SAMENVATTING
VLOEIENDHEIDSSTOORNISSE
N
HOOFDSTUK 1 – WAT IS STOTTEREN?
Na dit hoofdstuk weet de student
- Wat de kenmerken zijn van normale vloeiende + normale onvloeiende spraak
- Hoe anno 2021 ‘stotteren’ en ‘broddelen’ gedefinieerd worden
- Het ICF-kader als referentiepunt aan te grijpen om vloeiendheidsstoornissen te kaderen
- Hoe stotteren vanuit een geïntegreerde visie kan worden verklaard
- Wat het verschil is tss openlijk + verborgen stottergedrag
- Welke de ≠ openlijke + verborgen stottergedragingen zijn
1. STOTTEREN: INLEIDING
- Spraakstoornis van alle tijden
- Universeel + multi-cultureel probleem, zeer complex probleem
- Raadselachtige aandoening
- Stoornis i/d communicatie (leidt tot vele andere problemen!)
- Oorzaken: heel wat theorieën
- Therapie: grote evolutie
A. WAT IS STOTTEREN?
Stotteren: definiëring
- WHO
“Spraak die wordt gekenmerkt door frequente herhaling/verlenging van geluiden, lettergrepen of
woorden, of ook wel door herhaalde aarzelingen/pauzes die vloeiende verloop v/d spraak
onderbreken. Dit dient alleen als stoornis te worden geklasseerd indien ernst ervan zodanig is dat het
vloeiende verloop v/d spraak duidelijk wordt belemmerd.”
- Guitar
“Abnormaal hoge frequentie en/of duur v/d onderbrekingen i/d voorwaartse stroming v/d spraak.”
Deze onderbrekingen treden meestal op als
o Herhalingen van klanken, lettergrepen of 1-lettergrepige woorden
o Verlengingen van klanken
o Blokkades v/d luchtstroom/fonatie i/d spraak
- Boey
“Stotteren is spreekgedrag waarbij onvrijwillig + ongewild motoriek v/d spraakbewegingen wordt
onderbroken onder vorm van herhalingen van klanken, lettergrepen, woorden, verlengingen van
klanken of blokkeringen “
1
,Stotteren binnen DSM V
- Stotteren = neurobiologische ontwikkelingsstoornis
o Stoornis in normale verloop + tijdspatroon v/d spraak dat niet past bij leeftijd v/d betrokkene
o Kenmerken
Frequent herhalen, verlengen van klanken en/of lettergrepen
Onderbroken woorden, circumlocuties…
o Stoornis belemmert school-, werkprestaties
o Ernst: varieert van situatie tot situatie
o Stoornis afwezig in bep situaties
o Aanwezigheid van vermijdings- en duwgedrag
Toepassing ICF-concept op stotteren
2. VLOEIEND, NORMAAL NIET-VLOEIEND EN STOTTEREND SPREKEN
A. VLOEIEND SPREKEN: WAT IS DAT?
Vloeiendheid
- Vaak beschreven vanuit tegenovergestelde (‘vloeiendheid = afwezigheid van niet-vloeiendheid’)
- Spraak- VS taalonvloeiendheden
→ Taalonvloeiendheden opgesplitst in semantische + syntactische
- Fluency is a multidimensional construct that is based on both physical speech production + abstract
message formulation
→ 7 dimensies
o Continuïteit
o Spreeksnelheid
o Ritme
o Inspanning Beïnvloeden elkaar ook onderling
o Natuurlijkheid
2
, o Spraakzaamheid
o Stabiliteit
Niet-vloeiend spreken
- “Disfluency is essentially a place within an utterance where speech production is disrupted due to a
problem in either speech planning or execution. Such disruptions are unintended. Consequently the
speech that occurs during disfluent segments of an utterance is superfluous or axtraneous to its ideal
or intended form”
- Starkweather
“Wie een hoge mate van continuïteit met een behoorlijke spreeksnelheid + met weinig inspanning
realiseert in zoveel mogelijk spreeksituaties, is heel vlot.”
- Boey (’10): continuïteit + discontinuïteit
Mate van ononderbroken spraak
o ‘Stil oponthoud’
Structurele
Ideosynchratische
Intentionele pauzes
o ‘Opgevulde pauzes’
Tssvoegsels, herhalen zinsdelen, etc.
- Boey (’13)
o Discontinuïteiten t.g.v. wijze van uitvoering spraakbewegingen
Afwijkingen in duur
Afwijkingen in spanning
o Spreektempo
Te traag (bradylalie) of te snel (tachylalie)
Duur spreeksegmenten + co-articulatie bepalend
o Inspanning: spreken moet comfortabel zijn
- Janssen
o Kernstottergedrag VS normale onvloeiendheden
Kernstottergedrag (type 1) Normale onvloeiendheden (type 2)
- Snelle meervoudige herhaling v/e - Langzame enkelvoudige herhaling v/e
o Klank (k-k-k-kapitein) o Klank of LG
o Lettergreep (laura-ra-ra) o Woord
o 1-LG-woord (de-de-de de man) - Zinsdeelherhaling
- Snelle meervoudige klankinterjectie - ‘Uh’-interjectie
(ik eh-eh-eh wil) - Woordinterjectie
- Verlenging v/e klank - Pauze zonder hoorbare/zichtbare spanning
- Blokkade met hoorbare + zichtbare spanning
o Met stotteren geassocieerde non-verbale gedragingen VS normale non-verbale gedragingen
Met stotteren geassocieerde non-verbale Normale non-verbale gedragingen
gedragingen
- Ademhalingsverstoringen - Wegkijken
o Gespannen uitademen - Oogknipperen
o Abrupte inademing - Fronsen
o Spreken op inademing - Wenkbrauwen optrekken
o Spreken op residuele lucht - Met hand aan haar/gezicht zitten
3
, - Spraakgebonden faciale verstoringen - Hand voor mond houden
o Verhoogde spierspanning in kaken + - Gesticuleren
lippen - Kuchen
o Tremor in kaken + lippen - Slikken
o Abnormale tongbewegingen - Keel schrapen
o Abnormale mondbewegingen - Lippen bevochtigen
- Bijkomende faciale verstoringen - Lachen
o Extreme voorhoofdsbewegingen
o Ogen opensperren
o Verwijden van neusvleugels
o Abrupte bewegingen met
lichaam(sdelen)
Prosodische verschijnselen in vloeiende spraak Woordkeuze + zinsconstructie
- Tempoversnellingen + vertragingen - Gebruik van synoniemen
- Veranderingen i/d intonatie zoals monotonie - Gebruik van omschrijvingen
- Veranderingen i/d luidheid (vb. zachter) - Niet afmaken van zinnen
- Veranderingen i/d verstaanbaarheid (vb. - Spreken in korte standaardzinnetjes
mompelen) - Gemaniëreerd taalgebruik
- Guitar
Normale VS niet-normale onvloeiendheden, verschil ligt hem in
o # onvloeiendheden
Uitgedrukt in # onvloeiendheden per 100 woorden/per 100 lettergrepen
Normale onvloeiendheid niet groter dan 10/100 woorden
o # ‘units’ per herhaling/interjectie
Normale onvloeiendheid: meestal 1, occasioneel 2
o Type onvloeiendheden
Tot meest voorkomende normale onvloeiendheden behoren:
Interjecties
Revisies
Woordherhalingen
Boven 3 jaar: terugname in woordeelherhalingen
B. NORMALE VS NIET-NORMALE ONVLOEIENDHEDEN
- Stotteren: ‘within-word disfluencies’, ‘stotterachtige niet-vloeiendheden’
o Herhalingen van eenlettergrepige woorden
o Herhalingen van woorddelen
o Disritmische fonaties (verlengingen/blokkades)
- Niet stotterende sprekers: ‘between-word disfluencies’
o Korte, monosyllabische woordherhalingen
o Polysyllabische woordherhalingen
o Zinsreversies
o Tssvoegsels
C. ONTWIKKELINGSSTOTTEREN VS VERWORVEN STOTTEREN
- Ontwikkelingsstotteren is meest voorkomende vorm van stotteren + ontwikkelt zich gedurende
kindertijd, anders dan stotteren dat zich ontwikkelt als gevolg van neurologische aandoening of een
trauma of door emotionele stress
4
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller margotvermeersch. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.33. You're not tied to anything after your purchase.