Het algemeen contractenrecht moet zeer goed gekend zijn zoals het ontstaan, de ontbinding, benadeling,
quasi-immuniteit… Bij onbenoemde overeenkomsten speelt het algemeen recht direct maar bij benoemde
overeenkomsten zullen we eerst moeten classificeren aan de hand van essentiële bestanddelen. Het kan zijn
dat we moeten herkwalificeren als partijen een overeenkomst als samenwerkingsovereenkomst sluiten kan
het zijn dat deze zal worden geherkwalificeert als koopovereenkomst.
1
,Deel I: Koop
Inleiding
“Koop is een wederkerige overeenkomst waarbij de ene partij (de verkoper) zich verbindt de
eigendom van een zaak aan de andere partij (de koper) over te dragen tegen een prijs.”
De definitie is terug te vinden in artikel 1582 in het oude BW maar de definitie is hier onvolledig, het
essentiële bestandsdeel, namelijk het overdragen van eigendom, ontbreekt hier.
In het oud BW worden een aantal soort koop geregeld:
- Koop bij gewicht, getal, maat: BW
- Koop ad gustum: BW
- Koop op proef: BW
- Consumentenkoop: aparte regeling!
- Verkoop op afstand: WER
- Verkoop op afbetaling: WER
Het kan ook zijn dat koop een internationaal karakter heeft, dit is dan geregeld in het Weens
Koopverdrag of het CISG en een andere manier is het gemeenschappelijk Europees kooprecht of
CESL. Dit is op basis van vrijwilligheid maar kan de internationale handel vooruithelpen.
Hoofdstuk 1: Wezenlijke bestanddelen
Dit zijn bestanddelen die zo essentieel zijn dat als je er één weg denkt dat het niet meer hetzelfde zou
zijn, als er een niet voldaan is zal je gaan moeten herkwalificeren.
Koop heeft twee wezenlijke bestanddelen: de eigendomsoverdracht (1) en dat deze tegen een
bepaalde prijs is (2).
1 Wezenlijke of essentiële bestanddelen
Eigendomsoverdracht
Het principe is dat er een eigendomsoverdracht zal zijn wanneer er een wilsovereenstemming is over
de zaak en over de prijs! (Art. 1583 oud BW).
De partijen kunnen hier contractueel van afwijken! Ze kunnen een beding van
eigendomsvoorbehoud inlassen, de verkoper die nog niet volledig is betaald zet een zekerheid voor
zichzelf in zodat hij eigenaar blijft totdat hij volledig betaald is. De eigendomsoverdracht kan ook
worden uitgesteld in de tijd (vb. als het dossier volledig is, als de verkoper zeker is dat hij zal worden
betaald…). Ook kan de aard van de zaak zelf zorgen dat de eigendomsoverdracht zal worden
uitgesteld. Een voorbeeld hiervan zijn de verkoop van soortgoederen (specificering is vereist),
alternatieve koop (pas een geldend contract als er een keuze is gemaakt), toekomstige zaken (pas
eigendomsoverdracht als de zaak bestaat).
Het belang van het tijdstip van de eigendomsoverdracht is vooral de overgang van het risico bij de
overdracht van eigendom (art. 1138 oud BW). Er kan hiervan worden afgeweken op conventionele
manier (art. VI.44 WER). Hierbij zal wel altijd een aanmaning vereist zijn. Bij faillissement van de
verkoper zal het belang vooral liggen of er nog aanspraak kan worden gemaakt op het vermogen van
de failliet gegane partij. Hierbij zal er een eigendomsoverdracht geschiedt moeten zijn, dit is niet
hetzelfde als een voorschot! Wat faillissement van de koper betreft kan je een beding van
eigendomsvoorbehoud instellen om jezelf te beschermen tegen een insolvabele koper. Hierbij moet
2
,er wel rekening worden gehouden met enkele voorwaarden (art. 69 Pandwet = nakijken). Als het
beding rechtsgelding tot stand komt geldt dit als een zekerheidsrecht.
Wat met eigendomsoverdracht ten aanzien van derden? De regeling hierbij verschilt naargelang het
gaat over roerende goederen en onroerende goederen. Bij roerende goederen is vooral het bezit van
belang (art. 3.28, §1 BW) maar bij onroerende goederen is er een overschrijving vereist (art. 30 BW).
Verkoop van andermans goed is altijd nietig (art. 1599 oud BW). Dit is bedoeld om de koper te
beschermen want hij kan zo nooit eigenaar worden aangezien de verkoper niet de bevoegdheid had
het goed over te dragen. Deze nietigheid werkt ex tunc, vanaf het moment van wilsovereenstemming
(Cass. 6 december 2017). Het houdt een relatieve nietigheid is, dit is een rechtsregel die beoogt een
bepaalde partij te bescherming maar deze partij kan ook afstand doen van deze bescherming (dit kan
als de situatie eventueel nog kan worden rechtgetrokken = vatbaar voor bevestiging). Deze
rechtsfiguur is enkel in te roepen door de koper, zelfs als hij te kwader trouw is! Je kan eventueel nog
aanspraak maken op schadevergoeding, dit kan niet als je te kwader trouw was en kan dus enkel als
je te goeder trouw was. De eigenaar wordt niet betrokken in de regeling van art. 1599 maar heeft
voldoende bescherming door art. 1165 oud BW. De koop is niet tegenwerpelijk aan de eigenaar, hij is
namelijk geen partij bij de koop. Hij kan wel de verkochte goederen revindiceren. Er bestaan
rechtsfiguren die hierop lijken maar toch geldig zijn. Een eerste voorbeeld is de sterkmaking, “ik ben
geen eigenaar maar zal de nodige inspanningen doen om de eigenaar te worden”. Een tweede
voorbeeld is de verkoop van soortzaken, als de verkoper bepaalde bulkgoederen (graan, zand) zelf
nog moet aankopen zal het geldig zijn vanaf de individualisering. Een derde voorbeeld is een
onverdeeld goed onder voorbehoud uitslag van verdeling.
De verkoopprijs
Het begrip koopprijs houdt in het geval van koop een prestatie in geld in. Soms heb je
samengestelde contracten, het kan een combinatie zijn van een overdracht van geld en goederen.
Hierbij moet de absorptietheorie toegepast worden en zal je moeten nagaan welke de belangrijkste
essentiële bestanddelen zijn.
De kenmerken van de koopprijs zijn:
- De prijs moet bepaald of bepaalbaar zijn: er moeten objectieve gegevens aanwezig zijn en
aan de hand hiervan kan er een prijs worden vastgesteld.
- De prijs moet ernstig zijn: spot goedkopen prijzen zullen niet aanvaard worden
- De prijs kan door middel van een verwijzing: dit is objectief bepaalbaar via de marktprijs, de
dagprijs, voorwaarden van andere klanten etc.
Als er geen bepaalbare prijs is dan is er niet voldaan aan de essentiële bestanddelen van een koop en
is er dus ook geen rechtsgeldige koop mogelijk.
Er bestaat ook een koop op lijfrente, dit is een kanscontract. Het is bepaalbaar en dus geldig, men
weet namelijk dat er een eindpunt zal zijn (het overlijden van degene op wie de lijfrente geldt). De
duur is niet duidelijk en dus niet bepaald maar wel bepaalbaar.
In principe zal de prijs worden bepaald door de partijen zelf. Soms wordt de prijsbepaling
overgelaten aan derden (professionals), de verkoopovereenkomst zal dan gesloten worden na de
uitvoering van de overeenkomst omtrent de bepaling van de prijs door die derde. Er zal dus een
definitieve waardering geschieden door die derde en dan kan deze prijs niet meer worden betwist
(behalve als er wilsgebreken kunnen worden ingeroepen. Als laatste kan er ook beroep worden
gedaan op de overheid.
3
, 2 Kenmerken
Het gaat over een overeenkomst onder bezwarende titel, er zal een eigendomsoverdracht plaats
vinden tegen het betalen van een bepaalde prijs. Het gaat daarbij logischerwijs om een wederkerige
overeenkomst die consensueel tot stand komt. Een uitzondering hierop is de ondertekening van de
kredietovereenkomst door de consument bij verkoop op afbetaling (art. … WER).
Hoofdstuk 2: Geldigheidsvereisten
1 Toestemming- en wilsovereenstemming
Er zal een akkoord moeten zijn over de essentiële elementen, namelijk over het goed en over de
koopprijs. Naast de essentiële elementen is er ook een akkoord nodig over de substantiële
elementen. Dit zijn elementen die partijen zo belangrijk vinden dat als deze elementen niet aanwezig
waren de partijen niet tot koop zouden zijn overgegaan. Voorbeelden zijn: plaats, tijdstip levering,
betalingstermijn etc. … het is wel noodzakelijk dat de andere partij op de hoogte is welke elementen
substantieel zijn voor de tegenpartij. Er zijn dan ook nog secundaire elementen en hierover is latere
onderhandeling nog mogelijk.
Aanbod en aanvaarding
“Een aanbod is een vast en precies voorstel tot contracteren waarin alle voor de totstandkoming
van de overeenkomst onontbeerlijke elementen voorhanden zijn, zodat andere partij enkel hoeft te
aanvaarden opdat overeenkomst ontstaat” (Cass. 23 september 1969)
Een aanbod vereist een psychologisch element, dit houdt een definitieve bedoeling van de
aanbieder in om een rechtsband te creëren.
Er is ook een materieel element, dit is de inhoudt van het aanbod. Deze moet de essentiële
(hoofdverbintenissen) en de substantiële bestanddelen (doorslaggevend voor de toestemming)
inhouden.
Het aanbod vereist ook een veruitwendiging, hij moet het aanbod kennisgeven aan de verkoper om
verbindende kracht te verkrijgen. Dit moet binnen een bepaalde en redelijke termijn. Intrekking is
wel mogelijk als de bestemmeling nog niet bereikt is. De herroeping nadat de bestemmeling is
bereikt brengt aansprakelijkheid van de aanbieder mee.
Op het aanbod volgt normaliter de aanvaarding. Dit houdt een wil in om het aanbod te aanvaarden.
Het materieel bestanddeel zijn de hoofdbestanddelen van de koop. De aanvaarding is
onvoorwaardelijk, wanneer er wel voorwaarden worden opgelegd is het geen aanvaarding maar een
tegenaanbod. De kennisgeving kan uitdrukkelijk of stilzwijgend gebeuren.
Eenzijdige verkoopbelofte – koopoptie
Dit is een eenzijdige verbintenis vanuit de verkoper, dit is de belover, ten aanzien van de
begunstigde, dit is de potentiële koper. Er is hierbij geen koop want er is nog geen
eigendomsoverdracht. Opties zijn in beginsel overdraagbaar.
De aanvaarding zorgt voor de lichting van de optie. De gevolgen ten aanzien van derden hebben
betrekking op de miskenning van de optie, de schadevergoeding, het roerend goed in handen van de
begunstigde, en voor het onroerend goed het tijdstip van de overschrijving. (Nakijken)
Eenzijdige aankoopbelofte
Een synoniem is de verkoopoptie. Er ontstaat dan een wederkerige gekruiste aankoop-
verkoopbelofte. Zo ontstaat er voor onroerende goederen een subjectief plechtig contract.
4
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller LaraStals. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.41. You're not tied to anything after your purchase.