100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Meerkeuzevragen Micro-economie $4.82   Add to cart

Exam (elaborations)

Meerkeuzevragen Micro-economie

27 reviews
 3515 views  110 purchases
  • Course
  • Institution

- Vragen en antwoorden - Uitstekende oefeningen ter voorbereiding van het examen - Prof. Bruno. Heyndels - Inleiding tot de Mirco-economie Succes !

Preview 2 out of 36  pages

  • January 5, 2016
  • 36
  • 2016/2017
  • Exam (elaborations)
  • Questions & answers

27  reviews

review-writer-avatar

By: mobro6541 • 3 months ago

review-writer-avatar

By: bb2000 • 2 year ago

review-writer-avatar

By: timbruylandt • 4 year ago

review-writer-avatar

By: patriciadewaele • 4 year ago

Translated by Google

not ask the questions according to our training. very sorry, otherwise good questions

review-writer-avatar

By: juangyselinck • 5 year ago

review-writer-avatar

By: lorenzvanmeensel • 5 year ago

review-writer-avatar

By: ilkeseynaeve • 5 year ago

Show more reviews  
avatar-seller
Week 1

1. Elk van de volgende alternatieven veroorzaakt een verschuiving van de vraagcurve naar
product A ceteris paribus, behalve:
 Een verandering in de prijs van A
 Een verandering in de prijs van B, een complement
 Een verandering in de prijs van C, een substituut
 Een toename van het gemiddeld inkomen
A: Een verandering in de prijs van het goed zelf, veroorzaakt een verandering in de
gevraagde hoeveelheid en dit uit zich als een beweging langs de vraagcurve

2. Als thee goedkoper wordt, en als gevolg de vraag naar suiker toeneemt, is suiker in
relatie tot thee een:
 Substitutiegoed
 Een complementair goed
 Een ceteris paribusgoed
 Een neutraal goed
B: Als een goed goedkoper wordt en dus meer gevraagd ( beweging langs de vraag), zal
ook de vraag naar een complementair goed toenemen

3. Als de prijs van broccoli toeneemt zal zich op de markt van spruitjes het volgende
voordoen:
 Een opwaartse beweging langs de vraagcurve
 Een neerwaartse beweging langs de vraagcurve
 Een verschuiving naar rechts van de vraagcurve
 Een verschuiving naar links van de vraagcurve
C: Een prijsstijging van een substitutiegoed doet de vraag naar broccoli toenemen en dus
verschuiven naar rechts

4. Het opwaarts verloop van de aanbodcurve betekent dat:
 Naarmate de prijs stijgt, de aangeboden hoeveelheid afneemt
 Consumenten minder willen kopen naarmate de prijs stijgt
 Producenten meer willen verkopen naarmate de prijs stijgt
 Naarmate de productiekosten dalen, de aangeboden hoeveelheid zal
verminderen
C: De aangeboden hoeveelheid neemt toe naarmate de prijs stijgt omwille van het
winstmotief

5. Als de prijs van olie volgende jaar zou verdubbelen, is een mogelijk gevolg:
 Een verschuiving naar rechts van het aanbod van benzine
 Een verschuiving naar links van het aanbod van benzine
 Een verschuiving naar rechts van de vraag van benzine
 Een verschuiving naar links van de vraag naar benzine
B: Dit veroorzaakt een enorme kostprijsstijging bij de productie van benzine en het
aanbod zal dus zeker afnemen. Hierdoor stijgt de prijs van benzine

, 6. De prijselasticiteit van de vraag meet de:
 Mate waarin de gevraagde hoeveelheid verandert als de aangeboden hoeveelheid
verandert
 Mate waarin de gevraagde hoeveelheid beïnvloed wordt door factorkosten
 Relatie tussen de huidige marktprijs en de evenwichtsprijs van een goed
 Mate waarin de gevraagde hoeveelheid reageert op prijsveranderingen
D: De prijselasticiteit van de vraag meet de relatieve verandering in gevraagde
hoeveelheid ten op zichte van de relatieve prijsverandering

7. Als de gevraagde hoeveelheid van een product stijgt van 90 naar 110 eenheden
tengevolge van een prijsdaling van 1.20 euro naar 0.80 euro per stuk, dan is de
prijselasticiteit van de vraag naar dit product bij benadering (in absolute waarde):
 0.5
 1
 2
 4
A: De relatieve verandering in gevraagde hoeveelheid is 20/100 t.o.v. een relatieve
prijsverandering 0.40/1

8. Als de prijselasticiteit van de vraag naar een goed ongeveer 1.5 is, dan zal een
vermindering in prijs van 2.10 euro naar 1.90 euro vermoedelijk de verkochte
hoeveelheid doen stijgen met:
 1.5 procent
 5 procent
 15 procent
 50 procent
C: De relatieve prijsverandering is 0.20/2 of tien procent. De verhouding tussen de
gegeven verandering in gevraagde hoeveelheid van 15 procent geeft inderdaad een
prijselasticiteit van 1.5

9. Een volledige horizontale vraagcurve heeft een prijselasticiteit van:
 0
 Minder dan 1
 1
 oneindig
D: Bij een horizontale vraagcurve is er geen prijsverandering. De verhouding tussen de
relatieve verandering in gevraagde hoeveelheid en de relatieve prijsverandering is dus
inderdaad oneindig

10. Met een elastische vraag zal naarmate de prijs stijgt:
 Totale ontvangsten toenemen
 Totale ontvangsten dalen
 Totale ontvangsten constant blijven
 De verandering in totale ontvangsten niet te bepalen zijn

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Kb2015. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $4.82. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

77988 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$4.82  110x  sold
  • (27)
  Add to cart