Einde vorige les.
o Eerste verkenning van spiegelstadium, idee dat bij Lacan ontstaan
is.
o Poging om eerste beeld te krijgen van identiteitsontwikkling, die
voor ons heel erg belangrijk is omdat we psychopathologie hier
telkens aan gaan proberen koppelen.
o Al stukje Freud gezien: de verhouding tussen binnen en buiten is
niet zo duidelijk niet zo zwart wit.
o Lacan: Er is iets van binnen uit werkzaam van die baby/peuter, dit
gaan we benoemen als driften. Je kan het ook arousal gaan noemen
die zorgt voor een bepaald negatief affect waar het kind iets mee
moet doen, mee moet aanvangen.
De spiegeling die de moeder biedt zorgt ervoor dat er een soort
bescherming rond die aandriften komt, een beschermend omhulsel
waardoor het gevat wordt in het groter geheeld.
o Vertrekpunt van de identiteit (dit eerste omhulsel).
o Dit kunnen we begrijpen als het lichaamsoppervlak, we hebben 2
mogelijkheden om erover te denken.
Dat wat van binnen aan het werken is, hier staan we niet bij
stil tenzij er iets mis is.
De buitenkant, meestal is het hiermee waar we ons mee bezig
houden want het is de bekleding van de identiteit (letterlijk en
figuurlijk).
Eerste vorm gekregen in die interactie met de moeder,
in het spiegelstadium.
o Op grond hiervan wordt een eerste omhulsel aangebracht. Maar dit
is niet voldoende.
Het eerste spiegelstadium moeten we een beetje complexer
maken.
We moeten er nog een tweede spiegel naast plaatsen.
De tweede spiegel.
o Probleem met enkelvoudige spiegel (en in de ontwikkeling): het al
dan niet kunnen maken van het verschil. Het verschil tussen ‘ik’ en
‘Ander’, wat we voorgespiegeld krijgen en wat we zelf ervaren, waar
we ons mee identificeren.
o We ontiwikkeling identiteit door ons te spiegelen aan wat ons
voorgehouden wordt. Dan zouden we allemaal alleen maar
varianten van dat spiegelbeeld zijn. Maar hoe komt het dat er ook
een verschil is? Dat we zelf keuzes kunnen maken?
Dit is de voorwaarde dat er iets kan veranderen, dat men
keuzes kan maken.
Link naar psychotherapie.
Gaat pas als we overgang maken naar verhouding tussen 3
termen = cruciaal.
2termen, dan kan je geen verschil maken, je kan er
alleen maar mee samen vallen (met het spiegelbeeld).
o Duaal naar triangulair!
, o Je kan alleen maar een onderscheid tussen 2 termen maken als je
een 3e punt hebt.
Je kan alleen maar een onderscheid maken tussen links en
rechts als je jezelf in rekening brengt. Je hebt jezelf nodig om
een positie te bepalen.
Dit gebeurt in de dubbele spiegel opstelling.
o 3e term= de Ander
Opgesplits in de 1e Ander en de 2e Ander.
Klassiek praten over moeder en de vader, maar
vandaag de dag kom je daarmee in problemen in veel
gevallen is dit niet vast. De gemeenschap beantwoord
vaak niet aan het traditionele gezin. Die opdeling
moeten we vervangen door iets abstracter en dus
groter toepassingsveld heeft.
De 2e Ander is diegene die zich buiten de A1 bevindt, die we
kunnen gebruiken om een verschil te maken. Dit zal vaak een
figuur zijn, maar kan snel een abstract karakter krijgen.
Dat wat buiten u en ‘IK’ ligt en we dus nodig hebben
om een verschil te maken, het 3e punt.
o Cruciaal voor de ontwikkeling en als we er een klassieke term op
moeten plakken is dit de overgang van het pre-Oedipale (duale)
naar een oedipale structuur.
Weinig of niks te maken met het Oedipus complex is.
Overgang naar een psychisch functioneren waar we een
onderscheid kunnen maken tussen een ander en nog een
ander.
o Het kind valt niet meer volledig samen met ‘zichzelf’, het beeld dat
de ander zich voorhoudt. (De peuter die spreekt over zichzelf in 3 e
term).
Op bepaalt moment valt dit niet meer samen.
De verhouding die we aannemen tov onszelf, dit is pas
mogelijk als we overgaan naar het triangulaire.
Kunnen nadenken over zichzelf, reflectieve vermogen
om naar onszelf te kijken in verhouding met een 3 e.
We kunnen gaan nadenken over het beeld en het er
eventueel mee akkoord gaan of niet mee akkoord gaan.
o Te maken met voorschrijdende cognitieve en affectieve
ontwikkeling.
Kleutertje in die leeftijdscategorie (3-5j) is in staat tot vrij
complexe perspectiefinnames (innemen van positie). Hij kan
zichzelf zien door de blik van de moeder, door de blik van de
vader. Kan zien dat de blik van de moeder op hem niet
hetzelfde is als die van de vader. Hij kan de vader zien door
de blik van de moeder en de vader zien door de blik van de
moeder.
Kan zich redelijk goed aanpassen aan verschillende
contexten.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Phob. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.21. You're not tied to anything after your purchase.