SAMENVATTING PRIVAATRECHT I
Art. 3:296 BW vordering tot nakoming
Art. 6:1 BW ontstaan verbintenis
Art. 6:213 BW overeenkomst
Art. 3:33 BW rechtshandeling
Art. 6:261 BW wederkerige overeenkomst
Art. 6:162 BW onrechtmatige daad
Art. 1:233 BW minderjarigheid blote rechtsfeiten
Art. 6:3 BW natuurlijke verbintenis
Art. 6:217 BW totstandkoming overeenkomst
Art. 6:219 BW herroeping
Art. 3:37 BW vertelt wanneer een verklaring in werking treedt
Art. 3:35 BW gerechtvaardigd vertrouwen
Art. 3:11. BW goede trouw
Art. 6:248 BW redelijkheid en billijkheid
Art. 3:34 BW geestelijke stoornis
Art. 6:258 BW onvoorziene omstandigheden
Art. 6:228 BW dwaling
Art. 3:44 BW wilsgebreken
Art. 3:52 BW verjaring
Art. 3:32 BW handelingsonbekwaamheid
Art. 6:74 BW schadevergoeding
Week 1
Vermogen: ‘het geheel van op geld waardeerbare rechten en verplichtingen dat iemand heeft.’
Vermogensrecht
- Objectief recht (geldende recht): alle regels met betrekking tot de subjectieve rechten en
plichten die onderdeel van een vermogen kunnen vormen.
Het goederenrecht: relatie tussen persoon en bepaald goed (absolute rechten).
Het verbintenissenrecht: rechtsverhouding tussen een persoon en een andere persoon
(relatieve rechten).
- Subjectief recht: een aan iemand toekomende bevoegdheid.
Absolute rechten: rechten die je tegenover iedereen kan inroepen (eigendomsrecht).
Relatieve rechten: rechten die een rechthebbende slechts tegen een bepaalde persoon
kan inroepen.
Een verbintenis is een vermogensrechtelijke verhouding tussen twee partijen krachtens welke de één
(schuldeiser) is gerechtigd tot een gedraging die de ander (schuldenaar) verplicht is t.o.v. hem te
verrichten.
- Het gaat om een verplichting.
- De onderlinge band moet vermogensrechtelijk van aard zijn.
Het recht van de schuldeiser tegenover de schuldenaar op het verrichten van de prestatie heet
vorderingsrecht; de daartoe staande rechtsplicht van de schuldenaar tot het verrichten van die
prestatie heet schuld.
De schuldeiser kan de schuldenaar voor de rechter slepen. Rechtsvordering
De daartegenover staande verplichting van de schuldenaar heet dan aansprakelijkheid.
Als de schuldenaar dan nog niet wil betalen kan de schuldeiser dit recht executeren. De verplichting
van de schuldenaar deze ingreep in zijn vermogen van. Buitenaf te dulden heet uitwinbaarheid.
Art. 6:1. BW: ‘verbintenissen kunnen slechts ontstaan, indien dit uit de wet voortvloeit.’
Een overeenkomst is een voorbeeld van een wettelijke bepaling die een bron van verbintenissen in het
leven roept.
- Obligatoire overeenkomst: roept verbintenissen in het leven
, - Liberatoire overeenkomst: doet verbintenissen tenietgaan
- De huwelijkssluiting
- De bewijsovereenkomst
Een rechtsfeit is een feit waaraan het objectieve recht (door middel van een rechtsregel) een
rechtsgevolg koppelt.
Art. 6:213 BW typeert de overeenkomt als een rechtshandeling. De rechtshandelingen vormen een
subgroep van de rechtsfeiten. Een kenmerk van een rechtshandeling is dat de handeling gericht moet
zijn op het tot stand brengen van een rechtsgevolg.
- Meerzijdige rechtshandeling: voor de totstandkoming wordt de samenwerking van meerdere
personen vereist.
Wederkerige overeenkomst: ‘elk van beide partijen neemt een verbintenis op zich
ter verkrijging van de prestatie waartoe de wederpartij zich daartegenover jegens
haar verbindt’
Eenzijdige overeenkomst: er bestaat slechts aan één zijde een verbintenis.
- Eenzijdige rechtshandeling: rechtshandeling die door één persoon tot stand kan worden
gebracht.
Ongerichte eenzijdige rechtshandeling: deze is niet gericht tot een bepaald persoon.
Het hoeft voor haar geldigheid ook niet aan een of meer personen ter kennis zijn
gebracht.
Gerichte eenzijdige rechtshandeling: tot één of meerdere personen gericht. Om
gelding te hebben, moet het ook de persoon in kwestie hebben bereikt.
Rechtshandeling
- Handeling om baat: rechtshandeling wordt verricht met het oog op een daardoor te
verkrijgen voordeel.
- Bij een rechtshandeling om niet is daarvan geen sprake.
Onrechtmatige daad
Het plegen van een onrechtmatige daad is een rechtsfeit, maar geen rechtshandeling. Er is namelijk
geen sprake van een wil.
Rechtmatige daad
Bijvoorbeeld een onverschuldigde betaling. Is ook geen rechtshandeling.
Blote feiten (feiten die niet uit menselijke gedragingen ontstaan) kunnen echter ook rechtsfeiten zijn,
omdat het objectieve recht hier rechtsgevolgen aan verbindt. Bijvoorbeeld minderjarigheid.
Een natuurlijke verbintenis is een rechtens niet-afdwingbare verbintenis. Hij bestaat wanneer:
- Wanneer de wet of een rechtshandeling aan een verbintenis de afdwingbaarheid onthoudt.
- Wanneer iemand jegens een ander een dringende morele verplichting heeft van zodanige aard
dat naleving daarvan, ofschoon rechtens niet afdwingbaar, naar maatschappelijke opvattingen
als voldoening van een aan die ander toekomende prestatie moet worden aangemerkt.
Week 2
Een overeenkomst komt tot stand door aanbod en aanvaarding.
Aanbod
Er is sprake van een aanbod wanneer de verklaring de voornaamste elementen van de inhoud van de
eventueel te sluiten overeenkomst bevat. De wederpartij hoeft alleen ‘ja’ te zeggen om de
overeenkomst tot stand te laten komen.
Herroeping van een aanbod is alleen mogelijk zolang het aanbod niet is aanvaard en evenmin tot een
aanvaarding strekkende mededeling is verzonden.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller maritkolk. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.42. You're not tied to anything after your purchase.