100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting interpreteren deel 2 $7.23   Add to cart

Summary

Samenvatting interpreteren deel 2

 7 views  0 purchase
  • Course
  • Institution

Dit is een zeer uitgebreide samenvatting. Het document bevat een samenvatting van notities vanuit de les. Deze zijn gekoppeld aan de leerstof vanuit de cursus.

Preview 4 out of 37  pages

  • September 3, 2022
  • 37
  • 2021/2022
  • Summary
avatar-seller
INTERPRETEREN DEEL 2
- Het gebruik van kunst is een vorm van wetenschappelijk onderzoek


3 CENTRALE KWESTIES – 3 HOOFDVRAGEN
- Wat maakt pedagogische wetenschappen tot wetenschap? Wat is het verschil tussen een pedagoog en al
de rest te zeggen heeft over opvoeding?
o Verschil tussen pedagogie (veld van handelingen nl. opvoedend handelen – professionele
opleiding) en pedagogiek (wetenschappelijke studie van de pedagogie – academische opleiding)
o Pedagogiek: opleinding tot een wetenschapper
- Wat is eigen aan pedagogische wetenschappen?
o Opm! pedagogiek als een autonome wetenschappelijke discipline bestaat niet overal
o Wat is het verschil met andere wetenschappen – wat maakt pedagogisch eigen?
o Continentale vraag; de engelstalige heeft dit niet  kloof: onze pedagogiek heeft roots in Duitsland
en de engelstalige zijn hier nooit mee in aanmerking gekomen
o Onze begrippen die we hedendaags gebruiken komt vanuit de duitse context
o Er bestaat niets analoog aan onze wetenschappen
- Wat is een geschikt paradigma om pedagogische wetenschappen te beoefenen? – meest centrale vraag
o Kernvraag: Impliceert pedagogisch onderzoek noodzakelijkwijze interpretatie?
o Paradigma: specifieke manier om aan wetenschappent te doen ( kan op verschillende manieren)
o Verschillen tussen wetenschappelijke disciplines: inventariseren op basis van kwalitatief en
kwantitatief
 Werkelijkheid bestuduren gaan interpreteren en meten
o Geschiedenis beoefenen: kwalitatief en interpretatieve gelegenheid verstaan van unieke situaties
o Dubbelzinnigheid: er wordt aangegeven dat pedagogiek beide methode gehanteerd kunnen
worden, maar sommige vragen kunnen enkel kwalitatief benaderd worden
 Kwantitatieve onderzoek zijn vandaag niet meer weg te denken
 Pedagogiek is interpretatief


INLEIDING: PRIMAAT VAN BETEKENIS EN INTERPRETATIE
- Wetenschap van een discipline wordt gewaarborgd van een geschikte methode (= systematische
onderzoeksaanpak) of door het paradigma (grondslag van visie op wat wetenschappelijk fundamenteel is)
- Traditioneel volgende paradigma’s
o Kwantitatief vs. Kwalitatief
o Interpreteren vs meten
o Verstaan vs verklaren (op basis van wetmatigheden)
- Voor bepaalde disciplines is het duidelijk welk paradigma er uitgevoerd moet worden bv. geneeskunde en
geschiedenis
- Pedagogische wetenschappen: niet duidelijk welk paradigma er uitgevoerd moet worden
o Volgens traditionele visie: moet pedagogisch onderzoek doen aan kwalitatief en interpretatief zijn
 Smeyers & Smith – baseren op boek van Peter Winch
 Pedagogiek kampt volgens hun met een imagoprobleem, komt door de manier
waarop ze zichzelf begrijpen
 Pedagogiek beoefenen kan niet zonder interpretatie en speculatieve houding
 Natuurwetenschappelijk paradigma is slecht paradigma
o Bij het gebruik van harde statische gegevens dan moet er nog steeds worden geïnterpreteerd,
cijfers zeggen niet genoeg
o Opm! klopt historisch niet: pedologie, experimentele pedagogiek: populair aan het begin van de
20ste eeuw
o Is deze visie niet achterhaald? Vandaar focus aan socio-materiële wende: een benadering die gaat
voorbij het primaat van de betekenisgeving: Bruno Latour
 We gaan voorbij de tegenstelling, geen zin meer om een tegenstelling te maken aangezien
in het denken een nieuwe manier van denken wordt gehanteerd door socio- materiële
wende
 Socie-materiële turn: niet kwantitatief of kwalitatief  gaat voorbij aan primaat van
betekenisgeving en ervaring

, o Bruno Latour: mens als betekenisvolle bron staat niet meer centraal; post- humanistische wende
Boek
- Pedagogiek went zich naar de kwalitatieve paradigma, maar dat doen ze verkeerdelijk
- Ze spiegelen zich aan de medisch- en natuurwetenschappen, beide enorm gegroeid door experimentele- en
nauwgezete houding samen met afstand nemen van theorethische speculatie
- Echte wetenschappelijke pedagogiek is volledig data-gestuurd (kwantitatief) empirisch bevindingen en
minimale theoretische reflectie en speculatie


OPMERKING OVER DE NOTIE PARADIGMA – THOMAS KUHN
- Niet: een manier van kijken, een bril die je opzet
- Overgang van aarde die niet meer centraal staat, maar de zon staat centraal  paradigma wisseling
o Totaal andere manier van kijken naar de wereld: komt door een totaal andere manier van betekenis
van het verwerven van kennis over de werkelijkheid
o Gebruik van materiaal om dit te weten te komen
- (1) Wel: geheel van (soms onuitgesproken) opvattingen over wat ‘goede’ wetenschap is, hoe je geacht
wordt om wetenschappelijk kennis op te doen
o Regels, procedures en assumpties die het mogelijk om aan wetenschappelijk onderzoek te doen en
zinvol te communiceren hierover
- (2) Paradigma’s zijn incommensurabel
o Paradigmas zijn onverzoenbaar, je zit binnen de een of de andere vandaar dat je de bril niet kunt
afzetten
o Hierdoor is er geen vooruitgang in de wetenschap volgens Kuhn
 je kunt alleen maar spreken van waarheid in vooruitgaan in een paradigma
o Wanneer paradigma A en paradigma B incommensurabel zijn, dan betekent dit:
 Ofwel A, ofwel B. Er is geen positie tussenin. Geen communicatie of compromis mogelijk
tussen A en B
 Een ware uitspraak in A is in B niet een onware uitspraak, maar een betekenisloze uiting
(evenveel waard als een kreet)


INHOUD EN OPBOUW VAN DE CURSUS – OVERZICHT ( EENS LEZEN)
- werkwoorden: wetenschapsbeoefening een activiteiten is; bepaalde houding van onderzoeker vereisen
o een ‘craft’ : in termen van Richard Sennetts boek over The craftsman –handwerk en intellectuele
arbeid: geen verschil tussen beide; geen verschil tussen wat een wetenschapper doet en een
kunstenaar
 beide: aan de slag gaan met een uitdaging of een bepaald probleem die de nodige
aandacht vraag
- DEEL I: traditionele visie: het interpretatieve paradigma binnen de pedagogische wetenschappen (PW)
o achtergronden: medicalisering van de PW; ‘bifurcation of nature’
o de argumenten: Peter Winch en de noodzaak van interpretatie binnen de PW [overlap met IOT Deel
I]
o toepassingen (o.m. kritiek op neuro-educatief onderzoek)
- DEEL II: Voorbij de traditionele visie (en voorbij de ‘bifurcation’): wat betekent het PW te beoefenen
zonder te vertrekken van het primaat van de interpretatie (Bruno Latour: relationele benadering;
sociomateriële benadering; actor-netwerk theorie)
o + Film en artistieke interventies als pedagogisch onderzoeksinstrument (Cf. practicum)
o + andere, meer positieve kijk op neurowetenschap (Malabou)
- DEEL III: onderzoeken en theorievormen
o hoe gepast te reageren op het failliet van universaliteits- en objectiviteitsaanspraken?
o het ethos van de onderzoeker
o de betekenis van schrijven en denken

DEEL 1: DE NOODZAAK VAN INTERPRETATIE (SMEYERS & SMITH, WINCH)
- VANUIT DE TRADIOTIONELE BENADERING
- INTERPRATATIEF ONDERZOEK IS BELANGRIJKER DAN METEN  VANDAAG EEN KRITISCHE
POSITIE
- SMEYERS & SMITH: BEKLAGEN DAT VEEL PEDAGOGISCHE WETENSCHAPPEN DE PARADIGMA
HET MODEL VAN DE GENEESKUDNDE KOPIEREN (DE GOUDEN STANDAARD: EXPERIMENT)
O BELANGRIJK OM GOEDE KENNIS TE VERKRIJGEN: MOETEN NIET LEZEN, NADENKEN


, O geen ‘hard science’ en bijgevolg is de wende naar een medisch paradigma een grote en
gevaarlijke vergissing
- OMWILLE VAN SUCCES VAN NATUURWETENSCHAPPEN WORDT EEN BEPAALD PARADIGMA
ALS NA TE STREVEN MODEL GENOMEN
o GEVOLG: interpretatie en theoretische speculatie (nadenken) moeten worden geweerd
- Snow: de oorlog tussen hard sciense (kwantitatie) versus humanities ( kwalitatief)
o Juiste kant: kwalitatief en interpretatief
- Gerandomiseerde onderzoek met controlegroep: RTC
O ASELECTE TOEWIJZING VAN PROEFPERSONEN AAN EXPERIMENTELE GROEP EN
CONTROLE GROEP OM EEN PUUR EFFECT TE KUNNEN REGISTEREN
O PERCEIS IN KAART BRE,GEN VAN EFFECT VAN EEN ONAFHANKELIJKE VARIABELE OP
EEN AFHANKELIJKE VARIABELE


MODEL VERSUS REALITEIT
- In realiteit is RTC een droom
- Binnen de medische wetenschappen heeft dit een relatief succes, men kan niet alles in kaart brengen
o Vaststellen van oorzakelijkheid is relatief, aspecten zijn complex gegeven dus moeilijk om in kaart
te brengen
- Binnen de menswetenschappen: vaststellen en wetmatigheden via RTC onbestaand/ nauwelijks, gaat hier
over in kaart brengen van condities, risicofactoren (bv. opvoedkundige problemen) en formuleren van
relaties van probaliteit
o Wat ons mens maakt: tegen de wetmatigheden in kunnen gaan
o Bijkomend probleem: inzicht in wetmatigheden/ mechanismen bij mensen geen verschil maakt voor
hun reëelgedrag (bv. cocaïneverslaving: kunt dat verstaan, maar daarom geraak je er ook nog niet
van af)
- Gaat over menswetenschappen tegenover natuurwetenschappen


SUCCES VAN HET MEDISCH MODEL: RUIMERE
MAATSCHAPPELIJKE TENDENSEN
- Succes in natuurwetenschappen en medische wetenschappen  te danken aan Vesalius Andreas
o Pedagogiek kan enkel maar dromen van zulke succesen  imiteren wat zij doen
o een op medische leest geschoeide pedagogiek zou niet langer een kwestie van Noodlot zijn
 Bv: zwangerschap onder controle en vroeger was dit het noodlot
 Hierdoor ook medisch ook toepassen op de pedagogiek: leven is niet meer specifiek een
noodlot
 Medisch model om opvoeden onder controle te krijgen en noodlot te overwinnen
(verklaring van succes van medisch model)
o Lijken van het kerkhof te halen en vast te stellen hoe het lichaam in elkaar zat
 Aristoteles: 4 lichaamsvochten  denken bepaalt hierdoor
- Ruime maatschappelijke context waarin aan wetenschappen wordt gedaagn
o Vroeger: universiteit: autonome kennisinstelling, publiek gefinancieerd, interne kwaliteitsbewaking
 Vertrouwen dat personen zichzelf konden controleren
o Nu: kennisproductie aan de universiteit wordt gecontroleerd
 Veel wantrouwen aan instellingen, investeren geen geld meer in instellingen
 Geld voor onderzoek verkrijgen uit investeringsfodsen en externe financieringen
o Gevolg: moderne competitie met elkaar & rankings (van goed naar slecht) (impactfactor –
afhankelijk van heoveelheid gerefereerd worden))
o Neveneffect: dominantie van kwantitatief- experimenteel onderzoek (onderzoek wordt
gekwantificeerd) & tijdschriften vanuit de medische of hoogtechnologisch onderzoek hebben een
hogere impactfactor
- Verklaring 3: Medicalisering van pedagogische wetenschappen (Foucault)
- Overgang naar risicomaatschappij (Illich/beck)


MEDICALISERING – FOUCAULT
- Archeologie van de medische blik: kennisverwerving enkel te zien als in termen van het ontdekken  niet
zo aangezien kennis ook wordt geproduceerd, kennis wordt gemaakt
- Paradigma shift: nieuw werkelijkheid ontstaat die voorheen onvoorstelbaar was en die oudere werklijkheid
op geen enkele manier vergeleken valt  radicaal andere manier van kijk

, o Noodzakelijk om vooruit te gaan
o Voetnoot: paradigma= geheel van opvattingen over wat wetenschap is; geheel van regels,
procedures en assumpties die mogelijk maken om aan onderzoek te doen en hier zinvol over te
communiceren
o Vooruitgang enkel binnen een paradigma mogelijk
o Indien geen nieuwe paradigma mogelijk  paradigma shift
- de medische wetenschap kon maar gedijen dankzij de uitvinding van de kliniek (la Salpêtrière)
- mensen die gekke aspecten deden bv. vrouwen in prostitutie werden hier opgesloten
- kliniek laat grote hoeveelheden ‘gevallen’ met elkaar te vergelijken – opdelen in bepaalde categorieën
o ziektes identificeren, veralgemening en voorspellingen doen, remedies testen  medische blik
- ontstaan van eerste ‘ziektes’: deze worden ontdekt, gelezen (a.d.h.v. symptomen) en behandeld volgens
voorschriften
- beweert niet dat genetische kennis verkeerd is  WEL: waarom hechten we zoveel belang aan medische
kennis; hoe komt dat deze zo dominant is geworden naast andere kennis
- Gevolgen:
o Epistemologische almacht bij kleine kasten van kaste dokters  alleen zij hebben de juiste kennis
en opleiding (verborgen macht)
o Onontkoombaar paradigma: dwingend om zich hieraan te ontwerpen, het is irrationeel om niet naar
de dokter te gaan indien je u niet goed voelt
o Normatieve effecten: men is ziek of gezond dus normaal of abnormaal (laatste groep best zo snel
mogelijk genormaliseerd worden); ziektes zijn opgelijst  beslist door een kleine groep geleerden
 BV; homoseksualiteit werd gezien als een ziekte en hiervoor kreeg men toen ook een
behandeling – taboe heeft te maken dat er geen andere generaties meer voorkomen,
tegenprocutief gedrag tegen een productieve maatschappij
 Bv. drapetomanie als medische conditie: zwarte mensen met een ziekelijke drang om aan
hun meester te ontsnappen (slaven): onderzocht hoe dit op te lossen nl. stokslagen, werd
ernstig genomen
 ziekte definieren: manier van kijken die allerlei vormen van onrecht in de wereld brengt
 Trekken van normaal en abnormaal is altijd in functie van de maatschappij
- MAAR: productie van medische kennis is
o Sterk historisch bepaald (dikwijls niet erkend)
o Dient altijd een machtsbelang: er bestaat geen neutrale kennis
- Disciplinaire macht: dubbele betekenis in het woord
o Voorbehouden aan mensen beslagen in een bepaalde (medische)discipline
o Kennis disciplineert ons (gedragaanpassing); we worden onderworpen aan een kliek van experten
- Bv. frenologie: bepalen van karakter van een persoon op basis van de schedel van een persoon, denk aan
de knobbels
- Bv. Minnesota multiphasic personality inventory (MMPI)
o Gehanteerd voor meten van een indicatie voor ‘verhoogde criminele aanleg’
o Vragen over de stoelgang  hier geen interesse in, maar door manier van antwoorden komt men te
weten of ja naar het uitwerspelen kijken voor het doortrekken, mensne in gevangenis doen dit
o Betwitsbare aannames: Men is crimineel of niet, meeste zijn niet crimineel, eigenaardige
gedragspatronen voorspellen criminele natuur
 Vergelijkbaar met denkwijze van frenologie
o Opm! slechts mogelijk dankzij uitvinding van ‘gevangenis’  instelling creëert mee het probleem
waarvoor ze een oplossing is
 Grote groep mensen gaan concentreren op 1 plek: ontstaat wetenschap die onderzoek
doen naar criminele
- Bv. peilen naar intelligentie
o Aannames: intelligentie is een vaststaande persoonlijkheidskenmerk & kenmerk is accuraat en
objectief bepalend
o Niet het oorspronkelijk het idee van Alfred Binet’s intelligentietesten
 Doel: kinderen die niet mee kunnen in het onderwijs, krijgen nieuwe leerkansen bv.
aantonen dat zij veel in hun mars hebben dan werd aangenomen
 Door nieuwe testen te realiseren voor abstractie te maken van inhouden van traditionele
school
 MAAR: Binets test was niet bedoeld om ‘de’ capaciteit om abstract te kunnen denken te
meten
 Doel: wilde bepaalde tekorten van kinderen remediëren en niet een finaal oordeel
 Niet doel: grondslag te leggen van ideologie van het IQ die we vandaag kennen
Boek
- Zichtbaarheid wordt gecreërd en is afhankelijk van historische omstandigheden, door geschiedenis ontstaat
er zoiets als medische kennis, verliep deze anders dan hadden we nu misschien geen medische kennis

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller chiaradh1. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $7.23. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

82265 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$7.23
  • (0)
  Add to cart