Samenvatting Inleiding Internationale Organisaties
15 views 2 purchases
Course
Inleiding Internationale Organisaties
Institution
Universiteit Leiden (UL)
Allesomvattend document met volledige uitschrijvingen van de colleges. Alle stof die je nodig hebt voor het tentamen staat hierin uitgewerkt. Waar nodig is aangevuld met stof uit het boek.
W1: hoorcollege 27 oktober
Waarom een cursus over IO’s
Hurd (2021): International politics cannot be understood without thinking about international
organizations’. zelfs als we constateren dat de rol van IOs onderdruk staat, kun je er niet omheen
dat er zoveel IOs zijn, die onderdeel uitmaken van het buitenlandse beleid.
Het Yearbook of International Organizations telt meer dan 40.000 actieve internationale organisaties.
Hiervan zijn er maar 250 IGOs. Het merendeel is dus NGOs. Dit boek is te vinden via een website van
de UB.
INTERNATIONALE ORGANISATIES
IOs zijn instituties: ‘a body of norms, rules and practices that shape behaviour and expectations,
without necessarily having the physical character of an international organization’. IOs zijn altijd
instituties want het gaat om een set regels die de organisatie organiseren en hoe deze organisaties
mogen handelen. Niet elke institutie is een IO, G7 is geen IO. Deze staten komen wel samen maar
hebben niet een vast gebouw en medewerkers.
IGO
IGO are organizations that include at least three states as members that have activities in several
states and that created through a formal intergovernmental agreement such as a treaty charter or
statutue. het maakt niet uit hoe het heet, het zijn allemaal verdragen. Er zijn drie leden op zn
minst.
Drie of meer staten moeten betrokken zijn. De organisaties zijn dus multilateral. ‘an institution with
formal procedures and a membership comprising three or more states. International organizations
are characterized by rules that seek to regulate the relations amongst member states and by a formal
structure that implements and enforces these rules. een organisatie wordt opgericht aan de hand
van een verdrag. De organisaties reguleren deze regels en kijken of leden zich hier aan houden.
Organisaties hebben ook hoofdkantoren, uitvoerende hoofd, bureaucratie. Er wordt een budget
gemaakt. Er is een bureaucratische structuur, je kan in dienst komen van de IO. Soms wel verspreid
over meerdere steden.
Er zijn zo’n 250 IGO’s.
IGOs zijn internationale rechtspersonen. In onze tijd is het normaal dat staten de bevoegdheid geven
van rechtspersoon aan IGOs. Dit was echter eerder niet zo.
‘the organization (VN) was intended to exercise and enjoy and is in fact exercising and enjoying,
functions and rights which can only be explained on the basis of international personality and the
capacity to operate upon an international plane’ de vraag in deze casus is of een organisatie
verantwoordelijk kan worden gehouden voor bijvoorbeeld een foute interventie, het zijn namelijk
rechtspersonen. Daarnaast kunnen IGO’s ook verdragen afsluiten omdat ze een rechtspersoon zijn.
, De EU heeft sinds het verdrag van Lissabon een rechtspersoon gekregen. Hierdoor heeft het
meer rechten gekregen bijvoorbeeld binnen de VN.
Staten hebben automatische een rechtsperoon, terwijl dat bij IGOs niet zo is. Staten geven
bevoegdheden aan IGOs, met wat ze wel en niet mogen doen. Hierdoor worden ze een
rechtspersoon.
Rechtspersoonlijkheid: voor de wet ben jij een actor die mag handelen. Je kan voor je handelen
aansprakelijk worden gesteld. Een rechtspersoon op internationaal niveau is te vergelijken met
nationaal niveau. Als burger ben jij een rechtspersoon die contracten kan ondertekenen en
aansprakelijk kan worden gehouden voor het handelen.
CATEGORISERING VAN IO
1) Lidmaatschap
Universeel: iedere staat kan in principe lid worden. Niet elk land is lid, maar kan wel lid worden als er
aan een aantal criteria wordt voldaan. Je moet wel een staat zijn (Territorium, bevolking, politiek
gezag, betrekkingen aangaan en erkenning). Landen in de VN bijvoorbeeld moeten een ander land
erkennen als staat, anders kan dit land geen lid worden. De UNSC geeft een advies over of een land
lid mag worden of niet en dan wordt door de plenaire vergadering besloten. Belangrijk is dat het
Handvest van de organisatie wel ondertekend moet worden en moet worden opgenomen.
Beperkt: een specifieke groep van staten kan lid worden. De EU of NAVO. Regionale organisaties
alleen als je hier binnen valt kun je lid worden. De vraag is tot hoever deze grenzen lopen. Tot waar is
de EU. VK ligt in EU maar wil geen lid meer zijn. Turkije ligt op de rand van de Europa, de vraag is of
Turkije bij de EU komt.
2) Taken (competence)
Beperkt: IO houdt zich bezig met een specifiek thema. Bijvoorbeeld WTO die zich bezig houdt met
vrijhandel.
Alomvattend: IO houdt zich bezig met veel verschillende thema’s. Bijvoorbeeld de VN die zich met
heel veel verschillende thema’s bezig houdt.
3) Functie
Programma-organisatie: maakt beleid en stelt regels op. Bijvoorbeeld International Labour
Organisation (ILO).
Operationele organisatie: voert beleid uit. Bijvoorbeeld Internationaal Atoom Energie Agentschap
(IAEA). Deze organisatie controleert of het NPT wordt nageleefd.
Echter is dit onderscheid soms moeilijk te maken. VN en EU zijn bijvoorbeeld beide.
4) Gezag (decision-making authority)
,Intergouvernementeel: interactie van staten op basis van soevereine gelijkheid (horizontaal gezag).
Staten hebben nog steeds het laatste wordt. OESO (OECD). Er zijn ook organen binnen IOs zoals
binnen VN die intergouvernementeel.
Supranationaal: interactie van staten waarbij er een hoger gezagsorgaan wordt opgericht (verticaal
gezag). Staten hebben niet zoveel meer te zeggen over de beslissingen of voorstellen. Bijvoorbeeld
de Europese Commissie mag wetvoorstellen maken. Dit initiatief heeft deze organisaties. Echter
moet er nog wel een proces volgen en in de verschillende staten worden ingevoerd.
KENMERKEN IGOs
1. De meeste IGO zijn regionaal
2. De meeste IGO zijn na WO2 opgericht (enkele staten zijn al na de 19 e eeuw opgericht)
3. De meeste IGO zijn klein met slechts enkele staten als leden (organisaties als EU en VN zijn
uitzonderingen)
4. De meeste IGO hebben een beperkt/specifiek mandaat. De organisaties hebben een taak of
onderwerp waar ze overgaan.
5. Europa heeft de grootste dichtheid aan IGOs
NGOs
NGOs are private, voluntary organizations whose members are individuals or associations that come
together to achieve a common purpose. niet opgericht naar staten.
Operationele NGOs: voeren taken uit. Hebben veel expertise over bepaalde onderwerpen, staan (is t
idee) dichterbij de bevolking. Deze NGOs voeren een deel van het beleid uit bijvoorbeeld op
regionaal gebied. Hiervoor kunnen de NGOs ook subsidies krijgen.
Activistische NGOs: vaak bekendere NGOs. Proberen mensen of staten te overtuigen en aandacht te
geven aan bepaalde onderwerpen. Vaak ook aan het lobbyen bij IGOs.
IGOs en NGOs
IGOs zijn opgericht door staten. Of opgericht door IGOs. IGOs zijn namelijk rechtspersonen, als
rechtspersoon mag je een IGO stichten.
NGOs opgericht door niet-statelijke actoren.
- Profit-orientated: Apple, Microsoft, General Motors veel literatuur zegt dat dit geen NGOs
zijn, dit zijn multinationals
- Non-profit-orientated: Greenpeace, Amnesty International. (hier hebben wij het over).
INTERNATIONAAL REGIME
A set of principles, procedures, norms or rules that govern the interactions of states and non-state
actors in particular issues areas within international politics. alle organisaties en staten die zich
over een specifiek onderwerp bezig houden.
, Krasner zegt dat je in het internationale regime onderscheid moet worden gemaakt tussen vier
groepen: hieronder voorbeeld van NP regime
1. Principes: wat wil je voorkomen, nucleaire wapens zijn slecht
2. Normen: uit principes komen normen voort, nucleaire wapens moeten niet gemaakt worden
3. Regels: duidelijke regels, regulatie export nucleair materiaal
4. Procedures: sancties etc
GLOBAL GOVERNANCE
De term kwam op in de jaren ’90. Processen die tot opkomst van dit begrip hebben geleid:
1. De groeiende complexiteit van mondiale problemen
2. De groei van het aantal niet statelijke actoren
3. Erkenning van de beperkingen van multilaterale stelsel
Zie pwp voor een definitie van global governance: het is zowel publiek als private, al actoren die
invloed hebben op de wereld. Informele, formele ideeen, waarden, normen, procedures en
instituten die actoren zijn….
IOs DRIE ASPECTEN
1) Obligations (verplichtingen)
Staten accepteren de regels en verplichtingen van een IO op het moment dat zij lid worden.
Directe verplichtingen: opgenomen in het verdrag
Indirecte verplichtingen: deze worden later gemaakt door een orgaan van de organisatie. Bij het
aansluiten is deze beslissing nog niet gemaakt, maar het orgaan heeft de macht om de leden van de
organisatie dingen op te leggen.
2) Compliance (naleving)
Staten treden bewust wel of niet toe tot een IGO. Een staat kan niet gedwongen worden.
Expliciete keuze: Staten kunnen de regels van een IGO bewust wel of niet volgen. In het algemeen
worden deze regels gewoon uitgevoerd, je bent lid geworden van een organisatie omdat je het
belangrijk vindt. Het uitvoeren van de regels is dus belangrijk. Toch zijn er momenten wanneer de
keuze van het wel of niet volgen van de regels van belang is. (vb is US in Irak in 2003).
Impliciete keuze: IGOs beinvloeden staten ook op een subtielere wijzen: zij geven vorm aan de
omgeving waarin staten opererenm de belangen en doelstellingen van staten, en hebben invloed op
de principes en normen in internationale politiek.
3) Enforcement
De meeste IGOs hebben weinig directe middelen om afspraken mee af te dwingen. Uitzonderingen
zijn VNVR IMF WTO EU.
De meeste IGOs beschikken over indirecte middelen, zoals public branding. Naming en shaming.
Staten vinden het heel belangrijk dat ze een goede status hebben.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller FemkeVerhelst. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $7.48. You're not tied to anything after your purchase.