7.1 Inleiding
▪ DNA behoort tot de nucleïnezuren. Dit zijn macromoleculen die zijn opgebouwd uit een groot
aantal bouwstenen, de nucleotiden.
DNA = polynucleotide
▪ DNA is een dubbele helix
• Complementaire structuur (dit wil zeggen dat er specifieke baseparen gevormd
worden)
• Antiparallelle structuur (De twee ketens van het DNA zijn tegengesteld georiënteerd
tov elkaar (3’ => 5’ tov 5’ => 3’)
7.1.1 Informatieopslag in de celkern
▪ Elk eiwitmoleculen bestaat ui unieke volgorde van AMINOZUREN
→ De chemische taal die de cel gebruikt = genetische code
(onderzoekers kunnen door genetische code zien hoe functionele kenmerken (haarkleur,
bloedgroep) worde doorgeven
Hoe werkt de genetische code?
→ DNA- molecuul bestaat uit 1 paar DNA-strengen die door waterstofbruggen tussen complementaire
stikstofhoudende basen bij elkaar worden gehouden.
Stikstofhoudende basen: A = adenine
T = thymine
C = Cytosine
G = guanine
Genetische code = tripletcode
= Omdat de identiteit van één aminozuren door een volgorde van drie stikstofhoudende basen wordt
bepaald.
Gen: is functionele eenheid van erfelijkheid
→ Gen bestaat uit alle tripletten die nodig zijn voor de vorming van een SPECIFIEK EIWIT
De specifieke tripletten zeggen ‘lees dit bericht’ , ‘bericht begint hier’
• Elk gen dit deze melding geeft vormen de promotor of het regulerende segment → Speciaal
deel in het DNA
• Elk gen eindigt met ‘bericht eindig hier’ → Terminator
1
, 7.1.2. DNA stuurt de eiwitsynthese, de celstructuur en de cel functie aan
Eiwitsynthese:
▪ Voordat bepaalde gen wordt geactiveerd, moeten enzymen tijdelijk de zwakke
waterstofbruggen tussen de stikstofhoudende basen verbreken en het histonen tijdelijk
verwijderen
▪ Wordt opgesplitst in 2 stappen
1. Transcriptie (celkern)
→ Productie van RNA aan de hand van enkele streng DNA
2. Translatie (cytoplasma)
→ Vorming van eiwit door ribosomen ,aan de hand van de info die door RNA-molecuul
wordt overgebracht
7.2 DNA-replicatie
Interfase (bereid de cel zicht voor op delen)
→ Belangrijk dat alle informatie in het DNA exact gekopieerd wordt = DNA- replicatie
▪ Deze replicatie begint op vaste plaatsen op het DNA, de zogenaamde 'origin of replication
→ is een AT-rijke sequentie plaats (veel adenine en thymine)
→ van ongeveer 250 basenparen lang
▪ DNA – replicatie begint op meerdere plaatsen tegelijkertijd
1. De 2 ketens worden gesplitst door een enzym
2. Dit enzym ontwindt de dubbele DNA-spiraal en laat door het verbreken van de
waterstofbruggen de twee strengen een stukje uit elkaar gaan
3. Andere enzymen een stukje van de enkelvoudige streng kunnen aflezen en kopiëren.
DNA-replicatie semiconservatief = Door de specifieke werking van deze enzymen bestaat elk nieuw
DNA-molecule uit een oude en een nieuwe streng.
2
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller NoaW16. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $7.85. You're not tied to anything after your purchase.