Samenvatting Methodologie 2 (P_BMETHOD_2): Alle hoorcolleges
8 views 0 purchase
Course
Methodologie 2 (P_BMETHOD_2)
Institution
Vrije Universiteit Amsterdam (VU)
Book
Research Methods in Psychology
Dit is een samenvatting van alle hoorcolleges van het vak Methodologie 2 uit de Bachelor opleiding Psychologie op de Vrije Universiteit van Amsterdam. Je kan de samenvatting gebruiken voor het leren voor het tentamen.
Samenvatting Research Methods in Psychology – Evaluating a World of Information, ISBN: 9780393445213 Kennismaking Met Onderzoeksmethoden En Statistiek (201800022)
Lecture notes Statistical Methods Research Methods in Psychology – Evaluating a World of Information, ISBN: 9780393445213
Basis van Onderzoeksmethoden en Statistiek (BOS); Correlationeel en experimenteel onderzoek samenvatting
All for this textbook (9)
Written for
Vrije Universiteit Amsterdam (VU)
Psychologie
Methodologie 2 (P_BMETHOD_2)
All documents for this subject (18)
Seller
Follow
Jensvb
Content preview
Methodologie 2 samenvatting van alle hoorcollege’s
Boek: Morling, B. (2017). Research Methods in Psychology (3rd or 4th edition)
ISBN: 9780393936933
Docent: Dr. Johannes Fahrenfort
Opleiding: Bachelor Psychologie, jaar 2, periode 5
,Methodologie Hoorcollege 1
Het verschil tussen een theorie en een hypothese: een theorie bevat beweringen over reeds
geobserveerd data, hypotheses zijn beweringen die nog niet getest zijn.
Onderzoeksmethoden: verzameling aan handvaten, hoe je denkt over hoe de werkelijkheid in elkaar
zit en deze zo accuraat mogelijk te maken (rationele en empirische manier van denken). De relatie
tussen de waarheid en datgene waarin je gelooft. In de sociale wetenschappen betekent dat het
formuleren en testen van theorieën die ons toegang verschaffen tot het beschrijven, verklaren en
voorspellen van humaan gedrag.
Van theorie naar data en terug: de empirische cyclus
Je hebt een fenomeen dat je graag wilt begrijpen. Dat wil je verklaren wat je doet aan de hand van
een theorie. Theorie leidt tot meer antwoorden wat tot meer vragen leidt. Die vraag(en) kan je
omzetten in een onderzoeksdesign.
Vooraf leg je je hypothesen (veronderstellingen) vast. Waarom: je onderzoeksplan moet je op de
vraag/hypothese laten aansluiten. Het is niet ethisch om eerst data te gaan verzamelen, analyses uit
te voeren en achteraf conclusies trekken om hypothesen op te stellen. Zo lijkt het alsof het idee al
duidelijk was voordat je onderzoek begon, wat niet het geval is (HARKEN, wordt later uitgebreid
besproken).
Wanneer kan je nou zeggen dat er helemaal niks klopt van je theorie? Vragen om tot het antwoord
te komen: heeft de maatschappij iets hieraan, voeg ik iets nieuws toe met mij onderzoek, heb ik de
verwachting dat er nog iets uitkomt van het onderzoek dat ik uitvoer.
P-waarde:“Hoe waarschijnlijk is het dat ik dit resultaat nog een keer zal vinden, ook al is de
hypothese niet waar”
Wat is een theorie
Verzameling van beweringen van een hogere orde, die beschrijven hoe variabelen samenhangen (of
niet) gebaseerd op eerder geobserveerde fenomenen.
Componenten van goede theorieën:
- Assumpties: veronderstellingen, meestal impliciet. Bijvoorbeeld bij onderzoek naar
intelligentie dat je IQ-vragenlijst begrepen wordt door de respondent. Je gaat ervan uit dat
wat jij begrijpt, de ander ook begrijpt. Dit hoeft natuurlijk niet zo te zijn. Als je bij een engels-
talige persoon een Nederlandse test gaat afnemen zal de score laag zijn. Dat wil echter niet
zeggen dat de persoon een laag IQ heeft, omdat culturele context hier van invloed is.
- Variabelen: constructen. Kunnen conceptueel (algemeen begrepen term) of
geoperationaliseerd (dingen die je wilt meten) zijn
Conceptueel: abstract. Het is meestal niet direct duidelijk hoe je deze variabele
moet meten, maar de factor heeft wil invloed op je onderzoek.
Operationalisatie: concreet. Variabelen die je meestal direct meten. Ze beschrijven
hoe conceptuele constructen worden gemanipuleerd en/of gemeten.
- Proposities: relaties tussen dingen. Verklarende aspect (hoe het een de ander beïnvloed). In
feite kan je dit zien als je relatie tussen de conceptuele en geoperationaliseerde variabelen.
De dingen die iets veroorzaken noem je de verklarende of onafhankelijk variabelen. De
dingen die je probeert te verklaren noemt je response of afhankelijke variabelen.
Onafhankelijk (verklarend): moeten zoveel mogelijk niet gecorreleerd zijn, wel
onafhankelijk van elkaar.
Afhankelijk (response)
, Wanneer is het verschil tussen een theorie en een model?
Ze zitten beide in hetzelfde continuüm. Soms is het moeilijk differentiëren, soms is het direct
duidelijk. Kan ook een subjectief element hebben. Wanneer een term meer abstracter is, noem je
het sneller een theorie. Wanneer meer geoperationaliseerd (die kwantiteit voorspelt die
hoeveelheid), duidelijke meetbaarheid, dan noem je dat sneller een model.
Verschil tussen een theorie en een hypothese
Een theorie beschrijft bestaande relaties (meestal conceptueel) gebaseerd op bestaande data of
voormalig onderzoek.
Een hypothese beschrijft gehypothetiseerde relaties die nog niet getest zijn. Meestal zijn deze wel
geoperationaliseerd.
In een experiment test je vrijwel altijd hypothesen van geoperationaliseerde definities
Relatie tussen variabelen
- Onafhankelijk A
- Afhankelijk B
- Mediating: verklaart de relatie tussen A en B
- Moderating: veranderd de relatie tussen A en B. Afhankelijk van de waarde van C
(modererend) kan er wel of geen relatie zijn tussen A en B
Meestal onderzoek je de relatie tussen A en B wat is de invloed van A op B?
Je kan nooit met zekerheid een causale (oorzaak-gevolg) relatie vaststellen, op basis van alleen de
analyse. Er kunnen ook andere factoren invloed hebben die je misschien niet hebt meegenomen
(derde variabele probleem).
Criteria voor goed theorieën
Logisch consistent, falsificeerbaar, in overeenkomst met data, duidelijk, parsimoon, consistent met
andere theorieën, bruikbaar en voorspellend.
Methodologie Hoorcollege 2
Validiteit: verschillende vormen van validiteit
- Intern: is er een oorzaak-gevolg relatie of zijn er alternatieve verklaringen?
- Construct: is de operationalisatie voldoende voor het construct, wordt het juiste instrument
gebruikt om de variabelen te meten, is dit de beste/juiste manier of kan het beter?
- Statistische: zijn de statistieken in overeenstemming met de hypothesen? Is de claim die je
maakt goed onderbouwd?
- Externe: zijn de resultaten generaliseerbaar (toepasbaar op de rest van de populatie)?
- Zijn de resultaten accuraat en objectief?
- Zijn de resultaten belangrijk?
Van onderzoeksvraag hypothese
Je gaat een soort versmalling in met je informatie: zo specifiek mogelijk maken (zandloper model).
Dus niet “betere docenten leiden tot betere cijfers”, maar “vakken waarbij de docent een afgerond
BKO heeft, geven hogere cijfers bij studenten in vergelijking met docenten die geen BKO hebben”.
Een hypothese moet altijd worden opgesteld voordat je een experiment gaat uitvoeren. Als je dat
niet doet wordt dat HARK-ing genoemd: Hypothesizing After the Results are Known. Principe: Je
gaat een heleboel statistische toetsen uitvoeren op data, zonder dat je vooraf een hypothese hebt
opgesteld. Zo kan je toevalligerwijs op significante resultaten komen. Dit is een manier van fraude.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Jensvb. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $7.31. You're not tied to anything after your purchase.