
Content preview
Samenvatting gedragsneurowetenschappen
HOOFDSTUK 1: Perifeer en centraal zenuwstelsel
Cellen, weefsels en organen
Andries Van Wiesel:
- Anatoom
- Maakte precieze beschrijvingen en tekeningen v/h menselijk lichaam
- Verzette zich tegen het idee dat de menselijke ziel verblijft in de ventrikels v/d hersenen
(= idee van Middeleeuwen)
- Wiesel: hersenen zijn belangrijkste orgaan voor onze intelligentie en ons bewegings- en
waarnemingsvermogen
Anatomie = biologische studie v/d morfologie of bouw van organen en weefsels
Orgaanstelsel of orgaansysteem = bestaan uit organen die functioneel samenwerken
(Bv.: spijsverteringsstelsel = slokdarm, maag, lever, pancreas, …)
Organen:
- Onderdelen v/h lichaam met een specifieke functie
- Ze zijn op gebouwd uit verschillende weefseltypes
Weefsel:
- Verzamelingen van gespecialiseerde cellen die een gemeenschappelijke functie vervullen in
het lichaam
- Bestaat uit 3 componenten:
• Cellen
• Intercellulaire substantie
• Weefselvocht
Histologie of weefselleer = studie die opbouw van weefsel bekijkt
Fysiologie = studie v/d levensprocessen, die zich afspelen in levende wezens
→ deze levensprocessen zijn gebaseerd op de chemische samenwerking tss vele
verschillende structurele en functionele moleculen (= biochemie)
Anatomie en histologie = bekijken structuur Enkel structuur en functie? = te maken met:
Fysiologie = bekijken functie neuroanatomie, neurohistologie of neurofysiologie
MAAR: fysiologie kunnen we niet begrijpen zonder morfologie (= te maken met bouw)
Delen van het zenuwstelsel
Menselijke zenuwstelsel:
- Centrale zenuwstelsel
= hersenen en ruggenmerg
- Perifere zenuwstelsel
= alle zenuwcellen (neutronen) of zenuwuitlopers buiten de hersenen of ruggenmerg
1
,Bundels van zenuwuitlopers => vormen netwerk van zenuwen
Deze strekken zich uit over het hele lichaam
Centrale zenuwstelsel = ontvangt continue stroom van informatie
→ info kan zowel extern (van buiten het lichaam) als intern (van binnen het lichaam) zijn
Afferente (aanvoerende) zenuwen:
- Brengen deze informatie
- Zijn zenuwen v/h perifere zenuwstelsel
- Ze verbinden zintuigcellen in verschillende organen en weefsels, met het centrale
zenuwstelsel
Efferente (wegvoerende) zenuwen:
- Ze sturen prikkels vanuit het centrale zenuwstelsel naar de rest v/h lichaam
- Zijn zenuwen v/h perifere zenuwstelsel
Sensorische prikkels = uit de omgeving (naar het centrale zenuwstelsel)
Onderscheid in perifere zenuwstelsel:
- Somatisch gedeelte Motorische prikkels = sturen de spieren (van centrale ZS naar spieren)
= omvat efferente en afferente zenuwen, die ervoor zorgen dat sensorische en motorische
prikkels van en naar het centrale zenuwstelsel worden geleid
- Autonoom gedeelte
= staat in voor neuronale connecties naar klieren en gladde spieren v/d inwendige organen
Craniale zenuwen = zenuwen die ontspringen in de hersenen
→ kunnen motorisch, sensorisch of gemengd zijn
Spinale zenuwen = zenuwen in verbinding met het ruggenmerg
→ zijn altijd gemengd motorisch en sensorisch
Efferente zenuwen = motorisch
→ ze transporteren impulsen v/h centrale zenuwstelsel naar de spieren
Afferente zenuwen = sensorisch
→ ze vervoeren informatie vanuit de zintuigreceptoren in het lichaam naar het centrale zenuwstelsel
2
,Het zenuwstelsel in beeld
Assen:
As v/h ruggenmerg = verticaal
As v/h voorste deel v/d hersenen = horizontaal
As v/h achterste deel v/d hersenen = schuin
Rostraal = i/d richting v/d neus ↑
(bv.: de neus ligt rostraal v/d mond → boven de mond)
Caudaal = i/d richting v/d voeten ↓
Coronale vlak = verticale vlak dat loopt van het ene oor tot het andere
Horizontale doorsnede = loopt van oor tot oor, maar staat loodrecht op het coronale vlak
Sagittale doorsnede = volgt een verticaal vlak, dat de hersenen van voren naar achteren doorsnijdt
en de linker en rechterhelft v/h zenuwstelsel scheidt
Sagitalle doorsnede = spiegelt de twee helften v/h zenuwstelsel
→ ons zenuwstelsel is bilateraal symmetrisch (= spiegelsymmetrie)
Verschillende delen van het centrale zenuwstelsel
Volwassen hersenen:
- 1,5 kg (= ± 2,5% v/h totale lichaamsgewicht)
- Bevat 100 miljard zenuwcellen
- Wordt beschermd door hersenvliezen en het bot v/d schedel
- Onderscheid i/h centrale zenuwstelsel tussen:
• Witte stof → hersenweefsel dat bestaat uit zenuwverbindingen
• Grijze stof → hersenweefsel dat bestaat uit de cellichamen van de zenuwcellen
Cortex (= buitenste schorslaag) bestaat uit grijze stof
+ ook in de diepte v/d hersenen vinden we grijze stof
Van rostraal naar causaal onderscheiden we verschillende grote delen v/d hersenen
(zowel anatomisch als functioneel):
- Telencephalon (grote hersenen)
• Grootste deel v/d hersenen Prosencephalon (voorhersenen)
• Bevat de cerebrale hemisferen
= telencephalon en diencephalon samen
- Diencephalon (tussenhersenen)
- Hersenstam:
• Eerste stukje v/d hersenstam = mesencephalon (middenhersenen)
• Bestaat ook uit: pons en medulla oblongata
3
,Cerebellum (kleine hersenen):
- Aangehecht op de hersenstam
- Sterk verbonden met hersenstamkernen
- Bevat heel veel neuronen
De meest caudale delen v/d hersenen sluiten aan op het ruggenmerg
→ de hersenstam gaat dus over in het ruggenmerg (= medulla spinalis)
Ruggenmerg:
- Wordt omringd door ruggenmergvliezen en ruggenwervels
- 40-45 cm lang
- Doorsnede van 1 cm
Telencephalon (grote hersenen)
→ Bestaat uit 2 hersenhemisferen:
- Deze zijn verbonden via het corpus callosum
- Deze zijn gescheiden door de grote longitudinale fissuur (fissura longitudinalis cerebri)
- Buitenkant van hemisferen = gevormd door geplooide oppervlak v/d cerebrale cortex, met
hieronder de witte stof v/d zenuwvezels
→ Cerebrale cortex (hersenschors)
- Laag van grijze stof die veel bloedvaten en cellichamen v/d cerebrale zenuwcellen bevat
- Bestaat uit 6 lagen
- Het oppervlak is sterk geplooid + bevat:
• Groeven (groef of sulcus)
• Diepe groeven (fissuren)
• Windingen (windig of gyrus)
- Witte stof zit onder de hersenschors
=> witte stof bestaat uit uitlopers van neuronen (axonen of zenuwvezels)
=> deze neuronen transporteren informatie van en naar de cortex
=> deze neuronen zijn georganiseerd in zenuwbanen (baan of tractus)
Associatievezels = verbinden verschillende delen v/d cortex binnen dezelfde hemisfeer
Commissurale vezels = verbinden de twee hersenhemisferen
(→ grootste commissurale vezel = corpus callosum)
Projectievezels = verbinden de hersenstam en de cortex
4 hersenkwabben of -lobben in de grote hersenen:
- Frontale kwab
• Meest anterieur
• Wordt gescheiden v/d cortex door de fissuur van Rolando (sulcus centralis)
• Belangrijk voor: spraak, redeneren, emoties en controle over bewegingen
• Meest anterieure deel (= prefrontale cortex) heeft verbindingen met de thalamus en
het limbisch systeem
4
, • Prefrontale cortex = belangrijk voor: hogere geheugen- en denkprocessen,
emotioneel gedrag, motivatie, keuze en planning van gedragingen in functie tot de
omgeving (executieve functies)
↓ posterieur aan frontale kwab (dus achter fissuur van Rolando ligt pariëtale kwab)
- Pariëtale kwab
• Anterieure deel v/d pariëtale kwabben (= somatosensorische cortex) ontvangt en
interpreteert gewaarwordingen zoals tast, temperatuur en pijn
• Posterieure deel integreert de sensorische input v/d somatische en sensorische
regio’s (= vooral voor de controle van bewegingen)
↓ achter deze kwab, ligt de occipitale kwab
- Occipitale kwab
• Meest posterieure deel v/d cortex
• Ontvangen en verwerken visuele input
- Temporale kwab
• Ligt inferieur t.o.v. de frontale en pariëtale kwab
• Is gescheiden v/d andere kwabben door de fissuur van Sylvius (sulcus lateralis)
• Belangrijk bij: het begrijpen van gesproken taal, gehoor en geheugen
Hersenfunctie = berust op samenwerking tss hersengebieden MAAR een taakverdeling is nodig
lateralis
5
, Cerebrale cortex
- Grijze stof van de grote hersenen
= bestaat uit: cellichamen van neuronen en gliacellen
- Witte stof van de grote hersenen
= bestaat uit: zenuwuitlopers (axonen) die met een myelineschede omringd zijn
Hersenschors (cerebrale cortex of cortex cerebri) :
- Buitenste laag v/d grijze stof (die fel doorbloed wordt)
- Bestaat uit een gelaagd hersenweefsel = neocortex (= neopallium of isocortex)
→ neocortex is betrokken bij hogere functies zoals het uitvoeren van complexe bewegingen,
informatieverwerking, redeneren, abstract denken en spreken
→ neocortex bestaat uit 6 lagen:
(van buiten naar binnen)
• (I) Moleculaire laag (lamina molecularis)
• (II) Buitenste korrellaag (lamina granularis externa)
• (III) Buitenste piramidelaag (lamina pyramidalis externa)
• (IV) Binnenste korrellaag (lamina granularis interna)
• (V) Binnenste piramidelaag (lamina pyramidalis interna)
• (VI) Spoelvormige laag (lamina fusiformis)
➢ Deze lagen:
- Niet scherp afgelijnd
- Bevatten verschillende hoeveelheden van neuronen en steuncellen
- Piramidecel
• = typisch cerebrale neuron
• Zit in lagen III en V (ook vaak in andere lagen)
• Hun lange efferente uitlopers gaan naar het ruggenmerg of andere corticale
gebieden
- Korrelcellen (= in lagen II en IV) maken lokale contacten
- Laag IV is grotendeels afwezig en laag V is sterk ontwikkelt i/d primaire motorische cortex
(= agranulaire cortex)
- Laag IV is sterk ontwikkelt en laag V minder i/d primaire somatosensorische cortex en
primaire visuele cortex
- Naast de horizontale structuur van lagen is er ook een verticale structuur van corticale
kolommen
→ deze kolommen zijn parallelle bundels van piramidecellen die functionele eenheden
vormen, die door alle schorslagen heen lopen
Motorische cortex en sensorische cortex
- Integratieve functies
- Sensorische input
- Output naar andere delen v/d
hersenen
6
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller linaverhulst. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $9.75. You're not tied to anything after your purchase.