Samenvatting van alle hoorcolleges, werkcolleges en blokboek van gedragsbiologie (BMW11505)
11 views 0 purchase
Course
BMW Gedragsbiologie (BMW11505)
Institution
Universiteit Utrecht (UU)
Deze gedetailleerde samenvatting behandelt alles wat aan bod is gekomen tijdens de hoorcolleges en werkcolleges en alle belangrijke informatie uit het blokboek en is bedoeld voor studenten Biomedische Wetenschappen aan de Universiteit Utrecht die het vak Gedragsbiologie volgen (BMW11505).
,Ethologie
De ethologie wordt ook wel aangeduid met de term gedragsbiologie. Elk dier vertoont gedrag. Dit is
een patroon van verschillende acties, waarmee het organisme zichzelf handhaaft en homeostase
bereikt.
Een gedragsproces bestaat uit drie delen:
• Sign stimulus of prikkel → Organismen hebben zintuigen waarmee informatie uit de
omgeving opgevangen kan worden. Als deze informatie gedrag uitlokt, dan is er sprake van
een deblokkerende stimulus of sign stimulus.
• Informatie verwerking en integratie → De binnengekomen prikkels worden verwerkt in het
centrale zenuwstelsel, gevolgd door beslissingen voor acties. Dit wordt beïnvloed door
motivationele gedragssystemen.
• Acties of handelingen → Het organisme reageert door middel van uitvoerende organen zoals
klieren en spieren.
4 why’s van Tinbergen
De 4 why’s van Tinbergen helpen bij het bestuderen van gedrag:
1. Oorzaak → Waarom wordt dit gedrag vertoond (stimulus)? Het mechanisme als antwoord
op hoe het gedrag tot stand komt (hersenen en spieren).
2. Ontwikkeling en leren → Hoe het gedrag gedurende de levensjaren tot stand komt.
3. Functie → Biologische betekenis, aanpassingswaarde of adaptieve betekenis van het gedrag
(nut in de zin van de overlevingswaarde).
4. Evolutionaire oorsprong → Als antwoord hoe het gedrag zich in de loop van de evolutie
ontwikkeld heeft.
De eerste twee why vragen (1 en 2) zijn proximate vragen en de laatste twee why vragen (3 en 4) zijn
ultimate vragen:
• Proximate vragen → Directe oorzaken van de vorming van het gedrag.
• Ultimate vragen → Hoe evolutionaire krachten het gedrag gevormd hebben in de loop van
de tijd.
Evolutie
Darwin’s evolutietheorie kent drie elementen:
• Genetische variatie → Gedragsverschillen tussen individuen van dezelfde soort.
• Erfelijkheid → De verschillen zijn genetisch.
• Reproductiviteit → Individu met het gedrag dat het beste is aangepast aan de omgeving,
produceert meer nakomelingen die overleven tot adulten.
Gedrag heeft vaak ook negatieve gevolgen. Er vindt evolutionair een kosten-baten analyse plaats.
Zijn de baten (meer nakomelingen als gevolg van het gedrag) groter dan de kosten (minder
nakomelingen door het gedrag) dan zal zo’n gedrag zich handhaven doordat er meer nakomelingen
zijn.
4
, Zintuigen
Er zijn verschillen typen zintuigen/receptoren:
• Proprioreceptoren → Zintuigen in de spieren en pezen die de spierspanning meten en
doorgeven aan de kleine hersenen (cerebellum) die uiteindelijk zorgt voor de coördinatie.
• Interoreceptor → Meten stimuli van binnenuit (lichaam).
• Exteroreceptor → Meten stimuli van buitenaf (omgeving), deze zijn onder te verdelen in:
➢ Optisch → Zicht.
➢ Mechanisch → Oren, evenwicht en voelen.
➢ Chemisch → Ruiken en proeven.
➢ Elektrisch → Elektrisch velden waarnemen (komt niet voor bij mensen).
➢ Magnetisch → Magnetische velden waarnemen.
Gezichtsvermogen
Door de evolutie heen, zijn er verschillende soorten ogen ontwikkeld:
• Oogvlek (eencelligen) → Clustering van lichtgevoelige cellen.
• Oogbeker (slakken) → Clustering van lichtgevoelige cellen in een holte in de oogkas.
• Ooglens (inktvissen en mensen) → Clustering van lichtgevoelige cellen in een holte in de
oogkas met een lens waardoor het licht geconvergeerd wordt en een iris.
➢ Inktvis → De lens kan zich verplaatsen.
➢ Mensen → De lens kan afgeplat worden of boller worden (accommoderen).
• Facetogen → Bestaan uit vele ommatida (lensoogjes), zeer effectief in detectie van beweging
(vliegen en bijen).
Figuur 1 Overzicht evolutie van het oog.
Naast de vorm en het oplossend vermogen van ogen, kan ook de spectrale gevoeligheid verschillen
van soort tot soort. Zo kunnen bijen bijvoorbeeld geen rood licht zien, maar wel UV-licht.
5
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller xnicolevdz. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.94. You're not tied to anything after your purchase.