Max - Biologie voor jou 6 vwo 2021 Leeropdrachtenboek
In deze uitgebreide samenvatting wordt hoofdstuk 1 van het boek 'biologie voor jou' voor VWO 6 behandeld. Het gaat over hoe de vertering bij mensen in zijn werk gaat, welke enzymen nodig zijn en wat deze doen. Het is een samenvatting die er voor mij voor gezorgd heeft dat ik een goed cijfer heb geh...
Samenvatting biologie - vertering (Biologie voor jou, klas 6)
Paragraaf 1: Voedingsstoffen
Het is voor heterotrofe organismen heel erg belangrijk om veel voedingsmiddelen binnen
te krijgen, zodat alle stofwisselingsprocessen in het lichaam plaats kunnen vinden.
Voedingsstoffen zijn de bestanddelen van voedingsmiddelen, dit zijn er zes: eiwitten,
vetten, koolhydraten, water, mineralen en vitaminen. Deze stoffen hebben verschillende
functies in het lichaam. Sommige worden gebruikt als bouwstof, voor de vorming van
organische moleculen bij voortgezette assimilatie, anderen als brandstoffen, die leveren
energie voor de dissimilatie. Een tekort aan voedingsstoffen kan ziekte veroorzaken.
Eiwitten (dierlijke- en plantaardige eiwitten) zijn ketens van tientallen tot duizenden
aminozuren. In het verteringsstelsel worden eiwitmoleculen uit het voedsel gesplitst in
afzonderlijke aminozuurmoleculen, die worden opgenomen in het bloed, via het bloed
komen deze aminozuren bij de lever en worden daarna over het hele lichaam naar alle
organen verspreid. Bij de eiwitsynthese worden de aminozuren weer gekoppeld tot
eiwitmoleculen.
Er zijn 20 verschillende aminozuren. Twaalf daarvan kan je lichaam zelf maken als er niet
voldoende in het eten voorkomt. Ze worden dan in de lever gevormd uit andere aminozuren
door overplaatsing van een aminogroep, dit heet transaminering. De andere acht
aminozuren zijn de essentiële aminozuren, deze moet je via het eten binnenkrijgen.
Eiwitten zijn belangrijke bouwstoffen van cellen en weefsels, eiwitten reguleren bijna alle
processen in een organisme, ze zijn betrokken bij de transport van stoffen
(transporteiwitten), bij de celcommunicatie (in de cel en tussen cellen (hormonen)) en bij
de bloedstolling (stollingseiwit) en immuniteit (antistoffen). Ze worden ook als brandstof
gebruikt, bij de voortgezette assimilatie worden de eiwitten omgezet in glucose, waarna ze
bij de dissimilatie worden verbrand en er energie vrijkomt. BINAS 67H!!!
Koolhydraten zijn belangrijke brandstoffen in je lichaam, bij de verbranding komt redelijk
veel energie vrij. Als je te veel koolhydraten eet, zorgt het hormoon insuline ervoor dat een
deel wordt omgezet in glycogeen, dit is een reservestof en wordt in de lever en spier
opgeslagen. Koolhydraten kunnen ook als bouwstof dienen, DNA bevat bijvoorbeeld
monosacharide desoxyribose en ATP bevat monosacharide ribose.
Voedingsvezels zijn koolhydraten die niet verteerd kunnen worden door enzymen van de
mens. Een deel kan soms in de dikke darm wel afgebroken worden door de enzymen van
bacteriën. BINAS 67F!!!
Vetten bestaan uit vetmoleculen, die zijn
opgebouwd uit een glycerolmolecuul en drie
vetzuurmoleculen. Dit noem je triglyceriden.
Verzadigde vetzuren hebben aan ieder C-atoom
twee wateratomen, bij een onverzadigd vetzuur
is dit niet het geval en ontstaan er dubbele
bindingen. De meeste vetzuren kan je lichaam
vormen uit andere organische stoffen, alleen een
aantal onverzadigde vetzuren moeten in het
voedsel voorkomen, dit zijn de essentiële
vetzuren. Vetten dienen vooral als brandstof en
leveren per gram vet twee keer zoveel energie
, als koolhydraten. Als je teveel vet eet, slaat je lichaam dit op als reserve-energiebron onder
de huid of tussen de organen. Vetten zijn ook bouwstoffen, fosfolipiden vormen een
belangrijk deel van membranen. Vitamine A, D, E en K zijn oplosbaar in vet en kan je alleen
via vet binnenkrijgen. Cholesterol is een vet dat grotendeels door de lever gemaakt wordt,
en de rest krijg je via je voeding binnen.
Organismen bestaan voor het grootste gedeelte uit water. Water is een belangrijke bouwstof
voor je lichaamscellen en ook een oplosmiddel voor stoffen. Water bepaalt samen met de
opgeloste stoffen de osmotische waarde van de vloeistoffen in het lichaam. Water speelt
ook een rol bij het regelen van de
lichaamstemperatuur, door verdamping van
water uit zweet koelt het lichaam af, maar ook
via urine en ontlasting raakt het lichaam water
kwijt. Een klein deel wordt aangevuld door het
water wat tijdens de dissimilatie ontstaat, maar
het grootste gedeelte krijg je via eten en drinken
binnen. BINAS 67G!!!
Mineralen zijn anorganische stoffen, zoals Ca, Na, K en P, deze zijn nodig om allerlei
processen goed te laten verlopen. Via keukenzout (NaCl) krijgen veel mensen teveel van het
mineraal natrium binnen. Sommige mineralen worden als bouwstof gebruikt, zoals calcium in
botweefsel en tandbeen zorgt. Spoorelementen zijn mineralen die je in hele kleine
hoeveelheden nodig hebt. Dit zijn vaak bestanddelen van enzymen en hormonen.
Vitaminen zijn organische stoffen die nodig zijn om processen in het lichaam goed te laten
verlopen, ze worden aangegeven met letters. Vitamine V is een verzamelnaam voor
vitamine-B-complex. Vitamine K kan door bacteriën in de dikke darm gemaakt worden, alle
andere moet je via je voedsel binnenkrijgen. Uit provitaminen kan je lichaam zelf de
vitamine vormen. Net als spoorelementen zijn vitaminen ook bestanddelen van enzymen, ze
zijn dus nodig om stofwisselingsprocessen goed te laten verlopen. Bij gebrek, maar ook bij
een overschot aan vitaminen kan je ziek worden. Dit worden gebreksziekten genoemd. In
BINAS 82A! staat een overzicht met kenmerken van verschillende enzymen.
Paragraaf 2: Het verteringsstelsel
In het darmkanaal vindt vertering van het voedsel plaats. Grote moleculen, zoals eiwitten,
koolhydraten en vetten worden hier afgebroken tot kleinere moleculen mbv enzymen, hierbij
ontstaan verteringsproducten. Deze worden via de darmwand in het bloed opgenomen en
kunnen dan bij de voortgezette assimilatie weer gebruikt worden.
In de wand van de darm zitten kringspieren en lengtespieren. Door het afwisselend
samentrekken van deze spier ontstaat de darmperistaltiek.
Hierbij wordt het voedsel goed gemengd met de
verteringssappen (bevatten enzymen), die door
verteringsklieren worden afgegeven. Je kunt de peristaltiek niet
bewust versnellen of vertragen (autonome zenuwstelsel),
voedingsvezels en beweging stimuleren de darmperistaltiek.
Mechanische vertering = het kauwen van voedsel, het kneden
en mengen van het voedsel door de darmperistaltiek.
Chemische vertering = de bewerking van voedsel door enzymen.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller joelledekeizer. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.93. You're not tied to anything after your purchase.