100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Hoorcollege 4 Middeleeuwse geschiedenis $3.21   Add to cart

Class notes

Hoorcollege 4 Middeleeuwse geschiedenis

 2 views  0 purchase
  • Course
  • Institution
  • Book

Uitgebreide aantekeningen bij hoorcollege 4.

Preview 2 out of 5  pages

  • August 7, 2022
  • 5
  • 2020/2021
  • Class notes
  • Heidecker
  • College 4
avatar-seller
Middeleeuwen week 4: Ridders, ondernemers en regio’s

De nederzettingen van nu lijken heel erg op die van de nederzettingen in de 12 e eeuw
- Daarvoor was het heel anders.
Verschuiving van hele kleine samenlevingen naar de dorpssamenlevingen.
- Ontwikkeling op het platteland in de 11/12 e eeuw.

Kootwijkerzand
- Gehucht
- Opvallend: Gemengd bedrijf.
o Landbouw: niet alleen akkers ook koeien, kippen
o Bedrijfjes: ijzerverwerking, weven.
o Autarkisch: Ze kunnen zichzelf voor 95% redden.
Dit gaat veranderen
- Groot deel van deze kernen gaat zich verplaatsen en zich samenvoegen tot grotere dorpen.
- Bevolkingsgroei: Explosief. De mensen hebben ook allemaal eten nodig > landbouw groeit.
- Verdeling van werk vindt plaats
o Economische gronden
 Verdeling van werk vindt plaats > Specialisatie
 Groei door technische ontwikkelingen: Ploeg die dieper en zwaarder kan ploegen.
 De ploegen zijn van ijzer > deze zijn duur > samenwerken > met een gehucht kan dat
niet een dorp wel > er is iemand nodig die dit kan maken > een specialist = specialisatie
in een landbouwgemeenschap
 Daarom komen ze samen.
 De steden kunnen gevoed worden door het platteland > handel > handelsnetwerken.
 Meer mensen > meer consumptie > meer ... > meer handel.
o Politieke gronden
 In de dorpen de baas van het dorp speelt hierop in, hij zorgt voor bedrijvigheid. Voor
hem inkomsten en voor hun technische ontwikkeling. Dit zorgt er ook voor dat er
mensen daar gaan wonen
 Bescherming
 Markten. Deze zorgen voor zekerheid
 Zorgt voor hem weer bedrijvigheid.
 Stedelijk ook: Meer rechten bij hun
 Krijgen ze ook: Economisch voordeliger.

Wat gebeurt er politiek gezien op het platteland
- Wat is een kasteel/hoe ontstaan ze?
o Als eerst: Het mottekasteel.
 Motte = een kustmatig heuveltje.
 Graaf een gracht en gooit zand tegen de muur (anders kan het ook zo zijn dat het
kasteel omwaait)
 Je hebt een deur en een ophaal brug.
 Je kan het binnen een nacht bouwen.
o Mensen uit de omgeving trekken naar de plaats met een kasteel toe en er ontstaat een
dorp
 Veiligheid
 Markt, bedrijvigheid.
o Later in de tijd: Houten torens worden door steen vervangen.
o Later: uitbreiden en aanpassen
 Ze vullen de heuvel op en zetten er een muur omheen.
 Kleinere ophaal brug
 En het heuveltje ernaast is een soort extra grond naast het kasteel.
o In heuvelachtige gebieden: Natuurlijke heuvels, ze plaatsen het op de top.

,  Muur om het dorp heen.
 Mediterrane gebied: heel duidelijk de verschuiving te zien van mensen naar de dorpen
toe. Beweging die je in het hele gebied ziet
 Militaire te verklaren: invallen van de Arabieren.
- De Karolingen hadden eigenlijk geen zware belegeringsvoertuigen
o Dit hadden de Romeinen wel, dit niet hebben is eigenlijk in heel Europa ook.
o Ze kunnen niet tegen een versterking op
 Hoe klein je ook bent je > Je kan je plek goed verdedigen. Het enige wat je kan doen is
de mensen in het kasteel uithongeren.
 Heel effectief omdat ze nog niet weten hoe ze met de kastelen om moeten gaan.
 13e eeuw: platschieten. Nu kan dit nog niet.
- Als iedere kleine ridder met een beetje gevolg zo’n versterking kan neerzetten, waarom zou hij
dan nog op andere politiek letten
o Kleine militairen maken zich zelfstandig.
o Ze kunnen zich namelijk goed zelf verdedigen.
o Dit verschijnsel is explosief.

Feodalisme
- Dit vind je alleen bij militairen. Niet bij boeren. Een boer heeft niks te zeggen.
- De boer krijgt dat stuk land niet in leen.
- Er is geen systeem dat de hele middeleeuwse samenleving “feodaal” ordent. Hij is er gewoon
niet. (Elisabeth Brown)
o Tirannie constructie
- We kunnen het beter niet over Feodalisme hebben. (Rosenwein)
o Probleem:
- Dat feodale systeem is er niet, maar er zijn wel lenen en vazallen. Dit vinden we alleen in de
krijgersklasse (Reynolds)
o Het heeft betrekking op specifieke relaties in de samenleving
o Niet zo heel belangrijk
o We zien ze dus heel af en toe
o Een boer is geen vazal > Hij heeft niks te willen.
- Het is geen systeem: Een zet van relaties die je soms tegenkomt en soms niet tegenkomt.
o Ongelijke relatie. Een de baas en de ander de vazand.
o Wel een relatie tussen mensen die allebei vrij zijn.
o Een soort contract.
o
Feodo-vazallitsche relaties zijn politieke relaties gebaseerd op een eed van trouw
- Ongelijke band: leenheer – leenman (vazal)
- Afleggen eed met wederzijdse verplichtingen
o Bescherming – raad en daad. Opkomst in gevolg en militaire dienst.
o Al gevonden in de 6e en 7e eeuw.
- Wat ze krijgen: inkomen, geld, vee.
o Hij moet vooral veel kunnen trainen
o Inkomen vaak aan een stuk land gekoppeld.
 Hij werkt hier zelf niet op, daar heeft hij geen tijd voor.
o Gevolg van de heer: Kijk ik heb ... mensen achter mij staan.
o Belening met leengeld: Feodum/beneficium.

Dit systeem niet over de hele samenleving omdat
o Het heeft niks te maken met de boeren
 Boeren zien er anders uit dan de edelen en ridders.
 Mensen die in het kasteel wonen zijn breder en bijna twee koppen groter, gezond en
een eiwitrijk voedsel. De mensen in het dorp zijn veel kleiner, ondervoed, krom van het
werk, vergroeide handen en ruggen. Vitamine te kort.

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller smitS2022. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $3.21. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

67474 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$3.21
  • (0)
  Add to cart