Biologie voor jou 4 VWO - Samenvatting Hoofdstuk 6 - Mens en milieu
14 views 0 purchase
Course
Biologie
Level
VWO / Gymnasium
Book
Hand-opdrachtenboek 4b Biologie voor Jou 2e Fase Vwo
Mijn meest uitgebreide samenvatting tot nu toe, alle stof is opgeslagen met zo'n 2/3 keer doornemen. Behandelt de stof uit hoofdstuk 6 van boek VWO4B van biologie voor jou, maar is ook voor andere methoden te gebruiken. Behandelt zowel SE- als examenstof.
Biologie voor jou – Samenvatting Hoofdstuk 6: Mens en Milieu – JV VWO4
BVJ Hoofdstuk 6: Mens en Milieu
Basisstof 1: De relatie mens en milieu
Ecosysteemdiensten zijn de diensten en producten die ecosystemen aan mensen leveren.
Hiervan zijn drie categorieën:
- Productdiensten: Het verstrekken van een product door een ecosysteem (drinkwater,
voedsel).
- Culturele diensten: Gelegenheid geven tot recreatie.
- Regulerende diensten: Dienst die de andere diensten ondersteunt (kringloop van
nutriënten in een ecosysteem).
Duurzame ontwikkeling vindt plaats als onze vooruitgang niet ten koste gaat van de huidige
generatie mensen of de natuur en ook niet van de generaties die na ons komen.
Een kringloopeconomie, ook wel circulaire economie, is een economisch en industrieel
systeem waarin de grondstofvoorraden niet worden uitgeput en waarin reststoffen opnieuw
worden ingezet in het proces. Lineaire economie is een economisch systeem waarbij
grondstofvoorraden worden uitgeput en als onbruikbaar afval in het milieu terechtkomen.
Milieuproblemen hebben verschillende oorzaken:
- De bevolkingsdruk: De verhouding tussen het aantal mensen in een gebied en de
beschikbare hulpbronnen. Door een hoge bevolkingsdruk neemt de druk op het
milieu toe, waardoor ecosystemen uit evenwicht kunnen raken.
- Toename gemotoriseerd vervoer en machines versterken de uitstoot van
verbrandingsgassen sterk.
- Door groeiende welvaart en consumptie putten mensen natuurlijke energiereserves
en grondstofvoorraden uit en komen er meer afvalstoffen vrij.
- Door de opkomst van de chemische revolutie worden meer chemische stoffen
geproduceerd. Bij de productie hiervan komen afvalstoffen vrij waarvan sommige
giftig zijn.
De bevolkingstoename, de veranderende levenswijze en de opkomst van de grootschalige
en niet-grondgebonden landbouw en veehouderij hebben een grote invloed gehad op de
hoeveelheid natuurlijk terrein en bos en de daar levende planten en dieren.
Basisstof 2: Kringlopen
Bij verschillende elementen vindt in de natuur een kringloop van de stof plaats. Zo ook bij
koolstof en stikstof.
Lucht bestaat voor ongeveer 0,04% uit CO2. Bij koolstofassimilatie nemen autotrofe soorten
deze CO2 uit de lucht op, om zo door middel van fotosynthese glucose te vormen. Deze
glucose wordt voor een deel verbruikt bij de dissimilatie van de autotrofe soorten. De
vrijgekomen CO2 van de dissimilatie wordt weer opgenomen in de lucht. Het andere deel van
de glucose wordt omgezet in de organische stoffen waaruit de autotrofe soorten bestaan: de
koolstofatomen bevinden zich dan in de moleculen van deze stoffen.
Als een heterotroof organisme een autotroof individu eet, komen de organische stoffen van
het autotrofe organisme in het heterotrofe organisme terecht. Na opname wordt een deel van
de organische stoffen gebruikt om energie te leveren, waarbij weer CO2 vrijkomt. Een ander
deel wordt omgezet in dierlijke organische stoffen.
, Biologie voor jou – Samenvatting Hoofdstuk 6: Mens en Milieu – JV VWO4
Als het dier zo op zijn beurt wordt
gegeten door een ander dier of door
een mens, komt de koolstof van het ene
individu terecht in het andere individu.
Een deel van de organische stoffen
wordt niet verteerd, maar uitgescheiden
met de uitwerpselen. De organische
stoffen in detritus (dode resten en
andere afvalproducten) van individuen
die sterven zonder te worden gegeten
worden door dierlijke afvaleters,
schimmels en heterotrofe bacteriën
afgebroken bij de dissimilatie, waar ook
weer CO2 wordt afgegeven aan de
lucht. Dit kan zo weer opgenomen
worden door autotrofe soorten.
In de koolstofkringloop kunnen we
onderscheid maken tussen de
kortlopende koolstofkringloop en de
langlopende koolstofkringloop. De
situatie die hierboven beschreven is, is
de kortlopende koolstofkringloop: in
deze kringloop gaat koolstof in
maximaal een paar honderd jaar eenmaal rond. Bij de langlopende koolstofkringloop komt de
opgeslagen koolstof uit de miljoenen jaren oude fossiele brandstoffen bij verbranding weer in
de koolstofkringloop terecht.
Dus in het kort: Autotroof organisme neemt CO2 op uit de lucht > Door fotosynthese wordt
glucose gemaakt voor organische stoffen en dissimilatie, CO2 wordt opgenomen in de lucht
> Autotroof organisme wordt gegeten door heterotroof organisme > Organische stoffen van
de autotroof komen in de heterotroof terecht waarvan een deel na opname gebruikt wordt
om energie te leveren >
Optie A: Heterotroof wordt gegeten > Koolstof van het ene individu in het andere individu >
Deel van de organische stoffen die niet worden verteerd worden uitgescheiden met de
uitwerpselen.
Optie B: De heterotroof wordt niet gegeten maar gaat wel dood > Organische stoffen in de
detritus worden door dierlijke afvaleters, schimmels en heterotrofe bacteriën afgebroken bij
dissimilatie > De CO2 die vrijkomt wordt afgegeven aan de lucht en weer opgenomen door
autotrofe organismen.
Stikstof komt onder andere voor in eiwitten, DNA en ATP. In de bodem komt stikstof voor in
ammoniumionen (NH4+), nitrietionen (NO2-) en nitraationen (NO3-) Lucht bestaat voor
ongeveer 79% uit stikstof. Planten zijn niet in staat om stikstof uit de lucht op te nemen, en
nemen dit in plaats daarvan op uit de bodem in de vorm van vooral nitraationen. Ze
gebruiken de stikstof voor stikstofassimilatie: met stikstof worden organische stoffen als
aminozuren en eiwitten gevormd.
Als een plant wordt gegeten door een dier worden de plantaardige eiwitten afgebroken tot
aminozuren, waarvan het dier weer eiwitten maakt. Een ander deel van de plantaardige
eiwitten worden in het dier afgebroken waarbij ammoniak (NH3) vrijkomt. Waterdieren
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller juliavellekoop. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.67. You're not tied to anything after your purchase.