100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Cytologie $4.96   Add to cart

Summary

Samenvatting Cytologie

 35 views  1 purchase
  • Course
  • Institution

Beknopte samenvatting van cytologie (van prof Calders)

Preview 4 out of 31  pages

  • September 5, 2022
  • 31
  • 2020/2021
  • Summary
avatar-seller
CYTOLOGIE
INLEIDING
CELAFMETINGEN

Grootte van een cel hangt af van

1. Verhouding oppervlakte/ volume -> diffusiemogelijkheid
2. Kern als controlecentrum + hoe lager het metabolisme, hoe groter de afmetingen
-> onderdelen liggen verder van controlecentrum dus minder actief
CELVORM

Wisselend (vervormbaar) : bv. leukocyt, macrofaag

Constant (onbeweeglijk): bv. zaadcel (-> flagel voor beweeglijkheid), vaste cellen lichaam bv.
epitheelcel
CELBOUW

Drie grote gebieden:

1. Celmembraan
2. Cytoplasma
3. Kern

1. CELMEMBRAAN
STRUCTUUR

Georiënteerde lipiden vormen een dubbele laag:

- Polair-hydrofiel (fosfaatgroep)-> gericht naar waterig milieu
- Apolair-hydrofoob (vetzuurketens) -> gericht naar midden

Glubolaire eiwitten-> verdeeld volgens mozaiek patroon+ hebben apolair en polair deel:

- Integrale eiwitten: membraan overspannen (pompen, lekkanaal)
- Perifere eiwitten: aan buiten- of binnenzijde van membraan

Functie eiwit/proteïne:

1. Bouwelement
2. Transport
3. Ionenkanalen
4. Pompen
5. Receptoren
6. Enzymen




Glycocalyx: uitwendige, dunne filamenteuse laag -> opgebouwd uit glycoproteïnen en glycolipiden

,Functies:

- Bescherming
- Transmembranair transport
- Celadhesie
- Contactinhibitie
- Herkenning
SPECIALE VORMEN VAN DE CELMEMBRAAN

Extracellulair

Microvilli: vingervormige uitstulpingen
-> talrijk bij cellen met enorme resorptie-functie

Functie: vergroting van contactoppervlak



Cilia (/trilharen) en flagella: zorgen voor gecoördineerde beweeglijkheid

trilhaartjes met:

- Basaal lichaampje/ kinetosoom
- 9 perifere fibrillen (dupletten)
- 2 centrale fibrillen = axonema
- Zijarmen-> rijken tot aan naburig duplet
proteïne met ATP-ase-activiteit:
dyneïne
- Radiale spaken: verteerbaar door trypsine



kinetosoom: bestaat uit 9 triplets van microtubuli

Intercellulair

ZONNULA OCCLUDENS (tight junction)

 Zorgt voor cel-hechting (gordelvormig)
 Sluit intercellulaire spleet af tegen een lumen
 Puntvormige contacten tussen de buitenbladen van celmembranen->
veel plasticiteit
 De hechting is steviger/losser afhankelijk van functie



ZONNULA ADHAERENS (intermediate junction)

 Hechtstructuur (gordelvormig)
 Nog altijd redelijk plastisch
 Dikke laag ineengevlochten microfilamenten

,DESMOSOOM (macula adhaerens) bv. huid

 Heel krachtige hechtstructuur
 2 globulaire eiwitten aan binnenkant celmembraan in cytoskelet
 Aan elkaar ‘genaaid’ door filamenteus materiaal van glycoproteïnen
 Nadeel: heel weinig bewegelijkheid



HEMIDESMOSOOM = half desmosoom

 Hechtstructuur die aan het basale lamina is gehecht



NEXUS (gap junction)

 Hemiconnexines van 2 cellen vinden elkaar -> connexine
 Een hechtstructuur met een kanaal
 Bv. het hart -> hartspiercellen
 Intercellulaire communicatie



TRANSPORT DOOR DE CELMEMBRAAN

1. DIFFUSIE

Passieve diffuse enkel via concentratiegradiënt of elektrische gradiënt. (hoge conc. -> lage conc.)

Permeabiliteit wordt bepaald door:

1. Grootte
2. De lading
3. Vetoplosbaarheid van molecule

2. ROL VAN TRANSPORTEIWITTEN

Gespecialiseerde mechanismen/ eiwitmoleculen zorgen dat weinig permeabele stoffen door de
celmembraan geraken.

Permeasen= eiwitten die werken als transporteiwitten.

Type 1 transport (gefaciliteerd transport)

 Van hoge naar lage conc.
 Het eiwit versnelt het transport
 Passieve vorm: geen extra energie nodig

Type 2 transport (actief transport)

 Tegen de concentratiegradiënt in (van lage naar hoge conc.)
 Energie nodig -> eiwitten nodig (ATP-asen)
 Verschillende soorten:
o Uniports: transport van 1 substantie bv. glucose
o Symports: trasport van meerdere substanties in zelfde richting
o Antiports: uitwisseling v. substanties tussen intracellulaire en extracellulaire milieu

, 3. ENDOCYTOSE EN EXOCYTOSE

Endocytose

Celmembraan invagineert en omsluit de op te nemen molecule -> molecule wordt omgeven door
membraan = vesikel

1. Fagocytose= grote partikels waarbij de cel uitsteeksels/ pseudopodia vormt -> fagosoom
2. Pinocytose= vloeistoffen of kleine deeltjes
-> macropinocytose (analoog aan fagocytose) en micropinosytose (vloeistof)
a. Vloeibare-fase-pinocytose= niet-selectief
-> gladde vacuole
b. Absorptiepinocytose = selectief

Exocytose

Materiaal gaat in vesikels naar de rand van de cel, geeft materiaal af. (bv. afvalproducten afscheiden)




4. OSMOSE

Voorwaarden

1. De cel is semipermeabel
2. Er moet een verschil zijn in osmotische waarde

Hypertoon

 Osmotische waarde extra.> intra.
 Water wordt ontrokken aan de cel= krimpen van de cel

Isotoon

 Osmotische waarde extra.=intra.
 Geen vormveranderingen want evenwicht

Hypotoon

 Osmotische waarde extra. < intra.
 Cel zal water opnemen-> cel kan barsten
 Bv. rode bloedcellen in bloedplasma , barsten= hemolyse

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller frandevlaminck. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $4.96. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

78998 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$4.96  1x  sold
  • (0)
  Add to cart