Kinderen zijn vanaf 6 jaar schoolrijp; ze kunnen eigenlijk dan pas leren.
Verschoolsing 1; voor- en vroegschoolse educatie(VVE)
- in 2010 adviseerde de Minister van Onderwijs om drie jarige al toe te laten op de basisschool
- Op de peuterspeelzaal al taalontwikkeling en voorbereidend lezen en rekenen centraal laten
staan.
- Achterstandskinderen; kinderen uit groepen met een lage sociaal-economische status
- Onderwijs en opleiding dragen eerder bij aan reproductie van sociaal-economische ongelijkheid
dan het ideaal van maatschappelijke gelijkheid dichterbij te brengen.
- In Engeland: EYFS leerplan voor kinderen van 0 tot 5 jaar
Verschoolsing 2: de brede school
- Sinds 2007 moeten basisscholen een voor- en naschoolse opvang regelen
- > voor ouders die een aaneengesloten arbeidsdag hebben
- School wordt een ‚total institution’
- Kantoorurenschool specifiek voor tweeverdieners
- brede school en venster school op groepen met een lagere sociaal-economische status
- Schoolgebouw wordt een multifunctioneel centrum waar de hele buurt in- en uitloopt
- Achterstandskinderen krijgen nu op school mogelijkheden tot sport, spel en cultuur die ze
anders niet hadden gehad
Ontscholing 1: educaties en normen en waarden
- Educaties (vakoverstijgende doelen) zorgen ervoor dat de leraren niet meer zelf kunnen
beslissen wat ze willen doen in de klas
- School moet normen en waarden bijbrengen, omdat de gezinnen daar geen tijd meer voor
hebben
- Het lijkt vergeten waar school eigenlijk voor is; het wordt steeds meer een opvoedingsinstituut
Ontscholing 2: nieuw leren en levenslang leren
- Leraren worden meer ‚reflective practitioners’ en geven hierdoor amper onderwijs
- ‚De leraar faciliteert en is op loopafstand van de leerlingen, op afroep beschikbaar voor
leerlingen die denken een leraar nodig te hebben.’
- Meer opkomst van ophokuren; verplichte lesuren zonder les of actieve begeleiding
Opkomst ‚excellente leraren’; wordt gezien als inspirerend voorbeeld, maar gaat ipv meer les
geven, juist 1 dag bij het management zitten.
Ouders stellen zich op als de ‚kritische consument’ als het gaat om de keuze van een school.
Hoofdstuk 2 - kritische afstand
- Belangrijk dat de invloed van de school EN de ouders niet wordt overschatten.
- Ouders kiezen school die bij hun eigen IDEEËN en LEVENSSTIJL aansluit
- > kinderen zouden zich zo veiliger voelen en beter kunnen werken
- Belangrijk dat kinderen op maatschappelijke deelnamen worden voorbereid
- Meira Levinson (p. 42): probleem kan ook bij ouders liggen
- ‚Detached school’: liberale school die liberale educatie beoogt, de vorming die met
horizonverbreding en bevrijding van een beperkte blik is verbonden en zo bijdraagt aan de
vrijheid van alle kinderen om uiteindelijk hun eigen weg in de wereld te bepalen.
- De invloed van de ouders blijkt kleiner dan gedacht.
, Onderwijs - weer weten waarom
Wilna Meijer
- Harris (p 46): niet de omgang met de ouders, maar die met de peergroup heeft invloed op het
vormen van normen en waarden.
- > niet wat de ouders denken mee te geven, maar wat ze genetisch hebben meegegeven is
van invloed op de kinderen.
- Keus voor betere omgeving vooral bij hoogopgeleiden en beter betaalden
- Verschil straatcultuur en schoolcultuur volgens El Hadioui zie pagina 51
- Herman Nohl en Langeveld (p. 53-54): het is niet langer aan de opvoeder om in de
verantwoordelijkheid van de jonge volwassene te treden.
- Onderwijs heeft onmiskenbaar een maatschappelijk, sociaal-economische functie.
- Voor leerlingen uit groepen met een lagere sociaal-economische status is onderwijs vaak
wereldvreemd.
- Goodlad (van af p. 59): alle scholen kunnen 2(of meer) uur per week winnen door minder tijd te
verspillen aan het begin en eind van de dag en begin en eind van pauzes. Door tijdsdruk op te
voeren kan 10% van de lestijd gewonnen worden.
- Het is belangrijk dat scholen zo worden ingericht dat leraren het beste van hun werk kunnen
maken
Hoofdstuk 3 - de inspirerende leraar
- BON: leraren krijgen hun vak terug als ze de gelegenheid krijgen om hun vak te geven en om de
kennis door te geven aan de lln.
- Leraarschap is niet alleen maar lesgeven
- de Hollywood Leraar (Mary Dalton, p. 69): is bevlogen en volledig toegewijd, heeft trekken van
een held en een heilige, en steekt gunstig af bij zijn collega’s, het schoolhoofd en de andere
leraren die hun werk ondanks veel frustratie volhouden dankzij een karakteristiek cynisme.
- p. 77: als je het goed doet als docent, is het leuk en interessant in de collegezaal
- Mening veel studenten: het is allemaal wel best, als ze hun punten maar halen
- LEVENSLANG LEREN is de mantra: steeds nieuwe competenties. Al het menselijke verschijnt
als een vorm van kapitaal, functioneel voor ondernemerschap, als een productiemiddel, een
middel tot het realiseren van winst.
- de onwetende meester: stelt vragen waarop hij zelf het antwoord nog niet weet. is het tegendeel
van testvragen
- > niet denken dat je het niet kunt, maar ook niet denken dat je het allemaal wel weet
- Leraarschap is een VOCATION: zowel een beroep als een roeping
- Risico gebruik term intellectueel: geconfronteerd worden met het verwijt dat men alleen
rationaliteit in mensen erkent en stimuleer en het emotionele negeert of zelf elimineert
- Scholen zouden tegenwoordig delen in een klimaat van verveling.
- ipv onderzoeksgemeenschap spreken van community of klaring of community of shared interest
- Intellectuele aandacht: maakt verschil tussen pedagogische relatie leraar en leerling
Hoofdstuk 4 - Vorming, de zaak en het zelf
- Opstellen van Persoonlijke ontwikkelingsplannen (POP) om te kijken hoe men zich ontwikkelt
- Lesgeven is niet hetzelfde als onderwijzen. Pas sprake van onderwijzen wanneer:
- 1) iemand
- 2) iets onderwijst aan
- 3) iemand anders
- het Leren oproepen door:
- Inrichting van de omgeving
- Keuze en ontwikkeling van bepaald onderwijs-leermateriaal
- nadenken over ordening leerstof volgens schooljaar
- observeren van en met leerlingen
- zinvolle opdrachten geven
- vragen stellen aan leerlingen
- Goede vraag: richt de aandacht op de gezamenlijke aandacht van leraar en leerling
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Nienke_. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.90. You're not tied to anything after your purchase.