Samenvatting
Focus op
Jeugdcriminaliteit
(jeugdrecht)
,Focus op Jeugdcriminaliteit | Hoofdstuk 1: Criminaliteit onder de loep
Oorzaak theorieën: waarom overtreden mensen de wet?
1. Sociobiologische en biogenetische criminologie
= biologische factoren (aangeboren fysieke kenmerken) zijn van invloed op het
crimineel gedrag.
2. Forensische psychiatrie, psychologische criminologie en psychopathologie
= als iemand ten gevolge van zijn gebrekkige ontwikkeling of psychische stoornis niet
in staat is geweest om anders te handelen dan hij deed ten tijde van het ten laste
gelegde. Individuele gedragsproblemen op jongere leeftijd hangen samen met een
grotere kans op latere delinquentie.
3. Ontwikkelingscriminologie
= oorzaken voor crimineel gedrag worden gezocht binnen de bredere ontwikkeling
van het kind tijdens het opgroeien. Individuele problemen spelen een rol bij het
identificeren van gedragsproblemen. Betreft psychologisch, pedagogisch, didactisch
en sociale terrein.
Antisociaal gedrag jongere = delinquent gedrag wordt voorafgegaan / begeleid door
antisociaal gedrag. Persoonsgebonden en niet-persoonsgebonden factoren hebben
een belangrijke rol bij crimineel gedrag. Drie ontwikkelingstrajecten die een jongere
kan doorlopen en kan leiden tot crimineel gedrag:
- Openlijk probleemgedrag (bijvoorbeeld agressie/ oppositie)
- Heimelijk probleemgedrag (bijvoorbeeld diefstal/ vernieling)
- Autoriteitsconflicten voorafgaand aan het twaalfde jaar
4. Differentiële associatietheorie
= crimineel gedrag wordt gezien als imitatiegedrag, crimineel gedrag wordt
aangeleerd in sociale netwerken. Iemand wordt crimineel omdat hij vaak
geconfronteerd wordt met criminele gedragspatronen. Crimineel gedrag wordt als
‘normaal’ gezien.
5. Rationele- keuzebenadering
= daders verschillen niet van de normale bevolking, maar maken andere afwegingen.
Mensen kiezen niet voor criminaliteit, maar komen hierin terecht door een
samenloop van omstandigheden. Eenmaal in de criminaliteit, maken deze mensen
rationele beslissingen. Centraal staat de kosten-batenanalyse: wat is de verhouding
tussen de opbrengst van de criminaliteit vs de pakkans.
Fase 1: bereidheid om het misdrijf te plegen
Fase 2: beslissing om het misdrijf daadwerkelijk te plegen
Fase 3: beslissingen die betrekking hebben op de concrete uitvoering van het misdrijf
Fase 4: evaluatie van de beslissingen om delicten te blijven plegen
, 6. Straintheorie
= criminaliteit als uiting van spanning en protest. Er ontstaat spanning wanneer de
gestelde doelen niet bereikt kunnen worden met de in de samenleving bereikbare/
geaccepteerde middelen. Criminaliteit is dan de oplossing.
7. Radicale of kritische criminologie
= criminaliteit is kritiek op de maatschappij.
8. Interactionistische theorie
= criminaliteit is gedrag dat door anderen criminaliteit wordt genoemd.
Primaire deviantie = iemand overtreedt de wet, maar ziet zichzelf niet als
wetsovertreder.
Deze persoon wordt gelabeld door een strafblad, sociale kansen worden aangetast.
Secundaire deviantie = persoon gaat zichzelf als crimineel zien en handelt daar ook
naar.
Controle- of beheersingstheorieën: waarom gehoorzamen mensen de wet?
1. Controle theorie
= mensen houden zich aan de wet, omdat zij zowel affectieve als rationele banden
met de samenleving hebben. Zij willen hun naasten geen verdriet doen/ justitiële
risico is te groot.
Vier elementen zijn van belang voor de binding met de maatschappij: attachment
(emotionele gehechtheid), commitment (mensen gaan verplichtingen aan),
involvement (te druk/ genoeg bezigheden) en belief (binding met maatschappelijke
regels).
2. Reintegratieve shaming
= crimineel gedrag wordt aangeleerd in de omgang met anderen. Delicten worden
gepleegd, omdat dit door anderen als aantrekkelijk wordt gezien. Hierna schaamt de
dader zich voor zijn daden en krijgt hier spijt van.
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller fsplunt. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.87. You're not tied to anything after your purchase.