Dit document bevat alle notities gegeven tijdens de module Psychiatrie. De mogelijke examenvragen die de professoren geven tijdens de lessen zijn ook duidelijk aangegeven doorheen het document.
PSYCHIATRIE
Examen: schriftelijk en open vragen à structureel beantwoorden!
Bekijk vooral kennisclips, slides, casuïstiek: stelt geen detailvragen uit het boek die
niet in de les zijn gezegd
Brede open vragen: 2 grote en 2 kleine vragen
Bijvoorbeeld: geef de biologische en psychologische processen van schizofrenie of
casus (wat is je DD en behandeling)
ANTWOORDEN: gestructureerd antwoord à duidelijk skelet van opbouw MAAR alle
inhoud moet er wel in staan ofc (geen details nodig)
DIAGNOSTIEK EN CLASSIFICATIE
DIAGNOSTIEK
Anamnese
Heteroanamnese is heel belangrijk! Veel ziektes hebben anosognosie
Psychiatrisch interview: systematisch psychiatrische functies in kaart brengen
Diagnostische hulpmiddelen
Labo, beeldvorming à uitsluiten van neurologische oorzaken!
DSM SYSTEEM
Diagnose van psychiatrie is ruimer dan DSM MAAR voordeel is om classificaties te
uniformiseren binnenin psychiatrie
Omvat:
- Classificatie van psychische stoornissen met codes
- Diagnostische criteria
- Informatie over prevalentie, familiair voorkomen, leeftijds-, sekse- en
cultuurspecifieke aspecten
Doel: bevorderen van communicatie tussen professionals in GGZ
(gemeenschappelijke taal)
Uitgangspunten van DSM
1. Descriptieve benadering
2. Diagnostische criteria
3. Systematische beschrijving
4. Diagnostische regels als info niet toereikend is
5. Beslisbomen voor DD
Veel verschillende categorieën van beelden
Probleem: mengbeelden van diagnoses zijn niet te classificeren, geen dimensioneel
spectrum maar 0 of 1 diagnose
VERSCHILLENDE BENADERINGEN
1
,Spectrumbeeld VS symptoomclusters (niet meer een echte diagnose)
CLASSIFICATIE VS DIAGNOSE
Diagnose legt oorzaak of aard van ziekte vast door evaluatie van tekens,
symptomen, ondersteunende testen
Classificatie zorgt voor het onderbrengen van een pt in een categorie obv
aan/afwezigheid van criteria à geen uitspraak etiologie/pathogenese
OVERZICHT VAN CATEGORIEËN
Zie tabel in boek
ETIOPATHOGENESE
STRESS-KWETSBAARHEIDSMODEL
Kwetsbaarheden in het brein zelf maar ook in opvoeding, woonomgeving, …
Geeft aanleiding tot pathologie tgv een stressor die de ziekte uitlokt
Accumulatie van verschillende symptomen à drempel overschreden voor
psychiatrische aandoening
CORTISOL EN STEMMINGSSTOORNISSEN
HPA-as: GRH van hypothalamus à hypofyse produceert ASTH à bijnierschors produceert
cortisol
Bij chronische stress: downregulatie van cortisolreceptoren à algemene
kwetsbaarheid tot depressie
Stressor kan blijvende kwetsbaarheid veroorzaken op lange termijn
EPIDEMIOLOGIE-GEVOLGEN
2
,EPIDEMIOLOGIE
Prevalentie van psychiatrische morbiditeit is hoog!
Betrouwbaar bevolkingsonderzoek over incidentie en prevalentie, identificatie van
risicofactoren, beloop
Zorg-/hulpbehoefte overlapt maar gedeeltelijk met de aanwezigheid van een
psychiatrische stoornis
WAT MAAKT PSYCHIATRISCHE AANDOENING EEN STOORNIS?
Voor elk element van psychisch functioneren is er een normaalverdeling à pas vanaf een
bepaalde drempel noemen we het een stoornis (stoornisdrempel)
Bij bijv. preventiecampagnes
kan kwetsbaarheid van
populatie verschuiven à
kleiner resterend aandeel van
de populatie zit voorbij de
drempel
HOE VAAK KOMEN PSYCHIATRISCHE
STOORNISSEN VOOR?
Psychische stoornissen
Verschillend over de wereld à in België 15-17% vd bevolking elk jaar mental health
disorder (inclusief middelengebruik)
Psychische problemen (ook burnout etc)
50% vd Vlamingen! à hangt af van wat je als psychisch probleem beschouwt
Veel voorkomend!
Ook vaak chronische aandoeningen
BEHANDELING
>50% neemt medicatie, >30% gebruikt alleen psychotherapie à 25% combinatie!
Blijft taboe: 1/3 zoekt geen hulp, 50% verzwijgt problemen tegen baas en collega’s, ¼
spreekt er met niemand over !!!
KANS OP PSYCHIATRISCHE STOORNISSEN
Stijgt met de leeftijd, geslacht is ook een belangrijke factor à vrouwen hebben 2x hoger
risico op depressie of angststoornis >< mannen hebben sneller psychotische aandoeningen,
middelenmisbruik, ADHD, …
12 month prevalence: angstoornissen zijn meest voorkomende aandoening,
depressie is 7% elk jaar
3
, Prevalentie van psychiatrische aandoeningen zijn vergelijkbaar met hart- en
vaatziekten!
ONGELIJKE VERDEELDHEID PSYCHIATRISCHE MORBIDITEIT
Meer psychiatrische morbiditeit bij
1. Mensen met lagere sociaal-economische status à via stress of ongezonde
leefgewoonten
2. Stedelijke woonomgeving à meer anonimiteit, minder sociale cohesie
3. Alleenstaanden à geen normaliserende denkinvloeden van anderen
4. Jongere mensen à meer grotere mijlpalen, turbulentere relaties, …
5. Etnische groeperingen à bij “ghettos” is er minder last van racistische invloeden
GEVOLGEN
Voor patiënt, directe omgeving en maatschappij (werkloosheid)
Depressieve stoornissen in ernst van gevolgen alleen nog overtroffen door
ischemische hartaandoeningen
Disease VS illness
Disease: enkel kijken naar het lichaam VS illness: wat is het dysfunctioneren daardoor
(financiëel, relationeel niveau etc)
Stigma
Sociaal deviant gedrag ≠ psychiatrische ziekte
Onderscheid tussen normaliteit en stoornis
Belang van ziektebesef en –inzicht (anosognosie)
Soms gedwongen opnames nodig
DALY
= Belasting door aandoening: last op persoon, maatschappij, maar ook vervroegd sterven
etc.
Ziekten tov DALY’s: psychiatrische aandoeningen omvatten 30%!
Depressie weegt meer op de bevolking dan schizofrenie door werkonbekwaamheid
want komt meer voor
Leeftijdsverdeling
Grootste deel van verloren levensjaren is tem 50j door psychiatrie à zijn jaren waarin
mensen moeten werken à meer last op maatschappij
4
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller MMgeneeskunde. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $12.41. You're not tied to anything after your purchase.