MBG: methodische beschrijving gezondheidsprobleem
Sarcopenie (lage spiermassa, spierkracht en/of spierfunctie)
Normale bouw en Botten/botverbindingen kunnen alleen bewegen als er
functie van het aangedane spieren aanzitten (dwarsgestreepte spieren) ze worden
orgaan, lichaamsdeel of stelsel gestuurd door het willekeurige zenuwstelsel heten ook
wel willekeurige spieren.
Functie van skeletspieren:
(delen van) het lichaam laten bewegen.
Handhaven van de lichaamshouding.
Altijd aanwezig spierspanning zorgt ervoor dat je niet
in elkaar zakt of omvalt.
Bepaalde dwarsgestreepte spieren zijn
bouwelementen voor het lichaam: ze geven
stevigheid.
Warmtebron voor het lichaam: actief spierweefsel
heeft een hoge stofwisseling waardoor het veel
warmte produceert.
Bouw van een spier (en pees):
1) Een spier heeft een verdikt middenstuk (= spierbuik)
en loopt aan beide eindes taps toe in een pees. De
spierbuik is omgeven door spierfascie
(bindweefsellaag).
2) Een spier bestaat uit meerdere spierbundels,
omgeven door het perimysium (bindweefselvlies).
3) Spierbundels bestaan weer uit vele spiervezels
(veelkernige en langwerpige cellen), die zijn
omgeven door endomysium (bindweefselmantel).
4) Een spiervezel bestaat weer uit myofibrillen door
myofibrillen kan een spier samentrekken.
Myofibrillen bestaan uit twee typen eiwitbundels:
actine en myosine.
Skeletspieren zitten op 2 plekken vast aan het skelet: bij de
origo (= oorsprong) en bij de insertie (aanhechtingsplaats)
bij beweging wordt er vanuit gegaan dat de insertie naar de
origo beweegt.
Endomysium + perimysium dragen kracht over aan de pees
(= tendo) de collagene vezels van de pees eindigen in het
periost (botweefsel): dit is een sterke verbinding.
Pezen zijn omgeven door een peesschede (vagina tendinis):
hierdoor zijn ze beschermt tegen wrijvingskracht. De
peesschede is een dubbelwandige koker binnenin zit
synovia waardoor de binnen- en buitenzijde gesmeerd langs
elkaar op lopen.
Werking van de spier:
Actine & myosine zijn langwerpige draadvormige eiwitten die
regelmatig t.o.v. elkaar zijn gerangschikt ( hierdoor
ontstaat het streeppatroon: dwarsgestreept spierweefsel).
Door de draadvorm heten ze ook wel actinefilamenten en
myosinefilamenten.
, Actine kan t.o.v. myosine verschuiven doordat myosine
bindingen vormt met actine (hoe meer bindingen, hoe meer
actine in myosine kan schuiven. Voor de bindingen zijn
calciumionen van belang). Het in elkaar schuiven resulteert
in een verkorting van het myofibril als alle myofibrillen
tegelijk samentrekken komt een contractie (= samen-
trekking) van de spiervezel tot stand.
Als alle spiervezels tegelijk samentrekken, trekt de
spierbundel samen. Als alle spierbundels samentrekken,
trekt de hele spier samen dit kost ATP (in een spier zitten
dus ook veel mitochondriën).
Als de verbindingen tussen actine en myosine verbroken
worden treedt er relaxatie op (ontspanning) hierdoor
nemen de spiervezels/-bundels/de gehele spier weer hun
oude vorm aan.
Antagonisten: spieren die een tegengesteld effect
veroorzaken.
Synergisten: spieren die hetzelfde effect veroorzaken.
(Flexor: buigspier. Extensor: strekspier).
Motorische eenheid: de motorische voorhoorncel
(ruggenmerg) en alle spiervezels die hij bestuurd. De axonen
van de motorische voorhoorncel eindigen bij de spier in de
vorm van een motorisch eindplaatje, waar de impulsen via
de synaps worden overgedragen van axon naar spier.
Contractie hangt af van ingeschakelde motorische eenheden.
Spiervezels voor fijnere bewegingen: hebben relatief veel
kleine motorische eenheden.
Spiervezels voor grovere bewegingen: hebben relatief veel
grote motorische eenheden.
Er zijn altijd wel wat motorische eenheden actief die niet tot
contractie leiden hierdoor ontstaat de spiertonus
(spanning) oftewel rustspanning is nodig voor het
handhaven van de lichaamshouding.
Langzame & snelle spiervezels
Snelle spiervezels: kunnen snel krachtig samentrekken
kost veel ATP deze vezels zijn snel ‘uitgeput’.
Langzame spiervezels: trekken ongeveer 3x zo langzaam
samen maar kunnen de contractie langer volhouden (door
aangepaste energiestofwisseling) ze hebben een
uitgebreidere capillaire doorbloeding dan snelle spiervezels
(ze hebben namelijk meer O2 nodig).
De snelheid en de duur van een contractie hangt af van de
verdeling van langzame en snelle spiervezels.
Spieratrofie & -hypertrofie
Spieratrofie: impulsen houden de stofwisseling op peil
hoeveelheid actine en myosine blijft constant: langdurig
uitblijven van impulsen zorgt voor afbraak van actine en
myosine (zonder dat het bijgemaakt wordt) spiermassa
neemt af en wordt dunner en zwakker. Spieratrofie is in
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller fthelosen. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.52. You're not tied to anything after your purchase.