Blok 1 : Een Leven Lang Gezond GZW1021 (GZW1021)
All documents for this subject (54)
Seller
Follow
gzwsgenstudent
Content preview
Taak 6
Leerdoelen:
1. Wat is adolescentie en wat is puberteit?
De puberteit (=adolescentie) is de periode waarin het kind toegroeit naar onafhankelijkheid en
volwassenheid. Puberteit wordt meer gebruikt om het bioseksuele proces aan te duiden,
adolescentie gaat meer over d eontwikkeling gedurende de hele levensfase.
Puberteit: van 12-17 (eertse 2 prepuberteit, daarna eigenlijke puberteit)
Adolescentie: Als je uitgaat van puberteit, is de adolescentie van 17-22 jaar.
2. Wat is risicogedrag?
Het vertonen van gedrag dat schadelijke gevolgen kan hebben, maar ook een positieve uitkomst kan
hebben.
- Hoe ontstaat risicogedrag?
De biologische oorzaken van risicogedrag:
- Genetische predispositie; Er blijkt een relatie te zijn tussen het risicogedrag dat ouders
vertonen en wat het kind gaat vertonen. Er zijn genen waaraan je kunt zien dat een
puber een aanleg gaat hebben voor een type risicogedrag.
- Hormonale invloeden; De geslachtshormonen spelen ene grote rol in de puberteit en ze
hebben ook invloed op hersenontwikkeling en risicogedrag.
- Asynchrone puberale maturatie; Eerder of later in de puberteit komen dan je
leeftijdsgenoten. Dit heeft ook invloed op risicogedrag. Zo gaan jongere pubers die
eerder in de puberteit komen meeoden met oudere leeftijdsgenoten en hun acties.
- Hersenontwikkeling; De hersenen zijn nog in ontwikkeling tijdens de ouberteit,
waardoor het impuls verwerkend deel nog niet volgroeid is en pubers kwetbaarder zijn
voor risicogedrag.
Cognitieve oorzaken
- Pubers denken vaan dat ze onoverwinnelijk zijn, en dat daardoor de gevolgen van
bepaald risicogedrag hun niet kunnen beïnvloeden of schaden.
- Pubers maken op dezelfde manier keuzes als volwassenen, maar zien minder gevolgen
van een actie.
- Fuzzy-trace-theorie; ze baseren hun keuzes op simpele vage herinneringen.
- Persoonlijkheid; je waargenomen omgeving, persoonlijkheid en gedrag kunnen ook van
invloed zijn op risicogedrag. Laag zelfvertrouwen of depressie zorgt voor eerdere en
grotere kans op risicogedrag.
- Weinige monitoring van ouders leidt tot een grotere kans op risicogedrag.
- Opvoedstijlen; autoritaire opvoedstijl geeft de kleinste kans tot risicogedarg.
- Leeftijsgenoten kunnne druk uitoefenen op risicogedrag.
- Maatschappij; de buurt waar je woont, de wetgeving, cultuur.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller gzwsgenstudent. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.23. You're not tied to anything after your purchase.