,INHOUD
Hoorcollege 1.01 Introductie Bas 6 ......................................................................................... 3
Hoorcollege 1.02 De bouw en functie ban de wervelkolom (anatomie) ............................ 7
Hoorcollege 2.01 Biomechanica romp/ wervelkolom ....................................................... 13
Hoorcollege 2.02 Placebo en nocebo.................................................................................. 17
Hoorcollege 3.01 LRS, lage rug en bekkenpijn................................................................... 20
Hoorcollege 3.02 Botweefsel en botontwikkeling.............................................................. 22
Hoorcollege 4.01 Bekkenpijn ................................................................................................ 26
Hoorcollege 4.02 Zwangerschapsgerelateerde bekkenpijn ZGB .................................... 31
Hoorcollege 5.01 Lage rugpijn met specifieke oorzaak .................................................... 35
Hoorcollege 5.02 Klinisch redeneren bij recidiverende en specifieke lage rugpijn ...... 38
,HOORCOLLEGE 1.01 INTRODUCTIE BAS 6
LAGE RUGPIJN EN LUMBOSACRAAL RADICULAIR SYNDROOM
➢ KNGF richtlijn 2021
➢ Traige van Waddell
➢ Specific serious, specific non-serious (zoals LRS), non- specific
➢ Eerste stap: ernstige pathologieen uitsluiten (of terugverwijzen): screening
➢ Tweede stap: lumbosacraal radiculair syndroom uitsluiten indien nodig
(aanwijzingen voor neurogene tekenen in anamnese)
Triage van Waddell
Mensen met lage rugpijn kunnen na de screening en anamnese in 3 categorieën geplaatst worden
-- > Specific serious, specific non-serious, non-specific
Wanneer dit uit anamneses blijkt, Wanneer ernstige pathologieen zijn
pt terugverwijzen naar huisart uitgesloten is er sprake van lage rugklachten
zonder specifieke oorzaak. Wordt gekenmerkt
Testen op welk niveau in de wervelkolom door pijn in de lage rug regio met pijn tussen
de ribben en crista rand.
Lumbrosacraal radicair probleem= zenuwcompressie
➢ Pijn in been
➢ Pijn in been> pijn in rug
➢ Sensorische of motorische uitval of/ en uitval reflexen
Geen gebruik meer van de naam aspecifieke lage rugpijn -- > lage rugpijn zonder specifieke oorzaak
➢ Pijn in lage rug regio -- > tussen ribben en crista rand
➢ Uitstraling mogelijk naar bil en bovenbeen
➢ Pt voelt zich over het algemeen goed
➢ Leeftijd tussen 20-55 jaar
➢ Pijn is mechanisch -- > afhankelijk van beweging en houding
ERNSTIGE PATHOLOGIEËN
➢ Een zeldzame ernstige oorzaak van de lage rugpijn, zoals:
- Ontstekingen -- > bv spondylitis ankylopoetica (ziekte van Bechterew) en aandoeningen
van organen.
- Ernstige wervelkolompathologie -- > maligniteit (gezwel/ kanker), infectie, fractuur.
- Ernstige neurologische verschijnselen tgv spondylolysis (= fractuur in wervelboog),
spondylolithesis (=wanneer deze wervel gaat afglijden), foraminale of centrale
kanaalstenose.
o Spondylolyse: een fractuur in de wervelboog, waardoor de boog die uiteindelijk
een beetje kan afglijden
o Spondylolisthesis: wanneer die boog afglijdt
➢ LRS met ernstige motorische uitval (MRC < 3) en/of ernstige pijn (NRS > 8)
,Meer hierover in BAS12 -- > nu alleen rode vlaggen kunnen herkennen. (leer deze uit de richtlijn)
RODE VLAGGEN DIE VOOR NU BELANGRIJK ZIJN:
Neurologisch:
➢ Problemen met plassen/ ontlasting
➢ Toenemende motorische uitval of zwakte
➢ Uitval aan 2 kanten waarbij de MRC < 3 is.
➢ Gevoelsstoornissen die zijn opgetreden en in minder dan 48 uur snel zijn toegenomen
➢ Piramidale tekenen (neurologisch) = bij onder andere een herseninfarct
-- > problemen met spraak, slikken en hangen van het gezicht.
Fractuur:
➢ Voorafgaand trauma zoals aanrijding of val. -- > kan wijzen op fractuur.
➢ Pt niet bewust van trauma maar verhoogde kans op fractuur -- > osteoporose,
corticosteroïdengebruik, hoge leeftijd, voorgeschiedenis van kanker.
Infectie:
➢ Nachtzweten, rillingen, tempratuurverhoging, verlaagd immuunsysteem, gewichtsverlies,
aandoeningen met risico op infectie, auto-immuunziekte, recente chirurgische ingreep.
Tumoren:
➢ Recente klachten rugpijn bij leeftijd < 18 of > 55 jaar.
➢ Voorgeschiedenis kanker
➢ Onverklaard gewichtsverlies (>5 kg in 1 maand), vermoeidheid en nachtelijke pijn/ zweten.
Inflammatoire aandoening:
➢ Constante pijn die niet afhankelijk is van beweging/ houding.
➢ Reageert goed op NSAID’s
➢ Rugpijn verbeterd bij bewegen maar niet bij rust.
➢ Komt voor in de familie (familiaire component)
➢ Ernstige nachtelijke pijn, ovhtend stijfheid > 30 min of ’s nachts wakker worden bij jonge pt.
➢ > 5 jaar lage rugpijn
-- > een van deze tekenen aanwezig = doorverwijzen naar de huisarts.
Diversen
➢ Toenemende postoperatieve pijn
➢ Unilaterale piramidale tekenen (grotere cognitieve functies die niet goed verlopen)
LUMBOSACRAAL RADICULAIR SYNDROOM (LRS)
1 tot 5% van de mensen met lage rugklachten hebben LRS (heel weinig), 13 tot 40% van de volwassen
krijgt een keer last van LRS.
Vaak is de radiculaire pijn (in het been) dominant over de rug en aantal patiënten ervaart alleen pijn in het
been.
Oorzaak:
➢ Meestal door een lumbale hernia
➢ Foraminale kanaalstenose (hogere leeftijd)
Het typische beeld van een LRS:
Heftige schietende, scherpe pijn waarbij de pijn, gevoelsuitval of andere gevoelsstoornissen zoals
tintelingen volgens een specifiek dermatoom (patroon)
De pijn is vaak erger in het been dan in de rug en kan toenemen bij drukverhogende momenten
(bukken, tillen, zitten, hoesten, niezen, persen).
Veel onzekerheden bij beloop van LRS, maar over het algemeen bij patiënten met LRS met als oorzaak een
hernia is deze binnen 3 maanden volledig opgelost door het lichaam.
Bij 20% duurt het herstel iets langer of blijven er restklachten aanwezig.
, UITSLUITEN LRS
Gerichte anamnese vragen:
➢ Uitstraling (scherp, schietend) in één been? Pijn in het been erger dan in de rug? Tot waar voelt u
de uitstraling? (boven/ onder de knie) en wanneer (drukverhogende momenten)?
➢ Doof gevoel en/of tintelingen in het been? Waar voelt u dat en wanneer?
➢ Gevoel van krachtsverlies/ door het been zakken?
Gericht onderzoek:
➢ SLR, CSLR en Slump
➢ Neurologisch onderzoek -- > sensibiliteit, kracht kennspieren en reflexen.
Na het onderzoek kan je dus wat zeggen over het niveau van de zenuwwortelcompressie.
LAGE RUGPIJN
➢ Ernstige specifieke pathologie (<1%) en LRS (1-5%) uitgesloten? -- >
Dan is er sprake van lage rugpijn non-serious (95%) -- > rugpijn zonder aantoonbare pathologische
oorzaak.
➢ specifieke lage rugklachten zijn vaak multi-factorieel = er zijn factoren die een rol spelen bij het
veroorzaken/ in stand houden van de klachten: biologisch, psychologisch, sociaal, comorbiditeit,
pijnproces. (deze factoren beïnvloeden elkaar)
➢ Grote ziektelast -- > in NL op 8e plaats, wereldwijd op 1e plaats.
➢ Mensen met lage rugpijn hebben vaker comorbiditeiten en hebben hierdoor hoger zorggebruik
ook hebben comorbiditeiten vaak een nadelig effect op rugpijn
LICHAMELIJK ONDERZOEK BIJ LAGE RUGKLACHTEN
➢ Inspectie
- Bekijken beweeggedrag (die klachten geven)
- Lokalisatie van de klachten
- Bekijken van de huid of er zwelling, verkleuring, vlekken, uitslag ens
- Symmetrie van de spieren
- Verschuifbaarheid/ oppakbaarheid van de huid.
➢ Bewegingsonderzoek
- Functioneel
- Actief
- Passief
- Eventueel bewegingen van de heupen en thoracale wervelkolom bekijken. (ketens)
BEHANDELPROFIELEN
Wel/ niet dominant is afhankelijk van of de factor bijdraagt aan het in stand houden van de pijn/ beperking
Bv iemand heeft wel stress maar ervaart dit niet als belemmerend = profiel 2
Start Back Screening Tool (SBST) is een vragenlijst die in de praktijk vaak wordt gebruikt om erachter te
komen in welk profiel de pt hoort.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller denisedemooij. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.79. You're not tied to anything after your purchase.