Organisatie en ICT hoofdstuk 1: Informatiesystemen
1.1. Inleiding
• Boek ‘The world is flat’ Thomas Friedman
- beschrijft hoe concurrentie evolueert
- definieert meerdere factoren waardoor de wereld vlakker wordt
- veel factoren ➔ technologisch van aard
→ netwerktoepassingen ( bedrijven efficiënt met elkaar laat samenwerken)
→ sociale media
→ analyseren van data
➔ informatietechnologie belangrijk
• Productiviteitsparadox
- Erik Brynjolfsson
- 1993
→ ‘Hoewel bedrijven enorme sommen investeren in informatiesystemen, zie
je dat niet weerspiegeld in hun productiviteitscijfers.’
➢ Weerleggen
- opbrengsten uit informatiesystemen gecompenseerd worden door verliezen
in andere sectoren
- veel moeilijker meetbaar ( extra dienst voor bestaand product)
- afhankelijk van maturiteit (prilheid) van de gebruikte technologie
( aankoopgedrag)
• informatiesystemen → vormen basis van concurrentiestrategieën
• informatici → mede verantwoordelijk voor ontwikkelen bedrijfsstrategieën
❖ ICT is economisch belangrijk
• Top 10 sterkste merken
→ 4 behoren tot ICT-sector
→ Apple, google, Microsoft, facebook
• Verschuiving van detailhandel naar webwinkels
• Klanten rechtstreeks betrekken bij promotie via sociale media
❖ ICT zorgt voor nieuwe opportuniteiten
• Airbnb = online markplaats verhuur en boeking privéaccommodaties
• Wie begrijpt hoe eindgebruikers met ICT omgaan ➔ nieuwe
platformen creëren ➔ onmisbaar
• Uitdaging → enorm succes
1
,Organisatie en ICT eerste bachelor BPM
❖ ICT zorgt voor oplossingen van bedrijfsproblemen
• RFID = producten met eigen chip die radiosignaal uitzenden
→ scanner, eindafrekening
• Bedrijven kunnen bepaalde barrières ( problemen) overwinnen door
gebruik te maken van ICT
• Eindgebruikers→ bepalen hoe technologie aanvaard wordt
❖ ICT heeft een maatschappelijke impact
• Internet→ revolutie
• App Waze → alternatieve routes
• Overheid
→ rol: nood aan wetgevend kader, goede banen leiden
→ zelf initiatief nemen
1.2. Informatiesystemen
• Onderscheid data (gegevens) en informatie
✓ DATA
→ opeenvolging van vastgestelde instanties die zich hebben voorgedaan
eigenschappen:
→ data kan op verschillende manieren verzameld worden ( sensoren tot
manuele invoering van gegevens)
→ data kan op grote schaal verzameld worden door systemen zelf
( big data)
→ data vormt de basis om informatie te creëren
✓ INFORMATIE
→ informatie vloeit voort uit data die gestructureerd verwerkt wordt/ in
bepaalde context geplaatst wordt
→ eindproduct ( data: ruwe grondstof)
eigenschappen:
→informatie is nodig om bedrijf te kunnen besturen
→informatie is vertaalbaar door data te verwerken
→informatie is afleidbaar uit individueel vastgestelde indicatoren
• Bedoeling informatiesysteem
→ verzamelen + opslaan van data
→ verwerken van data tot informatie
• 3 indicatoren om de waarde van informatie af te meten
❖ tijd
→ vandaag relevant, morgen verouderd
→ vandaag informatie, morgen data vormen voor nieuwe informatie
❖ vorm
→ eenvoudige visualisatie winstcijfers/ 5 boekhoudkundige rapporten
→ beknopte rapporten/ gedetailleerde rapporten
2
,Organisatie en ICT eerste bachelor BPM
❖ inhoud
→ hoe volledig/ betrouwbaar is de data waar de informatie uit gevormd is?
• input
→ informatiesysteem vertrekt altijd van ruwe data
• verwerking
→omzetten data naar informatie (software)
• output
→ inzetbare informatie
→ informatie wordt uit het systeem gehaald ( beeldscherm, printer)
• opslag
→ informatie en ruwe data opslaan
→ later weer opvragen ( harde schijven, USB-stick)
• terugkoppeling
→systeem kan er zelf niet mee om → heeft bijkomende informatie van
buitenwereld nodig
VB: printer
1.5. Hulpbronnen van informatiesystemen
• hulpbronnen
→ maken het mogelijk om informatiesystemen inzetbaar te maken
→ hardware, software, netwerken, mensen,…
= IT-infrastructuur van een organisatie
1.6. Externe factoren die mee vorm geven aan informatiesystemen
• Stakeholders die mee vorm geven aan het informatiesysteem (9)
❖ Klant
→bepaalde vormen van dienstverlening verwachten van informatiesystemen
3
, Organisatie en ICT eerste bachelor BPM
→bepaalde informatie niet ter beschikking willen stellen
❖ Leveranciers
→ bepalen in welke vorm informatie wordt voorgesteld (factuur)
❖ Aandeelhouders
→ verwachten van bedrijven dat ze technologisch mee evolueren
→ in welke informatiesystemen investeren
❖ Concurrenten
→een concurrent heeft een informatiesysteem dat beter tegemoet komt aan
de eisen van de klanten binnen de markt
Informatiesysteem van een andere bedrijf aanpassen zodat minstens aan
diezelfde eisen voldaan wordt
❖ Personeel
→ levert dikwijls data aan voor dergelijke systemen
→ interpreteren verwerkte informatie
❖ Vakbonden
→bepaalde informatie rond personeel niet geregistreerd wordt
→ bepaalde informatie eenvoudiger kan worden geregistreerd
❖ De maatschappij
→robots beter aanvaard in Japan dan in Europa
❖ De overheid
→opleggen van standaarden of verplichtingen ( tot registreren/ rapporteren
van informatie)
1.7. Wie heeft nood aan informatie van organisaties?
❖ Klanten
→CRM ( Customer Relation Management)
→ voorziet van alle nodige informatie die de klant nodig heeft
→ relatie klant bevorderen
❖ Personeel
→ organisatie intern zo goed mogelijk te laten functioneren
→ agenda’s, communicatiemethoden
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Cvput. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $8.27. You're not tied to anything after your purchase.