100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
samenvatting microbiologie (virologie) $5.92   Add to cart

Summary

samenvatting microbiologie (virologie)

 12 views  0 purchase
  • Course
  • Institution

samenvatting van het vak microbiologie (virologie), prof Schols

Preview 4 out of 38  pages

  • August 30, 2022
  • 38
  • 2021/2022
  • Summary
avatar-seller
Les 1
Eigenschappen van virussen
 Obligate intracellulaire moleculaire parasieten
 Infectieus
 Niet met lichtmicroscoop waarneembaar
 Genoom is DNA of RNA (enkel of (partieel)dubbelstrengig, al dan niet gefragmenteerd)
 Meeste virussen veroorzaken, na inoculatie op celculturen, een typisch cytopathogeen
(schadelijk) effect (CPE)
 In tegenstelling tot bacteriën, zijn virussen niet gevoelig aan antibiotica



 Icosahedrale capsidestructuur
o 20 vlakken (gelijkzijdige driehoeken)
o 12 hoekpunten
o 30 zijden
o Grotere virussen bezitten meer capsomeren
o Aantal pentons is altijd 12, aantal hexons kan variëren
 Helicale capsidestructuur
 Complexe capsidestructuur
o Vb. structuur van een bacteriofaag

5 basis types van virale symmetrie

 Naakt icosahedraal
 Naakt helicaal
 Icosahedraal met enveloppe
 Helicaal met enveloppe
 Complex type

De enveloppe is altijd afkomstig van de doelwitcel

Spike proteïnen = uitsteeksel op virus dat welbepaalde receptor zoekt om op te binden om de cel
binnen te dringen en replicatie te kunnen starten

Binnendringen van de gastheercel gebeurd door versmelting met het membraan waarna het virus
wordt vrijgegeven in het cytoplasma van de gastheercel of in het golgi apparaat van de gastheercel.
Het virus kan worden opgenomen in een lysosoom (heeft een zure pH om viruspartikels kapot te
maken) om te worden vernietigd.

Een bacteriofaag penetreert in de gastheercel om dan zijn inhoud in de gastheercel te spuiten.

DNA genoomstructuren

 Dubbelstrengig
 Enkelstrengig
 Partieel dubbelstrengig (hepatitis B virus)
 Circulair dubbelstrengig (humaan papillomavirus)

RNA genoomstructuren

,  Dubbelstrengig
 Enkelstrengig

Elk virus heeft een bepaalde doelwitcel en een bepaalde receptor

Virusreplicatie

 Attachment op receptor
 Penetratie
 Uncoating = opening van het capside en genetisch materiaal komt in de cel, replicatie kan
beginnen
 Replicatie
 Assembly van nieuwe viruspartikels
 Vrijkomen van nieuwe viruspartikels via budding of cytolyse

Pathogenese van virussen: de postulaten van dokter Koch

1. Het micro-organisme moet aanwezig zijn bij elk ziek individu;

2. Het moet geïsoleerd en gekweekt kunnen worden uit een ziek individu;

3. Bij inoculatie in een ander gezond individu moet hetzelfde ziektebeeld ontstaan;

4. Het micro-organisme moet terug uit het geïnoculeerde individu geïsoleerd en gekweekt
kunnen worden.

Bestrijding van virus infecties

 Preventie
 Vaccins: meestal profylactisch (preventief)
 Antivirale geneesmiddelen: meestal therapeutisch
o Pre-exposure-prophylaxis = preventie voorafgaand aan blootstelling

Methodes voor virus inactivatie

 Fysische methodes
o Autoclavering = stoom onder hoge druk
o Droge warmte
o Bestraling
o nanofiltratie
 Chemische methodes
o Ether: actief tegen virussen met enveloppe en lipiden
o Hypochloriet
o Formaldehyde en gluteraldehyde

Eigenschappen van een goed virus vaccin

 Voldoende immunogeen
 Beschermen tegen alle virus subtypes
 Langdurige immuniteit
 Veilig
 Goedkoop
o Individuele bescherming: wie gevaccineerd is, is beschermd tegen een bepaalde
ziekte of maakt ze in een minder ernstige vorm mee

, o Collectieve bescherming: vaccinatie is niet alleen belangrijk voor een individu, ook de
totale bevolking is beter beschermd als zoveel mogelijk personen ingeënt zijn

Soorten virus vaccins

 Levend: attenuatie van virus door celpassages
 Dood : geïnactiveerd
 Recombinant eiwit of synthetisch eiwit
 DNA, plasmide en mRNA: endogene generatie van virale eiwitten/antigenen
o Vaccins worden in het algemeen intramusculair, subcutaan of intracutaan als injectie
toegediend
o Bij de meeste vaccinaties is na een maand een tweede dosis nodig

Virus transmissie

 Oraal: enterovirus, rotavirus
 Droplet: respiratoire virussen
 Direct inoculatie: via bloed of dieren
 Direct huid contact: papillomavirus
 Transplacentaal: cytomegalovirus, rubella virus
 Seksuele transmissie: papillomavirus, HIV, HSV2

route voorbeeld


prenataal placenta cytomegalovirus;

(congenitaal) rubellavirus

perinataal geïnfecteerd neonatale herpes

geboortekanaal (HSV-2)

postnataal moedermelk HIV


postnataal direct contact cytomegalovirus


kiemlijn (‘germline’) virale DNA sequenties in endogene retrovirussen
humaan genoom



Virussen overgedragen door dieren

 Zoönose: infectie die naar de mens wordt overgedragen door een gewervelde diersoort
(al of niet met tussenkomst van een insect zoals een mug)
 Arbovirus: wordt overgedragen door arthropoden (geleedpotigen zoals insecten en teken).


Les 2

, Humane herpesvirussen




DNA – icosahedraal – enveloppe – dubbelstrengig lineair

Naam Veelvoorkomende Verschijnselen in Verschijnselen in
naam gezonde personen personen
immunodeficiëntie
HHV-1 of HSV-1 Humaan herpesvirus 1 Koortsblaasjes (orale Koortsblaasjes (orale
of herpes simplex herpes), herpes herpes), herpes
virus 1 keratitis keratitis
(oogontsteking), mat (oogontsteking), mat
herpes of herpes herpes of herpes
gladiatorum, herpes gladiatorum, herpes
rugbeiorum, eczema rugbeiorum, eczema,
infectie aan interne
organen
HHV-2 of HSV-2 Humaan herpesvirus 2 Genitale herpes, Genitale herpes,
of herpes simplex aseptische meningitis, verspreide infectie
virus 2 neonatale herpes

HHV-3 of VZV Humaan herpesvirus 3 Windpokken, Verspreide infectie
of varicella zoster gordelroos
virus
HHV-4 of EBV Humaan herpesvirus 4 Mononucleosis, Burkitt lymphoma,
of epstein-barr virus hepatitis, encephalitis oral harige leukoplakia
HHV-5 of CMV Humaan herpesvirus 5 Mononucleosis, Hepatitis, retinitis,
of humaan congenitale infectie andere diepe infecties
cytomegalovirus


Herpes virus zit voor altijd in de neuronale cellen voor de rest van je leven




dubbelstrengig genoom

Spikes nodig voor vasthechting aan cellen

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller eva26. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $5.92. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

67096 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$5.92
  • (0)
  Add to cart