OML.
Hoofdstuk 1.
Operations and supply management: Het ontwerp proces dat een systeem
creëert die binnen een bedrijf zorgt voor het leveren van primary producten en
services; dus via welke stappen komen de producten en services bij de klant
terecht.
Vaak ik elk pad van het systeem vertegenwoordigd door een ander bedrijf.
Operations: De maak en services processen die gebruikt worden om
grondstoffen te transformeren naar producten die de klant nodig heeft.
Supply chain: De processen de informatie en materiaal van en naar het maak
en services proces van een bedrijf lijden.
Proces: meerdere activiteiten die input naar output transformeren.
Planning: Kijken naar de vragen van klanten en eisen ontwikkelen
waarmee de efficiëntie en de kwaliteit van de producten gemeten kan
worden.
Sourcing: Een selectie maken van leveranciers waarmee een bedrijf wil
samenwerken.
Making: Hier worden de daadwerkelijke producten en services gemaakt
m.b.v. bronnen zoals grondstoffen, materialen en gereedschappen.
Delivering: Het logistieke proces dat producten naar de juiste plaatsen
brengt zodat ze verkocht kunnen worden.
Returning: Producten die teruggestuurd worden door klanten vanwege
problemen.
Service Product
Ontastbaar Tastbaat
Kan geen patent op aangevraagd Kan patent op aangevraagd worden
worden Kan uitgetest worden voor de aankoop
Kan niet uitgetest worden voor de Geen interactie met de klant
aankoop Homogeen
Interactie met de klant Kan op voorraad zijn
Heterogeen Wordt geëvalueerd op basis van
Geen voorraad mogelijk kwaliteit
Wordt geëvalueerd op basis van vier
kenmerken die de zintuigen
stimuleren.
Supporting facility
Facilitating goods
Explicit service
Implicit service
Product-service bundeling: Als een bedrijf service activiteiten bij de verkoop
van producten stopt om een hogere waarde voor de klant te creëren. Dit hoeft
niet altijd te werken, omdat het ook veel extra kosten met zich meebrengt die
niet altijd hoger zijn dan de extra opbrengsten.
Efficiëntie: iets doen op een zo laag mogelijke kostenlevel.
Effectiviteit: iets doen dat de hoogste klantenwaarde oplevert.
, Het is belangrijk om aan beide begrippen te voldoen, maar omdat deze twee
begrippen conflicteren is het begrip waarde bedacht.
Waarde: de aantrekkelijkheid van een product gerelateerd aan zijn kosten. Het is
de combinatie tussen efficiëntie en effectiviteit.
Op wall street wordt ook gekeken naar de waarde van bedrijven, dit doen ze door
verschillende ratio’s te meten.
Net income per werknemer
Revenue per werknemer
Receivable turnover (Hoevaak zijn credits/receivables ontvangen)
Inventory turnover
Asset turnover
Mensen die in OSCM werken kijken naar hoe ze het beste producten kunnen
leveren. Ze doen die door vooral te kijken naar de koopzijde; de beste materialen
inkopen.
COO (chief operating officer) werkt samen met de CEO en kijkt naar de efficiëntie
van een bedrijf.
In het verleden waren er ook verschillende stromingen van OSCM:
Manufacturing strategy paradigm: Focus op manufactering. Hoe kan
een fabriek het beste gebruikt worden? Hoge kwaliteit en lage kosten.
Lean manufacturing, JIT, TQC: Just in time production, Total quality
control. Er wordt veel focus gelegd op kwaliteit van producten.
Service quality and productivity: Er komt veel aandacht voor de
verschillen tussen service bedrijven.
Total quality management and quality certification: Er worden
standaarden gecreëerd voor producten vanwege de overstap naar
wereldwijde productie.
Business Process Reengeering: Er worden veel nieuwe uitvindingen
gedaan, de technologieën blijven in ontwikkeling.
Six sigma quality: Er worden diagnose tools ontwikkeld waarmee een
bedrijf gemeten kan worden.
Supply Chain Management: Veel outsourcing en mass costumization (
Er worden unieke producten gemaakt voor klanten. De snelheid wordt
verhoogd.
Electronic Commerce: Internet wordt toegevoegd als business activiteit.
Service science: De groei van de vraag om een service aanpak die
aansluit op verschillende bedrijven.
Business Analytics: Het gebruik van huidige business data om
problemen op een mathematical manier op de lossen.
OSCM richt zich op verschillende punten:
- Coördineren van relaties tussen verschillende organisaties.
- Globaliserende netwerken onderhouden.
- Managen van klanten wensen.
- Oudere generaties duidelijk maken dan OSCM belangrijk is.
- Duurzaamheid en the tripple bottom line (social, economische en
mileuvriendelijke criteria) garanderen.
Hoofdstuk 2.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Megan95. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.74. You're not tied to anything after your purchase.